Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

In een draaikolk vol haaien en piranha's

(voor Ingeborg Meyer (1925 - 1966))

Je bent geboren op 13 maart 1925 in Berlijn.
In de tweede wereldoorlog werkte je voor de Reichsarbeitsdienst in enkele steden te Steiermark, Oostenrijk. Daarna werd je assistente bij de Berlijnse Luftwaffe.
Tijdens een luchtaanval kwamen je ouders om het leven en jij lag drie dagen onder het puin, samen met een hond. Deze traumatische ervaring zou je verdere leven bepalen. Van een verstikkingsangst kwam je zelfs tot een verstikkingswens.

Na de oorlog werkte je als secretaresse, Trümmelfrau, werkneemster, journaliste en nationaal correspondente. Je was kort getrouwd met Kurt Loose en jullie kregen een zoon, genaamd Bernd.

Op je drieëntwintigste trouwde je met Herbert Schwenker, de leider van het variététheater Friedrichstadt-Palast in de Berlijnse wijk Mitte. Later werd hij directeur van het Circus Busch, waar jij veel troost en vreugde ondervond van de dieren.
Je werd lid van de Socialistische Partij van de Eenheid van Duitsland. Je woonde van je negenentwintigste tot je vierendertigste aan de Lehnitzstrasse, onderdeel van de stad Oranienburg. Je had er een weelderig en onbezorgd leven.

In de herfst van 1953 ontmoette je de arme sloeber Heiner Müller, die medewerker van de Arbeitsgemeinschaft Junger Autoren was. Heiner was dichter, (toneel)schrijver, essayist en theatermaker. Hij is na Bertolt Brecht de belangrijkste toneelschrijver van de twintigste eeuw.
Je ging met hem op de eerste verdieping van je huis aan de Lehnitzstrasse wonen, terwijl Herbert op de begaande grond woonde. In 1955 ben je hertrouwd met Heiner en jullie werkten als freelance schrijver en jullie werkten samen aan radio-drama's en theaterstukken. Toch stond je niet op gelijke voet met Heiner en stond je eerder in zijn verstikkende schaduw. Ook was hij meer een collega-schrijver dan een gepassioneerde minnaar.

Op je eenendertigste verscheen je kinderboek 'Wölfchen Ungestüm' en je had een affaire met de jongere broer van Heiner, de zestienjarige Wolfgang Müller. Dit erotische avontuur was van korte duur en het verslechterde je relatie met Heiner nog meer. Hij walgde ervan, dat je zijn minderjarige broer had verleid. Hij vond je een grenzeloze, verdorven, oversekste nymfomaan.
Jij ontving in 1959 de Heinrich Mann-prijs, maar dit kon de wankele relatie niet doen verstevigen. Tot overmaat van relatieramp werd Heiner het lidmaatschap van de Schriftstellerverband der DDR ontzegd.
Jij leed aan zware, vastbijtende, doorbijtende, kapotbijtende depressies en je kreeg psychosomatische, gif verspreidende problemen, je eens zo sierlijke lichaam begon te lijden onder je psychische ellende en treurnis. Je kwam aan alle kanten in het nauw te zitten, waardoor je meerdere zelfdodingspogingen deed.

In 1958 verscheen je kinderboek 'Zehn Jungen und ein Ficherdorf'. Je schreef het radio-drama 'Die Weiberbrigade' en met Wiktor Rosow 'Auf dem Wege'. Je schreef de roman 'Ich Jona' en met Heiner het drama 'Der Lohndrücker', 'Die Umsiedlerin', 'Die Korrektor', 'Klettwitzer Bericht' en 'Unterwegs'.
Je was vooral een dichteres en je schreef ruim driehonderd gedichten.

Op 1 juni 1966 nam je in je appartement aan de Kissingenplatz 12 een overdosis medicijnen en heb je jezelf in de keuken vergast. Je kon niet meer draagbaar oproeien tegen de stroom van depressies. Je wierp de roeispanen verslagen en verdrietig opzij. Je schone, liefdevolle wezen kon er niet meer tegen om iedere seconde onverdiend afgeslacht te worden. Daarbij had je zo'n tergend verlangen naar de ware liefdesuitingen van een man, net zo sterk als je altijd naar de roes van alcohol verlangde, maar beide roesmiddelen weigerden effectief te zijn.

Je werd eenenveertig jaar en je bent begraven op het Friedhof Pankow de Derde in Berlijn.

De dichter Bernd Jentzsch nam je in 1976 op in zijn poëzie-serie 'Poëzie album'. Dat was belangrijk, want je poëzie was vrijwel vergeten, mede vanwege je zelfdoding, wat in de DDR not-done was.
De professor/schrijfster Ines Geipel schreef in 2002 een alom geprezen biografie over jou: 'Dann fiel auf einmal der Himmel um'.
De schrijver Richard Pietrass schreef 'Als ik al moet sterven', een selectie van jouw gedichten.
De literatuurwetenschapster Sonja Hilzinger schreef ook een biografie over jou: 'Dass ich nicht ersticke am Leisesein'.

Allemaal zeer terecht, te weten dat je zo enorm hebt geleden en van daaruit toch nog zoveel literaire werken hebt afgeleverd.

Schrijver: Joanan Rutgers, 27 april 2013


Geplaatst in de categorie: idool

3.5 met 2 stemmen 1.170



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)