Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Verder kijken

Ik heb een smet. Hoewel, zelf vind ik het geen smet en als ik pak weg honderd jaar eerder geboren was, dan had ik een deugd gehad. Maar ook daar ben ik niet zeker van, want de vorm vindt men belangrijker, het zichtbare zegt mensen meer dan inhoud en verdachte intenties in de progressieve sfeer worden argwanend bekeken.
En nu ik toegegeven heb dat ik zelf vind dat het geen smet is waarvan sommigen of misschien zelfs velen mij verdenken, zou je zeggen dat ik vele anderen, die mijn ouderwetse of achterhaalde opvattingen niet delen, ervan verdenk hun eigen smet te hebben. Maar dat doe ik niet. Ik zal proberen uit te leggen waarom.

Elkaar verwijten maken getuigt van starre opvattingen. Als kinderen bekvechten wordt het nog wel doorzien, maar als het om ingewikkelde volwassen denkbeelden gaat, verdwalen velen in hun eigen landschappen. Dante zag het gevaar en was blij met een begeleider in de buurt, iemand die de weg kende en met raad en daad kon bijstaan.

Als ik anderen dus het voordeel van de twijfel geef en ervan uitga zélf een smet te hebben, dan kan ik mijn smet misschien ten goede keren door die andere, veel modernere opvattingen te gebruiken om verder te leren kijken. Dat is het belangrijkste antwoord op de vraag waarom ik anderen niet behept met smetten beschouw.

Verder kijken willen veel mensen. Ik ben alleen bang dat velen zich vergissen in de wijze waarop verder kijken mogelijk wordt.
Veruit de meerderheid zoekt eindeloos veel bewijzen van eigen opvattingen, een methode waarbij de smet steeds zwaarder bij anderen terecht komt. Kijk maar eens naar de polemieken en discussies die ontstaan als mensen denken bewijzen van hun opvattingen geleverd te hebben. Als neutrale toehoorden zou je kunnen menen getuige te zijn van een ordinaire scheldpartij in plaats van een uitwisseling van ideeën en inzichten.
Een niet te verwaarlozen groep adopteert opvattingen van anderen, omdat ze hun eigen denkcapaciteit onderschatten of waardeloos vinden. Dit is ten hemelschreiend, want de basis van elke kennis blijft toch de persoonlijk geleverde moeite om iets te begrijpen. Je moet ergens beginnen en dat is bij jezelf.
Ik denk ook dat velen te emotioneel zijn om verder te kijken, hoewel gevoelloze gedachten mij ook kortzichtig lijken. Het gevaar van te emotionele benaderingen is instabiliteit. Het ene moment kunnen de positieve impulsen niet stuk als een conclusie leidt tot kloppende hartverwarmende denkbeelden, het andere moment leiden negatieve bevindingen tot teleurstellingen die alle resultaten donker en waardeloos maken.
Het schijnt ook mogelijk te zijn dat een te lichamelijke houding tot blindheid leidt, blindheid in de zin van de moeilijkheid om verder te kijken. Lichamelijkheid moet hier opgevat worden als een pertinente beperking tot zintuiglijke indrukken. Wat niet uit het laboratorium komt is dan per definitie dagdromerij of zelfverlakkerij.

Wat is verder kijken? Misschien is dit wel mijn smet, dat ik denk dat verder kijken mogelijk is. Ik doel op de mogelijkheid verder te kijken dan het zichtbare, waarbij ik naast kijken natuurlijk alle zintuiglijke mogelijkheden van het mens-zijn bedoel.
Ik weet dat Da Vinci heeft gezegd dat alle begrip gebaseerd is op zintuiglijke waarnemingen. Ik denk echter dat begrip veel verder gaat dan de zintuiglijke waarneming en waarschijnlijk heeft Da Vinci ook zoiets bedoeld. Het is goed mogelijk dat inzicht uiteindelijk nauwelijks nog te herleiden is tot de oorspronkelijke indrukken die aan de wieg stonden van begrip. Als hiervan sprake is, gaan de positivistische neusvleugels trillen, want de relatie begrip tot zintuiglijkheid moet daar altijd direct duidelijk zijn.

Volgens William Blake is verbeelding het zesde zintuig. Verbeelding is zogezegd een voelspriet om de wereld mee af te tasten.

Verbeelding lijkt op inbeelding. Inbeelding is de voelspriet van fantasie. Fantasie kan eenvoudig worden aangezien als uit de lucht gegrepen ideeën en gedachten. Einstein heeft gezegd dat fantasie nuttig kan zijn, maar doelde hij misschien veeleer op verbeelding? In zijn beroemde gedachte-experimenten laat hij de werkelijkheid immers nooit los. Dat zou hem in de strenge wetenschappelijke wereld ook niet in dank afgenomen zijn.

In het Wenen van rond 1900 vond een triest voorval plaats dat illustratief is. In de academische wereld van die tijd (en nu waarschijnlijk nog) werd alles verfoeid dat naar metafysica riekte. Toen Ludwig Boltzmann met zijn statistische beschrijving van complexe gassystemen kwam, zag men dat alsof de metafysica [door hem] weer een duw in de rug zou krijgen. Ze namen hem niet serieus, lachten hem uit. Albert Einstein schrijft hierover in zijn dagboek (Woensdag 26 december 1906): “Ludwig Boltzmann heeft dit jaar zelfmoord gepleegd. Hij kon de spot van zijn collega’s niet meer verdragen. Ze lachten hem uit met zijn ideeën over moleculen en de kinetische gastheorie en zo. Arme man. Ik ben er nochtans zeker van dat het niet lang meer zal duren eer definitief bewezen is dat hij gelijk had.” (1)

Uit wat gebeurd is met Ludwig Boltzmann blijkt hoe groot de verwarring tussen verbeelding en fantasie kan zijn. Meestal zoekt men heil in tastbaarheid en scepticisme.
Het is echter een ware kunst verbeelding goed te gebruiken.

Soms lijken fantasie en verbeelding sterker op elkaar dan eeneiige tweelingen. Hoe zijn ze uit elkaar te houden?
Fantasie overkomt ons, als een droom in de nacht. Fantasie wint terrein als het verlangen naar waarheid groter wordt dan waarneming rechtvaardigt. Als we zo graag waarheid wíllen zien in gedachtespinsels die elk moment van de dag opkomen, als we treurig zijn, als we beledigd zijn, als we net de lotto of een wedstrijd gewonnen hebben, dan neemt de fantasie de controle van de waarneming over. Verbeelding heeft het nakijken.
Verbeelding kost moeite en is niet rechtstreeks af te leiden uit andere zintuiglijke informatie. Goede verbeelding is een wonder, als een blinde die ziende wordt terwijl fantasie iemand de illusie van een heldere blik geeft.

Het “eureka” van wetenschappers, het heldere moment van kunstenaars en de openbaring van zieners en profeten komen voort uit het zesde zintuig.

Zonder zesde zintuig lijkt de mooiste verbeelding fantasie.

-----------------------------------------------

(1) http://home.scarlet.be/nils.de.waarnemer/ik_albert_einstein_ned_1906.htm


Zie ook: http://denkwater.web-log.nl/

Schrijver: Willem Houtgraaf, 20 oktober 2009


Geplaatst in de categorie: wetenschap

5.0 met 1 stemmen 323



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)