Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Op een schofterige manier naar beneden gehaald

(voor Dag Hammerskjöld (1905 - 1961))

Je bent geboren op 29 juli 1905 in Jönköping, Zweden, als Dag Hjalmar Agne Carl Hammerskjöld. Je groeide op in Uppsala.

Je was de vierde en de jongste zoon van Hjalmar Hammerskjöld, die van 1914 tot 1917 de premier van Zweden was. Je moeder was Agnes Almquist. Je broers waren Bo, Ake en Sten. Je voorouders dienden sinds de zeventiende eeuw de Zweedse monarchie.

Na de Kathedraalschool, opgericht in 1246, studeerde je wijsbegeerte en rechten aan de Universiteit van Uppsala. In 1930 was je afgestudeerd en tot 1934 was je secretaris van de werkloosheid commissie. Je kreeg een doctoraat aan de Universiteit van Stockholm en in 1936 werd je secretaris bij de Sweriges Riksbank, waarvan je van 1941 tot 1948 de voorzitter was.

Op 7 juli 1937 overleed broer Ake in Den Haag. Hij werd 44 jaar. In 1940 overleed je moeder.

Van 1936 tot 1945 was je staatssecretaris van het ministerie van Financiën. Je was de Zweedse afgevaardigde in de Organisatie voor Europese Economische Samenwerking en van 1947 tot 1953 was je kabinetschef bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken en in het kabinet van premier Tage Erlander was je twee jaar minister zonder portefeuille. Je hielp de naoorlogse, economische problemen van de regering op te lossen. Je hielp mee met het Marshallplan. Je was nooit officieel lid van een politieke partij. Je bleef je hele leven vrijgezel en je had een aapje als huisdier.

In 1951 werd je vice-voorzitter van de Zweedse delegatie bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in Parijs. In 1952 was je in New York de voorzitter van die Zweedse delegatie. In 1954 kreeg je een zetel in de Zweedse Academie, die de Nobelprijs voor de Literatuur bepaalt.
Op 31 maart 1953 werd je secretaris-generaal van de Verenigde Naties, wat een verrassing voor je was.

Op 12 oktober 1953 overleed je vader.

In 1955 bezocht je China om te onderhandelen over de vrijlating van elf Amerikaanse piloten, die in de Koreaanse Oorlog hadden gevochten. In 1956 richtte je samen met de Canadese minister Lester B. Pearson de United Nations Emergency Force op. Pearson won in 1957 de Nobelprijs voor de Vrede. In 1956 was je van grote betekenis tijdens de Suez-crisis en liet je de paus mee beslissen.

In 1957 werd je als secretaris-generaal van de VN herkozen. Je zorgde voor een meditatieruimte in het VN-hoofdkwartier in New York City. Je probeerde de relatie tussen Israël en de Arabische staten te verbeteren. In 1960 hielp je bij de Congo-crisis en reisde je vier keer naar Congo. De Sovjet-Unie vond dat je te weinig aan de dekolonisatie van Afrika deed en eiste jouw ontslag.

Je was een groot spiritueel mens en je las Meister Eckhart en Jan van Ruysbroek. In 1963 werd je gedichtenbundel 'Vägmärken' (Merkstenen) gepubliceerd, een poëtisch dagboek. Het voorwoord is geschreven door niemand minder dan de Engelse, homoseksuele dichter W.H. Auden, je vriend. De theoloog Henry Van Dusen noemde het 'misschien wel het grootste testament van een persoonlijk geloof'.

Augustus 1961 verstikte je aapje zichzelf door een gordijntouw.
Op 18 september 1961 was je in een Douglas DC-6 op weg om te onderhandelen over een staakt-het-vuren van de Katangese troepen van Moise Tohombe, toen je nabij Ndola in Noord-Rhodesië samen met vijftien anderen neerstortte. Hoogstwaarschijnlijk ben je iets na middernacht door een vijandig vliegtuig neergeschoten en vermoord om economische belangen. Kort voor de crash was er een ontploffing. De Belgische huurling Jan van Risseghem (overleden in 2007) werd verdacht, maar volgens hem vloog hij toen niet in Katanga.

Jij werd zesenvijftig jaar en je bent in Uppsala begraven. In 1961 kreeg je postuum de Nobelprijs voor de Vrede.

Schrijver: Joanan Rutgers, 7 juni 2015


Geplaatst in de categorie: idool

4.5 met 2 stemmen 56



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)