Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Beverly Kenney - Born to Be Blue

(voor Beverly Kenney (1932 - 1960))

Je bent geboren op 29 januari 1932 in Harrison, New Jersey. Je was de oudste van negen kinderen. Je werkte op jonge leeftijd voor Western Union als telefonische verjaardagszangeres. Je verhuisde naar New York City, waar je in 1954 een demo met de pianist Tony Tamburello hebt opgenomen. Deze demo verscheen pas in 2006 in zijn geheel bij SSJ Records en is getiteld 'Snuggled on Your Shoulder'. Eind 1954 verhuisde je naar Miami. Je zong in de Black Magic Room, waar Jimmy en Tommy Dorsey je jazz-zang bewonderden, waardoor je met hun orkest mee op tournee mocht. Je werkte enkele maanden voor hen, totdat je stopte om creatieve meningsverschillen en je terug naar New York City ging.

Je werkte in clubs samen met de Engelse jazz-pianist George Shearing, de jazz-trompettist Don Elliott en de jazz-componist/trombonist Kai Winding. Met de Larry Sonn Band verkende je de Midwest. Je tekende een contract bij het platenlabel Roost Records en in 1956 verscheen je debuutalbum 'Beverly Kenny Sings for Johnny Smith', in samenwerking met het kwartet van de cool-jazz en mainstream-jazz gitarist Johnny Smith. Dit album was een groot succes, waardoor je een vaste plek in de beruchte jazzclub Birdland kreeg, op 1678 Broadway, New York. Daar kwamen o.a. Frank Sinatra, Marilyn Monroe, Marlene Dietrich, Judy Garland, Ava Gardner en Gary Cooper. Je werd begeleid door het Lester Young Quintet. Lester Willis Young was een jazz tenor saxofonist en hij was een zware alcoholist, die bijna niets at. Hij overleed in 1959 en hij werd 49 jaar.

In 1956 verscheen 'Come Swing with Me' en in 1957 verscheen 'Beverly Kenney Sings with Jimmy Jones & the Basie-ites'. Je stapte over naar Decca Records en in 1958 verscheen 'Beverly Kenney Sings for Playboys' en je protestlied 'I Hate Rock 'n' Roll', wat je op 18 mei 1958 in The Steve Allen Show song. In 1959 verscheen je meesterwerk 'Born to Be Blue' en in 1960 verscheen je zwanenzang 'Like Yesterday', terwijl je tijdens de opnamen psychisch geheel was ingestort en er een psychiater in de studio aanwezig moest zijn. Je leed aan melancholie en een diepe depressie. De journalist Bill Reed vermoedde dat je manisch-depressief was en Jonathan Schwartz dacht dat je moedeloos was na een gestrande romance met de Beat Generation goeroe Milton Klonsky, schrijver van literaire non-fictie en essays. Hij doceerde aan de Columbia University, Hobart College en Iowa University. Hij woonde net als jij in Greenwich Village.

Je was een veelgeprezen jazz-zangeres, maar je kreeg maar een beperkte acceptatie, wat deels een gevolg van de oprukkende rock 'n' roll was. Je verscheen ook in een kersteditie van Playboy's Penthouse. In 1959 had je een eerste poging tot zelfdoding gedaan door een fles Seconal leeg te drinken. Dat overleefde je. Zes maanden later ging je vrijwillig in psychiatrische behandeling in het Bellevue Hospital, maar dat sloeg niet aan. Voor Playboy magazine onthulde je, dat je veel piekerde en aan introspectie deed en dat je vooral heel verdrietig was. De foto-negatieven zijn vernietigd. De barpianist Nicky De Francis was een zeer dierbare vriend van jou. Je laatste minnaar was Milton Lowenstein, die in een warenhuis in New Jersey werkte.

Op 13 april 1960 pleegde je zelfdoding door een overdosis alcohol en Seconal. Dat was in een woning voor vrouwen op West 11th Street. In je laatste levensuren had je twee navrante afscheidsbrieven aan je ouders geschreven. Je werd 28 jaar. In Japan werd je een cultfiguur, waar al je albums opnieuw op cd werden uitgebracht. Je staat op één lijn met Billie Holiday, Ella Fitzgerald en Sarah Vaughan.

Schrijver: Joanan Rutgers, 3 juni 2016


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 1 stemmen 27



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)