Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Peggy Verzett: Koud en nat brein...

'Koud en nat brein
ik denk terug aan hoe dit allemaal is gebeurd
er lag een dode geit te mekkeren in mijn maag

dat van het een het ander kwam nadat op Nova Zembla
een overwintering in causaliteit
radde tongen vergaten hun leven en gal niet meer
en de verschillen lekken oostindisch zwart kortbenig

mij vallen feiten in als de plooien in een plooienrijke broek
vlaggen ze bestaan niet vlaggen
binnenin verbindt verbanden drang
de H is een staande coïtus

ik doe wat overbodig is soms negentien keer
de opzet voor een boeddhadrama over rijken
en een vederlicht avondmaal ligt nog in de linnenkast

warm en nat hart
ik ruik kamperfoelie 's nachts als andere bloemen gesloten zijn
in het stille luchtruim wenkt ze naar vlinders en kevers

nu denk ik aan haar met haar talent voor delilah-achtige rollen
de horizontale marginalen en waar werd hij un autre?
O hier komt Afrika!

ik denk aan hoe wij allen 's avonds al niet meer buiten komen
voor het geval wij ongemerkt op een worm zouden trappen


Peggy Verzett is geboren in 1958 in Brabant. Ze groeide daar op tussen de dennenbossen en ze maakte lange wandelingen met de hond naar een waterplas in het heidegebied. Ze klom in de bomen en ze maakte vreemde vogelgeluiden, ook om de wandelaars te ontregelen.
In feite maakt ze nog steeds merkwaardige vogelgeluiden, maar dan met haar poëzie, die weinig toegankelijk is en vervreemdend werkt, maar daardoor ook hele mooie beelden oplevert en blij makende taalvernieuwingen.
Ze heeft het heilig vormsel nog gekregen, maar daarna was het tabee voor Rome, haar ouders hadden de poppenkastvoorstellingen ook wel gezien.
Al in haar jeugd, ze was ongeveer negen, begon ze met het schrijven van gedichten. Haar leraar Nederlands kende de gedichten van Gerrit Achterberg uit zijn hoofd. Op de pedagogische academie las ze Nescio, Kafka, Dickinson, Eliott, Pound en Reve.
Ze was lerares op een Vrije School. Ze volgde de Academie voor Beeldende Kunsten in Tilburg, maar ze kapte met de opleiding om haar eigen weg te gaan, ze wilde niet meer beïnvloed worden.
Vanaf 1980 werkt ze als beeldend kunstenares (olieverfschilderijen en tekeningen) en als professioneel dichteres.
In Rotterdam studeerde ze Cultuurwetenschappen aan de Open Universiteit. Ze woont sinds 1985 in een mooi, oud huis in Rotterdam. Ze is lerares in het voortgezet onderwijs, ze geeft les in Nederlands en beeldende vorming op diverse scholen.

Het hierboven geciteerde gedicht komt uit 'Tirade' en is geschreven na het lezen van 'Illuminations' en 'Une Saison en Enfer' van Arthur Rimbaud. Later verscheen het in een minder herleidbare vorm in haar eerste dichtbundel.
Haar eerste optreden was in café Consul te Rotterdam, later volgden ook de café's Festina Lente en Helmers te Amsterdam.
In 2003 debuteerde Peggy met een poëziecyclus in Tirade. Vroeger hield ze qua poëzie van Marsman, maar nu houdt ze van Reve, al is haar poëzie een tegenpool daarvan, want ze schrijft zeer raadselachtig, om niet te zeggen misleidend, maar afgezien daarvan weet ze fantastisch nieuwe beelden te creëren. Ze leest ook graag Tonnus Oosterhoff en Sirkka Turkka, een Finse dichteres. Ze is gestimuleerd door Anne Vegter en Mirjam van Hengel loodste haar Van Oorschot in.
In 2005 verscheen haar dichtbundeldebuut 'Prijken die buik' bij uitgeverij Van Oorschot en deze bundel werd genomineerd voor de Jo Peters Poëzieprijs (Landgraaf). Ze ontving de Publieksprijs voor haar debuutbundel.
In 2006 trad ze op tijdens de Nacht van de Poëzie, ze droeg tien minuten langer voor dan gepland, dat zit 'em in haar achternaam.
Peggy is tevens een begenadigd jazz-zangeres, maar in eerste instantie kunstenares. Ze is schrijfmeesteres bij de SKVR in Rotterdam (proza en kinderverhalen) en bij de Schrijversvakschool in Amsterdam. Ze schrijft en schildert langzaam, schrapt en voegt toe. Soms laat ze een gedicht/kunstwerk een tijd met rust. Ze vindt haar inspiratie in een boek, een film of een balletvoorstelling. Ze werkt graag via grote omwegen naar haar individuele levensgebeurtenissen.
In 2010 verscheen haar tweede dichtbundel 'Vissing' bij uitgeverij Querido. 'Vissing' beschrijft een natuurwandeling, waarin ze lyrisch mijmert over een slager, een nieuwe geliefde, Sophia Tolstoj, een ezel en drie dichte aapjes.
Komt de derde bundel bij De Bezige Bij uit? Wel heel chic, steeds een andere uitgever!

'dat marmer is beschilderd hout, dit albast van gips en glans en we zitten zonder middelen, waarmee wit van zoet: geen lichtuitzending vandaag, oude dikke hondjes de hoek omlopen, je moet je inschakelen kongsi, onder in de vitrine van de overlevering geselt proper gepierewaai een rafelrokje'

Schrijver: Joanan Rutgers, 19 augustus 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

3.2 met 4 stemmen 296



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)