De revolutionaire democraat uit Maagdenburg
(voor Emma Herwegh (1817 - 1904))
Jij bent geboren als Emma Charlotte Siegmund op 10 mei 1817 in Magdeburg aan de Elbe. Jouw Joodse vader Johann Gottfried Siegmund (1792 - 1865) was een succesvolle, Berlijnse zijdehandelaar. Hij was protestants geworden. Jullie huisarts Lucas Schönlein was ook de huisarts van koning Friedrich Willem III van Pruisen en zijn tweede vrouw Auguste von Harrach. Jij was de middelste van drie dochters en jouw broer was de Berlijnse arts/politicus Gustav August Siegmund (1815 - 1902). Jij sprak Frans, Pools en Italiaans. Jij was muzikaal begaafd, jij componeerde, schilderde, vertaalde, schreef gedichten en jij hield van het theater. Jouw lerares Italiaans heette Valentini. Als puber voelde jij jezelf beperkt door het saaie en conventionele leven, dat jij leidde. Jij was nogal jongensachtig, jij reed wild, jij zwom in de zee rond Helgoland en jij rookte.
Jij was bevriend met de Poolse activiste Emilia Sczaniecka en jij was geïnspireerd door de Poolse bevrijdingsbeweging. Jouw sympathie lag bij de onderdrukte, Poolse bevolking, niet bij de Pruisische en Russische standpunten. Jij ging vaak naar Emilia op haar familielandgoed in Pakoslaw. Jullie waren vooral politieke geestverwanten. Zij gaf jou een ring met het opschrift 'Noch ist Polen nicht verloren'. Die ring droeg jij de rest van jouw leven. Koning Friedrich Willem III overleed op 7 juni 1840 in Berlijn door koorts. Hij werd 69 jaar en hij is in het Koninklijke Mausoleum in het Schlosspark Charlottenburg begraven. Op 7 juni 1840 werd Friedrich Willem IV gekroond. In jouw dagboek schreef jij: 'Langeweile über alles'. Jij was smoorverliefd op de jonge diplomaat Jean-Jacques Jules Piaget, die met jouw jongere zus Fanny trouwde. Toen hij in 1840 plotseling overleed, was jij kapot. Op 28 oktober 1841 las jij 'Gedichte eines Lebendigen' van Georg Friedrich Rudolph Theodor Herwegh, geboren op 31 mei 1817 in Stuttgart. Hij was redacteur van het tijdschrift 'Europa' van de schrijver August Lewald, de neef van de schrijfster Fanny Lewald.
In 1839 vluchtte Georg naar Emmishofen vanwege insubordinatie. Zijn dichtbundel uit 1841 was direct in Pruisen verboden. Hij stond in de voorhoede van de Vormärz-beweging en hij was in 1842 enorm populair in Duitsland. Toch werd hij uit Pruisen en Zürich verjaagd, maar de koning van Württemberg verleende hem gratie voor zijn desertie uit militaire dienst. Hij werd staatsburger van het kanton Bazel. Na het lezen van zijn gedichten riep jij: 'Das ist die Antwort auf meine Seele!'. In de nazomer van 1842 hield Georg een tournee door Duitsland en zocht hij medewerkers voor zijn krant 'Deutschen Boten aus ser Schweiz'. Met de hulp van jouw vriendin Charlotte Guticke, die met de historicus/politicus Maximilian Duncker trouwde, lukte het jou om bij een kunstexpositie met Georg in gesprek te komen. Er volgde een gedeelde maaltijd en op 13 november 1842 zijn jullie in het kanton Bazel verloofd. Koning Friedrich Willem IV zei tegen Georg, dat hij zijn vijand is en hij verbood zijn revolutionaire krant. Met Kerst 1842 waren Georg en jij bij jouw familie in Berlijn. Op 26 december 1842 moest Georg naar het politiebureau en moest hij binnen 24 uur het land verlaten, in opdracht van koning Friedrich IV en de regering in Wenen (Klemens von Metternich).
Georg had Heinrich Heine uitgebreid ontmoet en in Leipzig ontmoette hij zijn vriend, de revolutionaire anarchist Michail Aleksandrovitsj Bakoenin, bevriend met o.a. de dichter Nikolaj Ogarev en de schrijvers Ivan Toergenjev en Aleksandr Herzen. Herzen was getrouwd met zijn nicht Natalya Zakharina, met wie hij vier kinderen kreeg. Natalya had een affaire met Georg Herwegh. Zij overleed in 1852 door tuberculose. Daarna werden de dochters van Aleksandr en Natalya door de schrijfster Malwida von Meysenbug opgevoed, een vriendin van Friedrich Nietzsche, Lou Andreas-Salomé, Paul Rée, Richard Wagner en de schrijfster/filosofe Helena Maria Druschkovich, die de laatste 27 jaar van haar leven in een psychiatrische inrichting zat, vanaf haar 35-ste. Samen met Georg ontmoette jij Bakoenin op het station van Leipzig. Daar gaf een Saksische politieman een uitwijzingsbevel aan Georg. Jij werd twee maanden van Georg gescheiden. Begin februari 1843 zei jullie vriend, de dichter August Ludwig Follen, tegen jou, dat Georg terug in Zürich was en dat hij ziek was. Jullie brieven aan elkaar werden door de overheidscensuur onderschept en gelezen. Op 23 februari 1843 arriveerde jij per postkoets in Zürich, samen met jouw vader en jouw oudere zus Minna Caspari, die ruim vijf jaar weduwe was.
Op 8 maart 1843 ben jij in Baden im Aargau met Georg getrouwd. Aanwezig waren waren o.a.: August Follen, Friedrich Wilhelm en Caroline Schulz, Friedrich Gustav Jacob Henle, Karl Sebastian von Pfeufer en Michail Bakoenin als bruidsjonker. In april 1843 ging de huwelijksreis naar Zuid-Frankrijk en Italië. In Genève ontmoetten jullie de communisten Weitling en Becker en jullie hielden een badvakantie in Oostende. In september 1843 verhuisden jullie naar Parijs en op 28 december 1843 werd daar jullie zoon Horace geboren. Horace trouwde op 20 september 1870 met Aurelie von Grymaenz en op 4 september 1873 werd hun zoon Camille-Horace in Donnersmark geboren. Tot 1848 was jij een salonnière en ontving jij o.a.: Heinrich Heine, George Sand, Victor Hugo, Franz Liszt, Ivan Toergenjev, Alphonse de Lamartine, Pierre-Jean de Béranger en gravin Marie d'Agoult, die drie kinderen met Franz Liszt kreeg; Blandine Rachel, Francesca Gaetana Cosima en Daniel. Marie was een lange tijd een rivaal voor de genegenheid van jouw man. Georg had een bijzondere band met jullie buurman in de Rue Vaneau Karl Marx, getrouwd met Jenny von Westphalen. Op 1 mei 1844 werd Jenny Caroline Marx geboren. Heine woonde in de Rue Matignon. De filosoof/schrijver Arnold Ruge stelde voor om met drie families te gaan samenwonen, maar dat wilde jij niet.
Jij leefde ook enkele tijden gescheiden van Georg, maar jullie bleven partners. In 1843 verscheen Georg's tweede deel van 'Gedichte eines Lebendigen'. Georg en jij sloten jullie aan bij het leger van de revolutionair Friedrich Hecker van Baden. Jij had een gruwelijke hekel aan tsaar Nicolaas I van Rusland, die ook koning van Polen en groothertog van Finland was. Vermomd als een stijlvol geklede tienerjongen en met twee dolken maakte jij via de Elzas contact met Hecker in Baden. Jullie zoon Camille (1847 - 1848) is geboren. Eind 1848 was de Heckeropstand verslagen en de strijdmacht van jou werd door de Württembergse infanterie verdreven. Georg en jij ontsnapten als vermomde boeren naar Zwitserland. In 1849 waren jullie in Parijs terug. Jij werd onterfd door jouw vader en Georg werd als hervormer massaal belachelijk gemaakt. Jullie dochter Ada Virginie (1849 - 1921) werd geboren. Begin jaren 1850 verhuisden jullie met Aleksandr Herzen naar een huis in Nice. Een half jaar eerder was de vrouw van Aleksandr, Natalia, de minnares van Georg geworden. De vriendschap tussen Georg en Aleksandr werd verbroken en Aleksandr dreigde met een duel. Natalia overleed in 1852 door tuberculose, samen met haar pasgeboren kind. Natalia en Aleksandr kregen samen vier kinderen.
Jij leefde twee jaar in Genua, gescheiden van Georg. In Londen begon Aleksandr een affaire met Natalia Tuchkova, de vrouw van zijn vriend Nikolaj Ogarev, en zij kregen samen drie kinderen. Aleksandr en Nikolaj bleven vrienden van elkaar. In mei 1853 ging jij weer met Georg samenwonen, in Zürich. Daar was jij een salonnière van enkele van Europa's meest radicale intellectuelen. Jullie huis was een toevluchtsoord voor politieke vluchtelingen uit heel Europa. Jouw familie hervatte de financiële steun en jij kreeg geld voor het vertalen van de werken van Franse, Poolse en Italiaanse schrijvers. Jij was dik bevriend met de revolutionair Felice Orsini. In 1854 bezorgde jij hem een vals paspoort en in 1856 zat hij in de gevangenis en stuurde jij hem een jas met knopen, die een bedwelmend middel bevatten voor de cipiers. Toen hij in de gevangenis in Mantua zat, smokkelde jij ijzerzaagbladen en lakens naar hem toe. Hoogst waarschijnlijk was hij jouw minnaar. Felice probeerde op 14 januari 1858 keizer Louis Napoleon III te vermoorden. Op 13 maart 1858 Felice door de guillotine vermoord en hij werd 38 jaar.
In 1866 verhuisden jullie naar Baden-Baden, terwijl jullie financiële situatie verslechterde. Jouw erfenis was uitgeput en in Zürich waren er mensen, die jullie geld schuldig waren. Op 7 april 1875 overleed Georg in Lichtental door een longontsteking. Hij is in Liestal gegraven. Jij ging naar Parijs terug, waar jij als taaldocente en vertaalster werkte. Jij leefde in relatieve armoede en jij bent op 24 maart 1904 overleden. Jij werd 86 jaar en jij bent naast Georg begraven.
24 juli 2024
Geplaatst in de categorie: idool