Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De pacifistische dichteres met een actuele boodschap

(voor Hedwig Lachmann (1865 - 1918))

Jij bent geboren op 29 augustus 1865 in Stolp (nu Slupsk). Jouw ouders waren de cantor Isaak Lachmann (1838 - 1900) uit Neuteich en Wilhelmine (Minna) Wohlgemuth (1841 - 1917) uit Berent, Pruisen. Jij was de oudste van zes kinderen. Op 8 mei 1872 is jouw broer Julius in Pomorskie geboren. Op 19 januari 1876 is jouw broer Norbert (Noa) geboren. Na Stolp woonde jij zeven jaar in Hürben, wat sinds 1902 bij de stad Krumbach behoort. In Hürben woonden veel Joodse mensen. Op de Synagogengasse 10 stond een synagoge, die in 1939 door brandstichting is vernietigd. In april 1873 gingen jullie in Hürben wonen, waar jouw vader cantor en godsdienstleraar was. Hij verzamelde graag synagogeliederen. In 1899 werd daarvan het eerste deel uitgegeven. Jij ging naar de Fernsemersche Höhere Töchterschule in Krumbach, een meisjeshogeschool. Door jouw grote talentalent deed jij op jouw 15-de in Augsburg het examen voor taallerares en jij slaagde. In 1882 werd jij privélerares in Engeland. Later verhuisde jij naar Dresden en in 1887 naar Boedapest.

Vanaf 1889 woonde jij in Berlijn, waar jij als gouvernante werkte en waar jij een ernstig zieke oom en zijn dove vrouw verzorgde. Jij schreef en vertaalde poëzie en jij was journaliste. In 1891 publiceerde jij vertaalde gedichten van Edgar Allan Poe. Vanwege jouw vertalingen en journalistiek werk kwam jij in contact met Richard en Paula Dehmel en de mensen rondom hen. Richard was de belangrijkste dichter van de avant-garde van destijds. Hij was jouw literaire mentor en jouw eerste, grote liefde. Dankzij hem verschenen jouw eerste publicaties in het tijdschrift 'Die Gesellschaft'. Zijn voorstel van een ménage à trois heb jij fel geweigerd. Richard Fedor Leopold Dehmel is geboren op 18 november 1863 in Hermsdorf. In 1889 trouwde hij met Paula Oppenheimer en in 1889 is hij van haar gescheiden. In 1901 trouwde hij met de Joodse dichteres Ida Coblenz, die op 29 september 1942 met een overdosis slaapmiddelen zelfdoding pleegde, vanwege de nazi's en een volgens haar ongeneeslijke ziekte. Zij werd 72 jaar. Richard overleed op 8 februari 1920 in Blankenese door een oorlogswond uit 1916.

In het voorjaar van 1899 ontmoette jij de Duits-Joodse schrijver/sociaal anarchist/pacifist Gustav Landauer, geboren op 7 april 1870 in Karlsruhe. Die ontmoeting was tijdens een lezing van Gustav in het huis van Richard. Gustav was goed bevriend met Martin Buber, wiens filosofie van de dialoog hij beïnvloedde. Gustav en jij kregen samen twee dochters, Gudula en Brigitte. Vanuit de Tegel-gevangenis schreef Gustav jou liefdesbrieven, terwijl hij in een diepe crisis verkeerde. Vanaf 1899 verbleven Gustav en jij in Engeland, waar Gustav vriendschappelijk contact met de anarchist Pjotr Kropotkin had. In 1900 overleed jouw vader. In 1901 vertaalde jij 'Salomé' van Oscar Wilde, wat Richard Strauss voor het libretto van zijn opera gebruikte. In de vroege zomer van 1902 gingen jullie naar Berlijn terug. Op 15 augustus 1902 is jullie dochter Gudula in Berlijn geboren. In 1902 verscheen jouw dichtbundel 'Im Bilde'. In maart 1903 scheidde Gustav van de kleermaakster Margarethe Leuschner en in mei 1903 trouwde hij met jou. Jullie gingen in Hermsdorf bij Berlijn wonen. Rond 1903 ben jij door Julie Wolfthorn geportretteerd. In 1905 verscheen jouw Oscar Wilde-monografie. Op 10 april 1906 werd jullie dochter Brigitte in Berlijn geboren. Na het overlijden van Margarethe komt Charlotte bij jullie wonen, de oudste dochter van Margarethe en Gustav.

Vanaf 1907 steunde jij Gustav bij de oprichting van de Socialistische Bund en schreef jij gedichten voor zijn tijdschrift 'Der Sozialist'. In 1909 vertaalde jij samen met Gustav 'The Portrait of Dorian Gray' van Oscar Wilde. Verder vertaalde jij werk van Edgar Allan Poe, Rabindranath Tagore, Sándor Petofi, Honoré de Balzac, Sir Thomas Malory, Benjamin Franklin en Joseph Conrad. Op 5 februari 1917 overleed jouw moeder in Landkreis Günzburg. Vanwege de voedselschaarste verhuisde jij verhuisde met jouw gezin, o.a. naar Krumbach. In februari 1918 kreeg jij de Spaanse griep. Vanwege jouw longontsteking reisde Gudula met jouw zus Franziska vanuit Berlijn naar jouw huis. Op 21 februari 1918 ben jij in Hürben door een longontsteking overleden. Jij werd 52 jaar en jij bent in de Joodse begraafplaats in Hürben begraven, op een heuvel ten oosten van Hürben, met sinds 1898 een Tahara-huis. Gustav regelde dat Gudula, Brigitte en hij niet bij jouw begrafenis waren. Hij was diep geschokt.

In 1919 publiceerde Gustav jouw 'Gesammelte Gedichte. Eigenes und Nachdichtungen' in Potsdam. Op 2 mei 1919 werd Gustav in München door Freikorps-soldaten vermoord. Hij werd 49 jaar en hij is in de Neuer Israelitischer Friedhof in München begraven. Zijn laatste woorden waren cynisch: 'Dood me! Laat me zien dat jullie mannen zijn!'. Jij was net zo volkomen pacifistisch als Gustav, alleen al in jouw gedicht 'Mit den Besiegten' zo meesterlijk verwoord. Brigitte trouwde met de arts Pavel Peschkowsky, met wie zij de zonen Michael Igor en Robert kreeg. Michael (1931 - 2014) was een zeer succesvolle acteur/komiek/regisseur/producent. Jouw broer Norbert kreeg in 1933 met zijn vrouw, de sopraan Elisabeth Schoepf, de zoon Norbert Kesley Lachmann. Jouw broer Norbert overleed op 19 september 1936 in Boston. Jouw broer Julius overleed op 7 februari 1942 in Pomorskie.

Op jouw grafsteen staat het vierde couplet van het gedicht 'An meinen Vater', dat jij in 1900 voor jouw overleden vader schreef:


An meinen Vater

Nun weih ich dir im Tode,
Was sich mir im Gemüt
Allmählich wie Kleinode
Gehärtet und geglüht.

Ich sah dich oftmals sinnen,
Wenn mich dein Blick durchdrang,
Erratensbang, was innen
Noch dämmernd in mir rang.

Das fühlende Umarmen
Der Welt in ihrem Sein,
Am Irdischen Erwarmen -
Wir hatten es gemein.

O Geist, dahingegeben
Der dunkelsten Gewalt -
Wie sehnst du dich ins Leben,
Zurück in die Gestalt!


Mit den Besiegten

Preist Ohr den Heldenlauf der Sieger, schmückt
Sie mit dem Ruhmeskranz, Euch dran zu weiden -
Ich will indessen, in den Staub gebückt,
Erniedrigung mit dem Besiegten leiden.

Geringstes Volk! verpönt, geschmäht, verheert
Und bis zur Knechtschaft in die Knie gezwungen -
Du bist vor jedem stolzeren mir wert,
Als wär' mit dir ich einem Stamm entsprungen!

Heiss brennt mich Scham, wenn das Triumphgebraus
Dem Feinde Fall und Untergang verkündet,
Wenn über der Zerstörung tost Applaus
Und wilder noch die Machtgier sich entzündet.

Weit lieber doch besiegt sein, als verführt
Von eitlem Glanz - und wenn auch am Verschmachten,
Und ob man gleich den Fuss im Nacken spürt -
Den Sieger und das Siegesglück verachten.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
29 augustus 2023


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 69



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)