De zondebok van Riga
(voor Zemgalian Biruta (1878 - 1906))
Jij bent geboren als Constance Augustinus Grencione op 14 oktober 1878 in het Kasteel van Stameriena in Vecstameriena, eigendom van jouw vader Peter Grencion en zijn vrouw. Jij kreeg jouw eerste opleiding van jouw oma in het landhuis Palsmane. Jullie verhuisden naar Riga en daarna naar Doli. Jij ging naar de B. Freija meisjesschool in Riga, waar jij in 1895 afstudeerde. Jij woonde bij jouw ouders in Madliena, waar de kunstschilder Karl Hoon geboren en begraven is. Jouw vader bezat als koopman koloniale goederen in Madliena. Van 1900 tot 1903 was jij huisonderwijzeres van een rijke familie in Moskou. In Moskou bezocht jij bibliotheken, musea, theaters, galerijen met schilderijen en opera's. Toen jouw moeder ziek werd, ging jij naar Letland terug.
Begin 1904 en 1905 begon jouw correspondentie met de schrijver/leraar Augusts Saulietis, die in die tijd als leraar in Riga werkte en eveneens in de boekenvoorziening 'Zalktis' werkte. Hij was jouw eerste adviseur in de literatuur. Augusts is geboren op 22 december 1869 in Grasi. Hij was in 1904 de mede-oprichter van de boekuitgeverij 'Zalktis'. Hij was leraar Letse taal en literatuur aan het Anna Kenina Meisjesgymnasium en de Atis Kenins Real School.
In 1905 ging jij naar Riga en deed jij revolutionaire activiteiten. Jij bewoog je tussen jonge schrijvers en kunstenaars. In 1905 verscheen jouw eerste prozapublicatie 'Kind van Jurmala' in het tijdschrift 'Review' onder jouw pseudoniem Dafne. Op 10 augustus 1905 verschenen jouw eerste gedichten in de verhalenrubriek van de krant 'Latvijas Avizes'. Van 1905 tot 1906 publiceerde jij zo'n 20 verhalen en sculpturen en zo'n 50 gedichten. In 1906 verschenen er gedichten en korte verhalen in de tijdschriften 'Watcher', 'Kavi', 'Rays', 'Dzelme' en 'New Harvest'.
In augustus 1906 ondertekende jij in 'Dzelme' het decadente manifest 'Onze Kunst Motieven', samen met 8 andere schrijvers; Karlis Jekabsons, Augusts Baltpurvins, Eduards Calitis, Karlis Strals, Janis Akuraters, Karlis Kruse, die vanaf de herfst van 1906 2 jaar in de gevangenis zat, Karlis Skalbe en Janis Jaunsudrabins. Op de foto van deze zelfbewuste heren met jou vorm jij duidelijk het middelpunt, zo met die erudiete hoed, de heldere wegkijkende blik en de gebalde linkerhand. 'Dzelme' bestond uit jonge decadenten. In 1906 stond er in 'Dzelme' nr. 9 een fotoportret van jou, met de edele trekken duidelijk zichtbaar.
Begin 1906 ging jij samen met andere revolutionairen via Sint-Petersburg naar Finland en daarna naar Parijs. Jij schreef over Parijs in o.a. de verhalen 'The Boulevard Flower' en 'The Swamp Nightingale' en in het gedicht 'Night on the Sea'. In juli 1906 ging jij naar Riga terug. In september 1906 werd jij gearresteerd en ondervraagd over jouw deelname aan de revolutie. Na een maand werd jij vrijgelaten, maar jij mocht Riga niet verlaten. Waarschijnlijk geloofden enkele vrienden van jou, dat jij jouw kameraden had verraden. Jij raakte in een isolement en jij vereenzaamde.
Diep wanhopig pleegde jij zelfdoding door jezelf op 8 december 1906 in Riga te vergiftigen. Jij bent mogelijk met een paardenkoets naar het Stadtkrankenhaus zu Riga vervoerd. Na een week van doodsangst in het ziekenhuis op Bruninieku iela 5 uit 1803 overleed jij daar op 15 december 1906. Jij werd 28 jaar en jij bent in de Matisse begraafplaats op de Maza Matisa straat 1 in de wijk Darzciems in Riga begraven.
22 november 2025
Geplaatst in de categorie: idool

Geef je reactie op deze inzending: