Niemand leeft voor zichzelf
Mario van Parijs kocht voor een prikkie een grote bonk roest. Een oude loodsboot, rijp voor de sloop. Acht jaar lang werkt hij dag en nacht aan het schip. Bloed, zweet en tranen. Met vaartochten en verhuur van deze museumboot 'Castor' verdient hij vervolgens zijn geld.
Hij is echter al heel lang boos. Hij wil niet langer toezien dat in de Middellandse Zee bosjes vluchtelingen verdrinken. Binnenkort wil hij vertrekken richting Malta. Ik juich van binnen. Deze man is voor mij een held. Ik denk terug aan alle indrukwekkende gesprekken die ik voerde met asielzoekers. Zij die de overtocht wel haalden. Deze man staat tenminste op. Ik heb bijna mijn telefoon in de hand om hem te bellen dat ik meega. Realiseer me dan dat ik niet de juiste man ben. Op een walvisexcursie in Turkije had ik de kleur van papier en bleef ik maar over mijn nek gaan. Het schip voer zoals die in De Efteling. Het enige lichtpuntje van die dag was dat ik met een speedboat naar de kant mocht.
Met het verhaal van Mario in mijn achterhoofd stap ik een bus in. De kale buschauffeur is opmerkelijk vrolijk. Hij begroet iedereen die instapt uitbundig en iedereen die uitstapt krijgt een enthousiast 'fijne dag!' te horen. Veel passagiers kunnen er niets mee. Zijn ze hartelijkheid helemaal niet meer gewend? Zijn ze allemaal chagrijnig? Waar zitten die mensen? De man laat ons zien dat je dichtbij de wereld al kunt verbeteren. Hij leeft het voor.
Ik denk aan de woorden van een goede vriend. Hij probeert het motto te leven 'niemand leeft voor zichzelf.' Hij zegt het vaak. 82% van de lezers van het digitale AD bestempelen het artikel over de museumboot als 'ergerlijk.' Niet te geloven. Zijn dit soms de mensen waar ik nu mee in de bus zit?
Weer thuis vertel ik mijn vriendin trots dat ik gisteren drie zakken vol zwerfvuil van straat heb gehaald. 'Ga je zo even met de stofzuiger door het huis?' , krijg ik als reactie. Ik voel irritatie opkomen maar verman me net op tijd. Ze heeft een punt. De wereld verbeteren kan blijkbaar nog dichterbij.
Ik open de koelkast. Flessen Westmalle roepen mij. Ik gooi de deur dicht en zet water op voor thee. Ik pak één van de appels die een boer in de buurt aan de weg had gezet. Ik neem een hap. De wereld verbeteren kan nog dichterbij.
Zie ook: http://www.reneturk.nl
Schrijver: René Turk, 1 november 2014
Geplaatst in de categorie: maatschappij
Mooie column, René.
Nederland heeft verdomme nog genoeg leefplekken om die arme zielen te helpen. Buma van het CDA kan de pot op met zijn cynisme en loze kanttekeningen.
Knap hoe je die flessen Westmalle-tripel wist te verontachtzamen en als Sint Franciscus koos voor zoethoutthee en afgedankte boerenappels. Indirect toch nog scheepgaand met je superman Mario.
Bijt je vast, de heldentocht gaat beginnen!...