Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Maar een dodelijk gebrek aan zelfliefde

(voor Violeta Parra (1917 - 1967))

Je bent geboren als Violeta del Carmen Parra Sandoval op 4 oktober 1917 in San Fabián de Alico, nabij San Carlos in Chili. Vermoedelijk aan de El Roble Straat 535-531. Jouw vader Nicanor Parra Alarcón was een muziekleraar en jouw moeder Clarisa Sandoval Navarrete was een naaister. Zij zong ook en zij speelde gitaar. Zij leerde jou en jouw broers en zussen traditionele volksliederen. Jouw oudere broer Nicanor was een invloedrijke dichter en jouw jongere broer Roberto was een folkzanger. Je had nog een broer Eduardo en een zus Hilda. Plus Caupolicán, Elba, Lautaro en Óscar. Jullie vader overleed in 1929, waardoor jullie met zang en muziek geld voor het gezin gingen verdienen.

Je was twee, toen je naar Santiago verhuisde. Op jouw vierde ging je naar Lautaro en op jouw tiende naar Chillán. Samen met Roberto, Hilda en Eduardo zong je in de straten van steden en dorpen rondom Chillán en Parral, in bars, treinen, circussen en bordelen. Op aandringen van Nicanor junior ging je in 1932 naar een normale school in Santiago. Jullie speelden in nachtclubs en in 1934 ontmoette je de machinist en militante communist Luis Cereceda, met wie je in 1938 trouwde. Op 29 september 1939 werd Isabel geboren en op 27 juni 1943 werd Ángel geboren. Jij deed mee met de progressieve beweging en de communistische partij.

Je zong de Spaanse liederen van Lolita Torres en Imperio Argentina. Je noemde jezelf Violeta de Mayo en in 1945 verscheen je met jouw kids in een Spaanse show in de Casanova Confectionery. In 1948 zijn Luis en jij gescheiden. Met Hilda vormde jij 'The Parra Sisters'. In 1949 trouwde je met Luis Arce. In 1949 werd jullie dochter Carmen Luisa geboren. Met Hilda verscheen je in circussen en met jouw kids toerde je door Argentinië. In 1952 werd jullie dochter Rosita Clara geboren. In 1952 begon je authentieke, Chileense volksmuziek te verzamelen en je begon eigen liederen te componeren in de eigen folkstijl. Je gaf recitals aan diverse universiteiten, met de literaire presentator Enrique Bello Cruz.

Je gaf les in folklore, o.a. aan de Universiteit van Iquique. Don Isaiah Angulo leerde jou op de Guitarrón Chileno spelen, een gitaar of beter gezegd een vihuela met 25 snaren. Je ontmoette Pablo Neruda, die het gedicht 'Eligia para Cantar' voor jou geschreven heeft. Jouw moeder had een restaurant in Barrancas, waar jij het radioprogramma 'Sing Violeta Parra' opnam. In juli 1955 ging je naar een festival in Polen en in Parijs speelde je in de nachtclub L'Escale. Terug in Santiago overleed jouw dochter Rosita Clara, die 3 jaar werd. In 1956 verscheen jouw debuutalbum 'Chants et danses du Chili'. Er volgden tien albums. Je woonde in jouw huis 'Casa de Palos' aan de Segovia Straat in La Reina.

Je beïnvloedde de folkzangers Hector Eugenio Pavez en zijn vrouw Gabriela Eliana Pizarro. Hector overleed op zijn 43-ste aan hartfalen. Je schreef de boeken 'Cantos Folklóricos Chilenos', 'Décimas autobiográficas' en 'Poésie populaire des Andes'. Je was ook succesvol met keramiek, schilderkunst en arpillera borduurwerk. Op 4 oktober 1960 ontmoette je de Zwitserse klarinettist Gilbert Favre (1936 - 1998) en werden jullie verliefd op elkaar. Er ontstond een muzikale samenwerking. In juni 1965 ging je naar Chili terug. Jouw kinderen Isabel en Ángel en jouw kleindochter Tita maakten ook muziek met jou. Tita deed de percussie. Je bespeelde ook de cuatro en de charango.

Gilbert vormde in Bolivia de groep 'La Pena de Naira', samen met de gitarist Alfredo Dominguez en de charango-speler Ernesto Cavour. Hij verliet jou en jij schreef 'Run Run Se Fue Pa'l Norte' voor hem. Hij trouwde met iemand in Bolivia. Jij stichtte een Peña op de Carmen Straat 340 in Santiago, waar je samen met jouw kids woonde. Je deed mee aan vele tv-programma's en Radio Mineria. In 1966 componeerde je in La Paz jouw beroemdste lied 'Gracias a la Vida', wat door sommigen als een suïcidaal afscheidslied wordt beschouwd. Aan de folkzangeres Margot Loyola vertelde je, dat je als een wezel zelf het afscheid van jouw leven wilde bepalen. Je deed enkele mislukte pogingen tot zelfdoding.

Op 5 februari 1967 heb je zelfdoding gepleegd door jezelf in La Reina met een revolver in het hoofd te schieten. Je werd 49 jaar en je bent in de Cementerio General de Santiago begraven.

Schrijver: Joanan Rutgers, 26 augustus 2019


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 39



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)