Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Geestelijk labiel en de totaal verkeerde man

(Voor Vivienne Haigh-Wood Eliot (1888 - 1947))

Je bent geboren op 28 mei 1888 in de Knowsley Street in Bury, Greater Manchester. Daar stond ooit de Bury Castle van Sir Thomas Pilkington, in 1485 door koning Henry VII verwoest. Jouw moeder was Rose Esther Robinson (1860 - 1941) en jouw vader was Charles Haigh-Wood (1854 - 1927), een kunstenaar en lid van de Royal Academy of Arts. Jouw opa Charles Wood maakte fotolijsten en jouw oma Mary Haigh, die uit Dublin kwam, had zeven half-vrijstaande huizen in Kingstown geërfd. Jouw vader erfde die en het ouderlijke huis op 14 Albion Place, Walmersley Road in Bury, waar hij huurbaas van werd. Rond 1891 gingen jullie op 3 Compayne Gardens in Hampstead wonen. In 1896 werd jouw broer Maurice geboren, die later naar de Royal Military Academy Sandhurst ging en in de Eerste Wereldoorlog vocht.

Jij speelde piano, jij schilderde, jij nam balletlessen en jij kon goed zwemmen. Je was korte tijd een gouvernante voor een gezin in Cambridge. Als kind had jij tuberculose aan het linkerarmbot. Je werd behandeld door de chirurg/anatomie-expert Sir Frederick Treves, die jou vaak opereerde. Je had een zware, onregelmatige menstruatie en ernstige pre-menstruele spanningen, waardoor je stemmingswisselingen en migraine had en flauw viel. Je waste jouw beddengoed vaak twee keer per dag en als je op vakantie was of in een hotel, dan nam je de lakens mee naar huis om ze zelf schoon te maken, want je schaamde je ervoor. Een hoteldirectie heeft je wel eens van diefstal beticht. Jouw moeder ging met jou naar een arts, die hysterie constateerde en jou het verdovingsmiddel kaliumbromide gaf om te kalmeren. De medische kosten stegen en Maurice klaagde, omdat er voor hem geen geld meer was om naar de openbare school te kunnen gaan.

In 1914 verloofde jij met de leraar Charles Buckle, maar zijn moeder was daar niet blij mee. Jouw moeder dacht, dat jij aan morele krankzinnigheid (een persoonlijkheidsstoornis) leed en ze besloot dat jij niet moest trouwen of kinderen baren. Je mocht niet met Charles trouwen. In maart 1915 ontmoette je de dichter Thomas Stearns Eliot, geboren op 26 september 1888 in St. Louis, Missouri. Je dronk in Londen thee met hem en zijn vriend Scofield Thayer. De volgende ontmoeting was bij een lunchfeest in het verblijf van de dichter/uitgever Scofield Thayer op Magdalen College in Oxford, waar Thomas ook studeerde, aan het Merton College. Op 26 juni 1915 zijn Thomas en jij in de Hampstead Register Office getrouwd. De getuigen waren Lucy Ely Thayer, de zus van Scofield, en jouw tante Lillia C. Symes. Jullie vertelden het niet aan jullie ouders. Volgens de schrijver Sacheverell Sitwell, een vriend van Thomas, had Thomas jou al eerder gezien, toen je op de rivier Cherwell aan het varen was.

De literaire biografe Lyndall Gordon zegt, dat Thomas door jou werd opgeschrikt. Je was flamboyant, een grote danseres, vrijuit sprekend, openlijk rokend en je droeg kleren met felle kleuren. Je leek op een actrice. Thomas was verlegen en hij verveelde zich in Oxford. Hij was onder de indruk van jouw rijke achtergrond. Zijn vriend Aldous Huxley vond jou juist zeer geschikt voor hem, omdat je vulgair was. Jij wilde de wilde man in hem wakker maken. Thomas ging een korte tijd naar Harvard terug, waar hij filosofie had gestudeerd en als leraar filosofie verder zou kunnen gaan, maar hij koos voor zijn dichterschap, Engeland en jou. Hij was in wezen verliefd op de Amerikaanse Emily Hale en hij zag jou als een flirt. Ezra Pound verzekerde hem, dat een leven als dichter mogelijk was en dat een huwelijk met jou voor hem betekende, dat hij in Engeland kon blijven en Harvard kon vermijden. Aan zijn vriend, de schrijver/dichter Conrad Aiken, vertelde Thomas, dat hij wilde trouwen om zijn maagdelijkheid te verliezen. Door in Engeland te blijven, kon hij aan de plannen, die zijn ouders voor hem hadden, ontsnappen.

Thomas gaf lezingen aan het Birkbeck College in Londen en jullie woonden in de flat van de filosoof Bertrand Russell, die in 1950 de Nobelprijs van de Literatuur kreeg. Jij had misschien een seksuele affaire met Bertrand. Jouw huwelijk met Thomas was ongelukkig, mede door jouw gezondheidsproblemen. Je had een hoge temperatuur, je had last van vermoeidheid, slapeloosheid, migraine en colitis. Thomas en jouw artsen lieten jou geregeld ergens opnemen om te herstellen, waardoor Thomas steeds meer los van jou kwam. Ergens was hij een verschrikkelijke vrouwenhater. In februari 1933 is Thomas officieel van jou gescheiden en negeerde hij jou totaal. Hij verstopte zich voor jou en zijn vrienden mochten jou niet vertellen waar hij was. Jij kon de scheiding niet accepteren en je probeerde hem te vinden, wat voor zijn vrienden een teken was, dat jij geestesziek was.

Op 18 november 1935 zag je Thomas voor het laatst. Dat was op een Sunday Times Book Fair in Regent Street, Londen. Hij hield daar een intelligente toespraak, waar jij bij aanwezig was. Jij zag hem in de grote menigte staan en jij keek zeer vreugdevol naar hem. Je zei: 'Oh Thom!'. Hij greep jouw hand en hij zei vrij luid: 'How are you?'. Jij droeg de kleren, die jij voor de uitvoeringen van zijn toneelstukken had gedragen; een British Union of Fascists uniform, een zwarte baret en een zwarte cape. Tijdens zijn lezing droeg jij jouw hond Polly en drie boeken van Thomas. Je schreef: 'Polly was opgewonden en wild. Ik hield mijn ogen de hele tijd op het gezicht van Thomas gericht, en ik bleef met mijn hoofd naar hem knikken, en ik maakte bemoedigende gebaren.'. Toen hij jouw drie boeken signeerde, vroeg je hem: 'Do you want to come with me?'. Hij antwoordde: 'I can't talk to you now!'. Hij vertrok met iemand anders. De laffe leugenaar.

In 1938 werd jij tegen jouw wil door jouw broer Maurice in de psychiatrische inrichting Northumberland House in Harringay gestopt. Daar ben jij op 22 januari 1947 overleden. Officieel door een hartaanval, maar je hebt in feite met een overdosis een einde aan jouw aardse leven gemaakt. Je werd 58 jaar en je bent in de Pinner Cemetery in Londen begraven.

Schrijver: Joanan Rutgers
11 november 2020


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 65



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)