Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Het wrange levensverhaal van een sublieme fotografe

(voor Emmy Eugenie Andriesse (1914 - 1953))

Je bent geboren op 14 januari 1914 in Den Haag. Je vader Abraham Andriesse was advertentie-acquisiteur voor de NRC en je moeder Else Fuld was mode-agente voor luxelingerie. Je ouders waren progressief Joods-liberaal en je was hun enige kind. In je jeugd had je veel interesse voor vrouwenemancipatie en links-politieke visies.

Op je achttiende ging je naar de Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag, waar je vijf jaar reclame-ontwerpen studeerde. Je kreeg les van de ontwerpers Gerrit Kiljan en Paul Schuitema, die de fotografie en film als medium centraal hebben gezet. Er werd niet-autoritair gedoceerd en er werd een bewuste maatschappijvisie aangeleerd. Je specialiseerde je in de fotografie, wat je de bijnaam Emma-Leica opleverde. Naast een kleinbeeldcamera werkte je met een Rolleiflex-spiegelreflexcamera.

In je studietijd woonde je in een studentenhuis in Voorburg en je had contact met diverse progressieve en antifascistische groeperingen. Je gaf ook hulp aan de Republikeinen in de Spaanse Burgeroorlog. Je had contact met leden van de Nieuwe Fotografie Stroming; Eva Besnyõ, getrouwd met John Fernhout, de zoon van Charley Toorop. Cas Oorthuys, de vaste fotograaf van De Arbeiderspers. En Carel Blazer, die veel foto's van de Amsterdamse oorlogsmisère maakte en die jouw technische leermeester was.

In 1937 had je een expositie in het Stedelijk Museum in Amsterdam over de Jordaan als arbeidsbuurt in crisistijd. Na je studie verhuisde je naar Amsterdam en was je fotografe voor kranten en tijdschriften. Je thema's waren ambachten, landschappen en het leven van kinderen en volwassenen in steden en dorpen.

Juni 1941 trouwde je met de beeldend kunstenaar Dick Elffers. (Na jouw overlijden hertrouwde hij met Mien Harmsen. In 1961 maakte hij 'Totempaal' in Gouda).
Als Jodin kon je niet meer werken en publiceren. Je zat vanaf 1943 ondergedoken, totdat je eind 1944 via je vriend, de antropoloog Arie de Froe, een vervalste ariërverklaring kreeg, waardoor je weer kon werken en geen ster meer hoefde te dragen. Je was lid van de fotografenverzetsgroep De Ondergrondse Camera. Je maakte indringende foto's van de hongerwinter in Amsterdam, bijvoorbeeld 'Jongen met pannetje'.

In 1945 verdronk je tweejarige zoon Cas tijdens een vakantie en in 1946 werd je tweede zoon Joost geboren. Jij bleef werken en Joost werd door anderen verzorgd. Je fotografeerde de verwoestingen van het na-oorlogse Arnhem en de daar terugkerende bevolking. Je inspireerde o.a. je vriend Ed van der Elsken.

Na de oorlog werd je een specialiste in portretfotografie. Je woonde op een verdieping aan de Amstel. Je maakte in opdracht van Willem Sandberg, de directeur van het Amsterdamse Stedelijk Museum, een serie kunstenaarsportretten. Je ging in Nederland, België, Frankrijk en Zwitserland om de kunstenaars in hun ateliers te portretteren. Deze foto's waren bedoeld voor een expositie-catalogi en door de grote kunstzinnige en technische kwaliteit behoren ze tot de hoogtepunten van je oeuvre.

Je deed ook aan modefotografie, beïnvloed door de modefotografen van 'Vogue'. Je maakte foto's achter de schermen van Parijse modeshows. Je publiceerde in mode- en vrouwenbladen en je werkte voor de mode-ontwerpers Max Heymans, wiens moeder in Bergen-Belsen was overleden, Benno Premsela, wiens ouders en zus in Auschwitz overleden waren, en Ferry Offerman.

In 1951 kreeg je de opdracht om 'De wereld van Van Gogh' te fotograferen. Je hebt het niet kunnen voltooien, want je kreeg ongeneeslijke kanker en na een langdurig ziekbed overleed je op 20 februari 1953 in Amsterdam.
Je werd negenendertig jaar en je bent in stilte begraven.

Schrijver: Joanan Rutgers, 1 juni 2014


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 2 stemmen 138



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)