Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De cold case van een literair hoogbegaafde travestiet

(voor Kostas Tachtsis (1927 - 1988))

Je bent geboren op 8 oktober 1927 in Thessaloniki, Griekenland. Jouw ouders waren Eli Zahou en Grigórius Tachtsis uit Oost-Rumelia, Thracië, wat nu Bulgarije is. Hun eerste zoon overleed na enkele dagen. Jij bent hun tweede zoon. Jouw zus heet Elpida. Op jouw zevende zijn jouw ouders gescheiden en werd jij naar jouw oma in Athene gestuurd. Van jouw moeder en oma moest jij een echte, heteroseksuele man worden. Na de middelbare school ging jij rechten aan de Universiteit van Athene studeren. Na twee jaar stopte je daarmee. In 1947 ging jij in militaire dienst en werd je luitenant. In 1951 werd je assistent van de Amerikaanse directeur van het damproject in de rivier Louros. Je was leraar Engels in Athene. Van begin 1954 tot 1964 reisde jij met tussenreizen door Australië, waar jij ook woonde.

In 1951 debuteerde jij met de dichtbundel 'Gedichten', in 1952 volgde de dichtbundel 'Kleine gedichten', in 1953 de dichtbundel 'Over Twaalf Uur', in 1954 de dichtbundel 'Symfonie van de Braziliaan' en in 1956 'Cafe Byzantium en Andere Gedichten'.

In 1957 ging je met de pianist Toni Papageorgiou op tournee door Oost-Afrika. Vanaf Nairobi ging je naar Australië, waar jij twee jaar in een warenhuis werkte en twee jaar bij de spoorwegen werkte. Jij was ook een zeeman en een sous-chef in een restaurant. In het voorjaar van 1960 ging je naar Griekenland terug. Je reisde op een Vespa naar Edinburgh en daarna was je nog een korte tijd in Australië en tot december 1964 in Amerika. Je was dik bevriend met de Australische, modernistische kunstschilder Carl Olaf Plate, geboren op 19 december 1909 in Perth en overleden op 15 mei 1977 in Woronora. Zijn vader was de Duitse schrijver/kunstenaar Adolph Gustav Plate. Carl was een leerling van de figuratieve kunstenaar Bernard Meninsky, die op 12 februari 1950 zelfdoding pleegde en 58 jaar werd. Hij leed aan een geestesziekte. Carl was ook een leerling van Roland Vivian Pitchforth. Carl had zijn Notanda Gallery voor hedendaagse kunst in de Rowe Street te Sydney.

In 1962 verscheen jouw roman 'Het Derde Huwelijk', één van de meest geliefde romans van Griekenland, indringend en gedurfd geschreven. Je had het grotendeels onderweg geschreven en het werd door drie uitgevers afgewezen. Je liet het op eigen kosten uitgeven. Het gaat over de vrouwen Ekavi en Nina, die in een alledaagse, directe taal bespreken wat ze allemaal beleven. Ekavi is gebaseerd op jouw oma. Jij hield van jouw oma, ze was de enige vrouw, die je hebt liefgehad, ook al heeft zij jou het leven ontzettend zuur gemaakt. Met jouw moeder en jouw zus maakte je altijd veel ruzie en je hield jouw moeder verantwoordelijk voor het feit dat jij homoseksueel was. Na enkele jaren lagen er nog 1000 exemplaren van de oorspronkelijke 1200 exemplaren op de bergzolder van jouw moeder. Jouw moeder klaagde en ze vond jou maar een stakker. Volgens haar had je beter je rechtenstudie kunnen afmaken. Dan had je tenminste voldoende inkomen en kon je daarnaast, zij het minder opzichtig, jouw seksuele geaardheid botvieren. 'Het Derde Huwelijk' verscheen in meer dan 18 talen en er is in 1995 een televisieserie van gemaakt, met Nena Menti als Nina en Lida Protopsalti als Ekavi. In 2009-2010 maakte het Nationale Theater van Griekenland aan de Agiou Konstantinou Straat in Athene er een toneelstuk van, geleid door Stamatis Fassoulis.

Terug in Griekenland werkte jij als gids, vertaler en professioneel schrijver. Zo probeerde jij te overleven. Tijdens de Junta-periode van 1967 tot 1974 kwam jij diverse keren in aanraking met de politie. Jij was een homoseksueel en een travestiet en jij pleitte openlijk voor de homorechten. Jij hekelde de onderdrukking en wegzetting van homorechten. Jij vertaalde de komedies van Aristophanes en buitenlandse literatuur. Van 1964 tot 1967 was je redactielid van het literaire tijdschrift 'Pali', samen met o.a. Nanos Valaoritis. In jouw latere teksten schreef jij vooral over homoseksualiteit, wat jij deels accepteerde en deels als een constante vloek ervoer. In 1972 verscheen de korte verhalenbundel 'De Edities of de Rust' en in 1979 de autobiografische collectie 'Mijn grootmoeder Athene'. Jouw uitgever was de strijdvaardige godin Magda Kokzia (1940 - 2015), de ziel van haar uitgeverij Exanta. Jouw goede vriend was Neni Stamatis.

Op 27 augustus 1988 ontdekte jouw zus Elpida, dat jij in jouw huis op de Tyrnavosstraat 26 in de wijk Kolonos van Athene overleden was. Jij lag naakt en zijwaarts op jouw bed en er zat bloed op jouw hoofd. Jouw nagels waren rood geverfd en jij droeg een blonde pruik. Naast jou lagen er vrouwenkleren. Jij was gewurgd, waarschijnlijk op 25 augustus 1988. Er waren een videorecorder, een antwoordapparaat en een camera gestolen. In jouw portemonnee zat 5500 drachmen. Als homoseksuele travestiet nam jij geregeld mannen mee naar jouw huis of naar een kamer in hotel Estia. Jouw buurman had gezien, dat jij in de nacht van de moord drie keer met een man naar jouw huis was gekomen. De derde keer was het fataal geworden. De dader was een ongeveer 30-jarige, goedgeklede man met een zwarte snor en baard. Het kan iemand geweest zijn, die wist dat jij met een autobiografie bezig was en die geen onthullingen over zichzelf wenste. Toch is die autobiografie compleet aangetroffen en postuum verschenen, getiteld 'De Vreselijke Rechterstoel', met een verwijzing naar het Laatste Oordeel.

Dat het geen echte roofmoord was, bewijst het feit, dat jouw dure schilderijen/tekeningen van Alexis Akrithakis gewoon zijn blijven hangen. De dader kon natuurlijk ook in de wereld van de prostituerende travestieten gezocht worden. Je had al eens over de jaloezie en het venijn binnen die kring geschreven. Je was die nacht van de moord dronken en je leverde geen verzet. Jouw vriend, de journalist/publicist Kostas Tsarouchas, zegt, dat die derde klant jou heeft gewurgd, omdat hij plotseling ontdekte, dat jij een man was. Dat was ook mijn eerste ingeving en ik ben het dan ook volkomen met Kostas eens. De man zal enorm geschrokken zijn en vervolgens in blinde woede zijn uitgebarsten. Hij heeft het object van zijn walging en schaamte willen smoren, vernietigen, al had hij beter kunnen vluchten en zijn shock symbolisch/therapeutisch uitbannen/verwerken. Jouw dronkenschap maakte een week prooidier van jou. Hij werd op geen enkele manier door jou afgeschrikt. Daarna heeft hij in paniek drie opnamespullen gestolen, want daar zou hij mogelijk op kunnen staan. Of dat nou reëel was of niet, het hoorde bij zijn sporen wissende aftocht.

Jij werd 60 jaar en jij bent in de Eerste Begraafplaats van Athene begraven. Jouw kist werd o.a. gedragen door de componist Dionysis Savvopoulos en de kunstschilder Alekos Fasianos. De moord op jou is nog steeds niet opgelost, terwijl de dader nu ongeveer 63 jaar zal zijn. Mogelijk verspreekt hij zichzelf of gaat iemand spreken, aan wie hij het verteld heeft of geeft hij zichzelf alsnog aan. Voor jou zal het niet meer uitmaken, kan ik denken, maar denk ik niet. Vergeving is mooier met een oprechte boeteling erbij.

Schrijver: Joanan Rutgers
30 maart 2021


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 30



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)