Ik houd me muisstil.
13.
Mijn ouders hebben weinig aandacht voor mij, maar des te meer voor allerlei mensen in hun omgeving. Regelmatig en vooral ’s avonds in de weekends komen er veel mensen over de vloer. Dat zijn luidruchtige avonden met veel drank.
Als ik van het lawaai niet in slaap kan komen, ga ik wel eens boven aan de trap zitten luisteren. Dat kan ik ongezien doen, omdat er halverwege de trap een gordijn hangt tegen de tocht.
Mijn vader heeft meestal het hoogste woord. Ik hoor hem ook wel eens over mij praten. Hij vertelt dan uitgebreid wat volgens hem de oorzaak is van mijn matige schoolprestaties.
Het hele rijtje komt weer voorbij: geen doorzettingsvermogen, geen wilskracht, weg van de minste weerstand, niet kunnen aanpassen enz. enz.
Ik kan dat rijtje inmiddels dromen, want ik word er dagelijks mee om de oren geslagen.
Vervolgens hoor ik hem zeggen: “Ze heeft het niveau van….” En dan hoor ik hem namen noemen van leerlingen van zijn school. Kinderen die volgens mijn vader kampen met dezelfde hopeloze karakterfouten.
Een van de mensen die regelmatig langskomen, is Gary, een kennis van mijn vader. Gary is musicus en een beetje een artistiek type. Mijn moeder vindt hem geweldig.
Ik heb geen goed gevoel bij Gary. Hij maakt stiekeme, vunzige, dubbelzinnige grapjes en kijkt op een bepaalde manier naar mij. Er hangt een walm van sigaren, drank en zware aftershave om hem heen. Als hij bij mijn ouders op bezoek is, ruik ik dat al in de hal. Ik sluip dan stilletjes en zo snel mogelijk naar mijn kamer.
Ik ben een jaar of veertien. Mijn ouders hebben beneden een feestje en van het rumoer kan ik (weer) niet in slaap komen. Ik trek de dekens zo ver mogelijk over m’n oren om het lawaai maar niet te horen. Uiteindelijk val ik in slaap.
Op een gegeven moment word ik wakker. Ik hoor nog steeds lawaai en heb geen idee hoe laat het is. Plotseling zie ik waarom ik wakker ben geworden: er zit iemand op de rand van mijn bed. Het is Gary. Ik ruik Gary.
Hij aait over mijn hoofd. Zijn andere hand beweegt ergens ter hoogte van zijn kruis. Ik ben nog jong en heb niet meteen door wat hij doet, maar voel intuïtief dat het niet deugt. Hij blijft me strelen en probeert de knoopjes van mijn nachtpon los te maken. Ik duw zijn hand weg en trek de dekens zo ver mogelijk op.
Ik blijf doodstil liggen. Hij concentreert zich nu volledig op zichzelf en ik hoor hem zwaar ademen. Ik houd me muisstil, maar blijf wel kijken.
Als hij klaar is, haal ik mijn papieren zakdoekjes tevoorschijn die onder mijn kussen liggen en geef die aan hem. Hij lacht naar me en ik zie dat hij zelf ook een zakdoek heeft.
Ik let goed op wat hij met mijn zakdoekjes doet, want ik wil niet dat hij ze achterlaat op mijn kamer.
Hij frommelt ze in zijn broekzak, doet z’n broek dicht, trekt z’n kleren recht, loopt mijn kamer uit en sluit vervolgens zachtjes de deur. Even later hoor ik hem zachtjes de trap af lopen.
De volgende morgen heb ik niets verteld. Mijn ouders zijn nog duf van de avond ervoor en ik weet dat ze toch niet naar me zullen luisteren.
Geplaatst in de categorie: emoties
Het ergste is nog dat je moeder hem waarschijnlijk heeft opgewonden!...