Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Heilige Mystica

(voor Lisa Gerrard (12 april 1961))

Je bent geboren in Melbourne en opgegroeid in de voorstad Prahran. Je ouders zijn allebei van Ierse afkomst.
In Prahran kwam je in aanraking met Griekse, Turkse, Italiaanse en Arabische culturen en er kwam veel mediterrane muziek uit de huizen, wat je muziekkeuze bepaalde.

In het begin werd je lid van de uiterst experimentele band 'Little Band Scene', een post-punk band. Je trad veelal op in de pubs en op een gelukkige avond ontmoette je Brendan Michael Perry (1959, Whitechapel, Londen), een zanger en multi-instrumentalist. In New-Sealand zong hij bij The Scavengers (punk-rock) en in Melbourne bij The Marching Girls, die hij in 1980 verliet, en hij had een hit met 'Misterex'.

Op je twintigste vormde hij samen met jou 'Dead Can Dance'. Simon Monroe was de drummer en Paul Erikson de bassist. Brendan vond je muziek eerst nogal modern, maar dat wende snel.
In 1982 verhuisde je met Brendan en Paul naar Londen. Simon was achtergebleven en Paul vloog al snel weer naar Australië terug. Peter Ulrich bemande de drums op de demo's en op je drieëntwintigste verscheen het titelloze debuutalbum, met op de cover een ritueelmasker uit Nieuw Guinea. 'Garden of the Arcane Delights', 'Within the Realm of a Dying Sun' en 'Spiritchaser' (1996) volgden.
In totaal maakte je acht albums met 'DCD'. Ze verschenen bij 4AD Records en je bespeelde daarop de Yanggin, een Chinees hakkebord, oorspronkelijk Perzisch, met snaren van brons of zijde. Ook bespeelde je de accordeon. Men deelde je muziek in bij postpunk/Gothic rock.
'Spleen and Ideal' werd opgenomen in een gigantische kathedraal.

In 1994 ging je op wereldtournee en 'Towards the Within' verscheen als live-album. De muziekhistoricus Jan McFarlane (1959) omschrijft de muziek van DCD als 'Afrikaanse polyritmiek, Gaelic folk, Gregoriaanse gezangen, het Midden-Oosten mantra's en kunstrock'.
In 1998 ging DCD uit elkaar, met een hereniging in 2005, maar dat was vanwege de wereldtournee, het leverde verder geen nieuw materiaal op.
Op je vierendertigste verscheen je solo-debuutalbum 'The Mirror Pool', met 'Sanvean' en 'La Bas', n.a.v. een roman van J.K. Huysmans.
Daarna verscheen 'Dualty', samen met Pieter Bourke, met het lied 'Sacrifice', dat vaak bij films is gebruikt.
Je werkte bij vele films mee aan de filmmuziek, o.a. bij: The Insider, Ali, Gladiator, El Niño de la Luna (waarin je ook acteerde), Whale Rider, Fateless, Baraka, Black Hawk Down, Oranges and Sunshine, Priest, Burning Man, Tears of the Sun enzovoort.

Je bent getrouwd met Jacek Tuszewski, een Poolse grafisch ontwerper en een muziekproducent. In 1992 is jullie dochter geboren.

In 2004 verscheen 'Immortal Memory', samen met de Ierse klassieke componist Patrick Cassidy (1956, Claremorris). Bij 'Gladiator' werkte je ook al met hem samen. Het lied 'Sailing to Byzantium' is naar het gelijknamige gedicht van W.B. Yeats.
Je zingt in het Gaelic (oud-Iers), het Aramees (de taal van Christus Jezus), het Latijn en een idioglossia, een zelfverzonnen taal, waar je op je twaalfde mee begonnen bent.
Je werkte vier keer samen met Klaus Schulze (1947, Berlijn), één keer met Marcello De Francisci ('Departum') en één keer met Cye Hout ('The Trail of Genghis Khan).
In 2006 verscheen 'The Siver Tree' en een jaar later 'The Best of Lisa Gerrard'.
In 2009 verscheen 'The Black Opal' bij je eigen label Gerrard Records.

Je stem is een opvallende, diepe contra-alt.
Je woont in de Snowy Mountains van Australië.
Op 9 augustus 2012 start in Canada een nieuwe tournee, die op 28 oktober 2012 zal eindigen in Ierland.

Schrijver: Joanan Rutgers, 24 juni 2012


Geplaatst in de categorie: muziek

2.3 met 3 stemmen 82



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)