Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Een opgejaagde, poëtische edelvrouw

(voor Irina Knorring (1906 - 1943))

Jij bent geboren als Irina Nikolajevna Knorring op 29 april 1906 in het dorp Iechalkan in de regering van Samara, op het familielandgoed. Jouw vader Nikolai Knorring was staatsraadslid, directeur van een middelbare school, lid van de Constitutionele Democratische Partij, historicus en leraar. Hij behoorde tot het adellijke, Baltisch-Duitse geslacht Von Knorring. Jouw moeder Maria Vladimirovna Shchepitilnikova was de dochter van een staatsraadlid en zij studeerde aan de Hogere Cursussen voor Vrouwen. Jouw vader studeerde aan de Faculteit Geschiedenis en Filologie van de Universiteit van Moskou. Hij werd directeur van de middelbare school in Charkov. Op de Jon Myronossits-straat 11 in Charkov staat het in 1905 geopende Kunstmuseum met 11 schilderijen van Ilya Repin.

Iedere zomer waren jullie in Iechalkan terug. Op jouw 4-de leerde jij lezen en schrijven en op jouw 8-ste begon jij gedichten te maken. In 1914 ging jij naar de Pokrovskaja Meisjesschool in Charkov. In 1919 werd deze middelbare school gevorderd en vluchtte jij met jouw moeder naar Rostov aan de Don, waar jouw vader zich bij jullie voegde. Via de badplaats Toeapse, waar de schilder Aleksandr Kiseljov woonde, gingen jullie naar de Krim, waar jouw vader als secretaris van de krant 'De Aarde' naartoe werd gestuurd. Die krant was het orgaan van de generale staf van het leger van generaal Pjotr Wrangel, die van Baltisch-Duitse afkomst was. Pjotr Wrangel, een leider van het Witte Leger, werd volgens zijn familie op 25 april 1928 door de broer van zijn butler, een GPU-agent, vergiftigd. Hij werd 49 jaar. Jouw vader werkte aan de Universiteit van Tauride op de Krim. Hij gaf lezingen en hij werkte in de universiteitsbibliotheek. De Taurida National V.I. Vernadsky University op 4, Akademika Vernadskogo Avenue in de hoofdstad Simferopol is opgericht in 1918 en vernoemd naar de geochemicus/mineraloog Vladimir Vernadsky. De historicus Boris Grekov was er ook professor.

In Sebastopol was jouw vader geschiedenisleraar aan de marineschool in de marinebasis, voltooid in 1783, na de Russisch-Turkse oorlog. Op 13 november 1920 verlieten jullie Rusland op het slagschip 'Generaal Aleksejev', wat eveneens het Witte Leger uit de Krim evacueerde. In Constantinopel werden de burgers naar het lijnschip 'Groothertog Constantijn' overgebracht. Jouw moeder en jij waren daarbij. De Zwarte Zeevloot van generaal Wrangel arriveerde in de winter van 1920-1921 in Bizerte, Tunesië. Jouw ouders en jij gingen in de havenstad Sfax wonen. Jouw vader doceerde de geschiedenis van de Russische cultuur aan de Marine Corps School, op het slagschip 'George de Overwinnaar', eind 1921 in Bizerte gevestigd. Op dit schip woonden ook gehuwde zeelieden met hun gezinnen. 'George de Overwinnaar' uit 1881 is in 1930 in Bizerte ontmanteld. In Tunesië werden jouw eerste gedichten gepubliceerd. Vervolgens publiceerde jij in de kranten en tijdschriften van de Russische emigratie; 'De Jaren', 'Grens', 'De Link', 'Het Nieuwe Russische Woord', 'De Nieuwe Recensie'. 'Het Klokkenspel', 'Het Laatste Nieuws', 'Rusland en de Slavische Wereld', 'Russische Bankbiljetten', 'Op Onze Manier', 'De Studiejaren' en 'Eos'.

In 1924 behaalde jij jouw baccalaureaat en in mei 1925 verhuisden jullie naar Frankrijk, waar jullie in armoede leefden. Jij volgde cursussen Frans en jij doceerde aan de Russische Volksuniversiteit en aan de Faculteit Geschiedenis en Letteren van de Sorbonne. Jij studeerde aan het Frans-Russische Instituut voor Sociale Wetenschappen en Samenleving. Verder was jij bij de bijeenkomsten van de Unie van Jonge Dichters en Schrijvers, net als Vladislav Khodassevich, Marina Tsvetajeva, Nina Berberova, Sergei Efron, Georgi Adamovitsj, Georgi Ivanov, Irina Odoevtseva, Mark Aldanov, Mikhail Tsetlin en Mark Slonim. In de herfst van 1926 ontmoette jij de dichter Joeri Sofiev en in 1927 hoorde jij dat jij diabetes had. Op 20 januari 1928 trouwde jij met Joeri Sofiev en op 19 april 1929 werd jullie zoon Igor geboren. Jij bleef jouw poëzie met de achternaam Knorring signeren. In 1931 verscheen jouw dichtbundeldebuut 'Verzen over mijzelf' en in 1939 verscheen 'Venster naar het Noorden'. Jij hebt jezelf uit het literaire en sociale leven teruggetrokken, al bleef jij wel tot de laatste maanden van jouw leven schrijven. Van 1917 tot 1940 hield jij een dagboek bij, wat jij 'Het verhaal van mijn eigen leven' noemde.

Aan het begin van Tweede Wereldoorlog werd Joeri in het Franse leger gemobiliseerd en na de wapenstilstand ging hij naar Parijs terug, waar hij in het verzet zat. Hij ontving Joden en vluchtelingen uit Sovjet-krijgsgevangenkampen in zijn huis. Jij overleed op 23 januari 1943 in het 12-de arrondissement van Parijs door diabetes. Jij werd 36 jaar en jij bent in het kerkhof van Ivry begraven. Op 7 december 1965 is jouw as in de Russische begraafplaats van Sainte-Geneviève-des-Bois op 8, rue Léo-Lagrange geplaatst. Vanwege de Verplichte Arbeidsdienst moest Joeri in 1943 naar Duitsland. Na de bevrijding ging hij naar Frankrijk terug en in 1955 ging hij met Igor en zijn vrouw Nadezjda Tsjernova naar de USSR, waar zij in Alma-Ata woonden. Alma-Ata ligt nu in Kazachstan. In 1949 verscheen jouw derde dichtbundel 'Eindelijk', wat jouw vader in Parijs heeft gepubliceerd. Jouw dagboek werd door jouw vader en Nadezjda bijgehouden en getypt. Het verscheen in 2009 en 2013 in twee delen te Moskou.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
13 oktober 2024


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 3 stemmen aantal keer bekeken 89

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)