Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Hoe je weerbaarheid door duisternis ondersneeuwde

(voor Jarl Robert Hemmer (1893 - 1944))

Je bent geboren op 18 augustus 1893 in Vaasa, Finland.
Je vader Balder Hemmer was een rijke rechter en bankier. Je moeder heette Emilia Finnilä. Je ouderlijk huis stond aan de Skolhusgatan, waar nu een museumkamer over jou is ingericht.
Als kind was je supergevoelig en labiel. Het afscheid van een vriendin, op wie je stevig verliefd was, bezorgde je jeugd een dramatisch en gevoelsdiep trauma. Lange tijd was je verdrietig en terneergeslagen, maar je vond troost in het maken van gedichten.

Op je achttiende behaalde je het lyceum-diploma. Op school schreef je gedichten en je was lid van een dichtersgroep, die een betere wereld wenste. Hans Ruin was één van je vrienden.
Daarna studeerde je Russische taal en letterkunde aan de universiteit.

Op je zestiende viel je voor de zuivere charmes van de mooie Saga Söderman en op je twintigste zijn Saga en jij getrouwd. Je vader kocht een villa voor jullie in Kauniainen. Het huwelijksgeluk werd verpest door de Finse Burgeroorlog, waardoor er overal bedreiging voelbaar was en al dat zinloze bloedvergieten sneed als een zwaard door je sensitieve ziel. Saga en jij kregen twee kinderen.

Op je eenentwintigste verscheen je dichtbundeldebuut 'Rösterna' (= De stemmen). Twee jaar later verscheen de bundel 'De kolom' en weer twee jaar later 'Een land in strijd'.
Er volgden nog negen bundels, waarvan 'Je land' uit 1940 de laatste was.

Op je negenentwintigste brak je door met het epos 'Rijk van de Rogge'.
Je was knap om te zien, altijd verrassend uit de hoek komend, een uitstekende zwemmer, skiër en fietser. Je was ook een bijna feilloze scherpschutter en je was artistiek gezien op meerdere gebieden begaafd, ook op het muzikale gebied.
Je hield van het werk van de dichter/schrijver Bo Bergman en van de dichter/literatuurhistoricus Oscar Levertin.
Je schreef in de Zweedse taal en je ontmoette Bergman in Stockholm, wat voor jou voelde als een absolute inwijding van je dichterschap.

Op je vijfentwintigste verhuisde je met Saga naar een huis in Brando, ook door je vader gekocht. Je schreef je debuutroman 'Onni Kokko', met als thema 'plicht en lijden', waar je niet los van kon komen.

Op je zevenentwintigste vertoonde je manisch-depressieve kenmerken. Je versomberde zeer ernstig, want je voelde je ter dood veroordeeld als straf voor je zonden. Het religieuze gif gierde door je goedgelovige, kwetsbare, negatief geïndoctrineerde lijf. Je eens zo uitbundig gevierde leven was plotseling afschuwwekkend lelijk geworden. Je vermengde je depressie met dat akelige, onjuiste, criminele, moorddadige zondebesef van het verbasterde christendom.
Je dichtbundel 'Het wachten' werd door de modernisten neergesabeld. Je was nu eenmaal een romanticus, die opging in de niet te evenaren natuurpracht en heftige emoties. Je hoefde niet per se een pionier in de poëzietaal te zijn.

Vanaf je negenentwintigste had je een zomerhuis in Ängstorp op het eiland Eckerö, een huis uit 1700, dat ook dienst deed als postkantoor. 's Winters woonde je in het Zweedse Porvoo, in het Dichtershuis, waar je gratis mocht wonen. Momenteel wordt het door de schrijver Christer Kihlman bewoond.

Voor de roman 'Een man en zijn geweten', over de Finse Burgeroorlog, ontving je de Grote Nordic Novel Prize. Voor je roman 'Ochtendgeschenk' kreeg je de Nios Grote Prijs. Vijf jaar later kreeg je deze prijs opnieuw.

Je hield van de landelijke rust, want op het platteland kon je beter met je depressie omgaan en beter schrijven. Je was full-time schrijver nadat kort als leraar had gewerkt.
Je inspiratie raakte op en je begon je zorgen te maken. Ieder jaar viel het schrijven je zwaarder.

Op je vijfendertigste kwamen je vrienden Erik Kihlman, Henry Ericsson en hun vrouwen met de auto in een rivier te Porvoo terecht en zij verdronken alle vier. Dit enorme verlies heeft je voorgoed kapotgemaakt en je depressie ondraagbaar gemaakt. Je vluchtte in de alcohol en de drugs.

Op je vijftigste overleed je moeder en op 6 december 1944 heb je in het Dichtershuis zelfdoding gepleegd via een overdosis.
Je werd eenenvijftig jaar. Je bent begraven in de oude begraafplaats bij Nase.

Schrijver: Joanan Rutgers, 3 mei 2013


Geplaatst in de categorie: idool

3.3 met 3 stemmen 43



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Petra Hermans
Datum:
6 juni 2013
Email:
worldpoet546live.nl
We hebben in ieder geval één gemeenschappelijke
interesse, Joanan, en dat is 'levensgeschiedenis'
van velerlei pluimage!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)