Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Luuk Gruwez: Volière

Volière

Van top tot teen vol vogels zit mijn vader.
Er hangen korenblauwe luchten in zijn lijf
en vergezichten om bij weg te dromen
en takken waar men, vogel zijnde, graag op slaapt.

De meest diverse soorten herbergt hij.
Bijvoorbeeld in zijn hoofd iets hoogs,
een torenvalk, een nachtegaal, een kardinaal
of welbespraakten als de papegaai, alsook de ara

uit de karaokebar. Omstreeks zijn kolossale kont,
daar wonen enkel en alleen de doodgewonen:
kanaries, zebravinken, pimpelmezen,
meerstemmig maar saamhorig in hem thuis.

Als al die vogels simultaan duizeling-
wekkend aan het kwetteren slaan,
kan ik de nagalm van zijn zwijgen horen.
Nooit is het stil wanneer mijn vader zwijgt.

Luuk Gruwez is geboren in 1953 te Kortrijk.
Hij kwam uit een handelarenfamilie, maar zelf had hij van zaken doen geen kaas gegeten.
Zijn vader was flamingantisch en zijn moeder was francofiel, maar die verinnerlijkte botsing vond hij een voordeel. Hij groeide op in Deerlijk en hij is vaak met de Franse cultuur in aanraking gekomen, al was het maar bij Franse televisiezenders, waar hij graag naar keek.
Zijn middelbare school was het Damiaancollege en later studeerde hij Germaanse filologie aan de KULAK te Kortrijk. Hij werd licentiaat in de Germaanse talen (Engels, Nederlands) in de Koninklijke Universiteit te Leuven.
Hij ontmoette er diverse markante persoonlijkheden, die hem door de saaie studietijd heen loodsten. Zijn passie voor literatuur en schrijven was al ver voor zijn studietijd begonnen. Hij droomde ooit van een serieuze carrière in de wielersport.

In 1976 verhuisde hij naar Hasselt en werd hij daar leraar kunstonderwijs. Vanaf 1994 is hij full-time schrijver.
Hij schrijft columns in 'De Standaard' en 'De Morgen' en hij is essayist en prozaschrijver.
Hij is een typische neoromanticus met enige zelfironie. Vroeger was de vrouw voor hem of heel ver en onbereikbaar of een aardse hoer, tegenwoordig zijn die twee aangenaam versmolten.

In 1978 verscheen zijn debuutbundel 'Stofzuigergedichten', wat doet denken aan Simon Vestdijk, die altijd schreef met zijn stofzuiger aan. Hij ontving de Guido Gezelleprijs.
Zijn thema's zijn: in mindere mate de liefde, eenzaamheid, isolement, ziekte, dood, vergankelijkheid. Hij schrijft ontroerend en meestal pessimistisch.
Als je hem leest, dan ga je door diepe dalen, een zwaar traject, maar je komt er daardoor extra fris herboren weer uit. Dat is de magie van sombere, zwaarmoedige, depressieve poëzie.
Luc Devoldere beweert dat Gruwez gedichten schrijft om vrouwen te verleiden uit revanche over zijn verlegenheid en dat hij gaat stoppen met dichten om eens niet op papier in al die borsten en billen te knijpen. Dat is aardig humoristisch, met een diepere waarheid.

Luuk is geïnspireerd door zijn idool Herman de Coninck. Hij schrijft toegankelijk en helder en hij is één van de grootste levende dichters volgens de mensen in Vlaanderen en ook een groot deel daarbuiten mag ik aannemen.
In 2009 kreeg hij de Herman de Coninckprijs voor zijn gedicht 'Moeders'. In 2010 kreeg hij de culturele trofee van de gemeente Deerlijk, hij was al ereburger vanaf 2004.

Er staan al heel wat dichtbundels op zijn naam, maar er komen er zeker nog meer, zolang hij zijn Duvel-bier maar binnen handbereik heeft.
'Stil, hier rijpt Duvel!' staat er met koeienletters op de Duvel-brouwerij, 'Stil, hier rijpt Gruwez!' denken wij dan.

Zin tot nu toe laatste bundel verscheen in 2010: 'Cosas perdidas'.

Van hem zijn de rake woorden: 'In mannen is het koud en vaak december. In vrouwen is het altijd mei.'

Schrijver: Joanan Rutgers, 18 december 2010


Geplaatst in de categorie: literatuur

1.5 met 2 stemmen 543



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Osrijn Bernadette
Datum:
30 april 2021
Zou graag nog iets van je horen
was gehuwd met Oscar boxy.
Maar is overleden. onze kinderen lezen je gedichten
Ww

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)