Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De traumatische wonden fataal opengereten

(voor Pola Nirenska (1910 - 1992))

Jij bent geboren als Pola Nirensztajn op 28 juli 1910 in Warschau, wat toen bij het Russische Rijk hoorde. Jouw Joodse waren Mordechaj Nirensztajn en Ita Waksmann. Zij hadden nog drie kinderen. Jouw vader maakte stropdassen. Op jouw 9-de kreeg jij jouw eerste dansopleiding tijdens een zomerkamp voor meisjes. Op jouw 15-de presenteerde jij jouw eerste choreografie in de familiekeuken, op de muziek van 'Danse Macabre' van Camille Saint-Saëns. Als tiener ging jij naar een rooms-katholieke school voor de kunsten. Jij deed stiekem aan balletles, maar dat vond je niet leuk, waarna jij moderne danslessen volgde. Op jouw 17-de besloot jij om naar een dansacademie te gaan en op jouw 18-de, in 1929, ging jij naar de dansacademie in Dresden, de Wigmanschool. Deze muziek- en dansschool was opgericht door de expressionistische danseres Mary Wigman, geboren als Karoline Sophie Marie Wiegmann op 13 november 1886 in Hannover.

Wigman's school werd het centrum van de Duitse, moderne dans (Ausdruckstanz). In 1921 kwam Yvonne Georgi ook bij Mary studeren, net als Gret (Margarethe) Paluka en Johanna Eckert. Andere leerlingen waren o.a. Harald Kreutzberg, Margarete Wallmann, Inge Weiss, Metoda Vidmar, de eerste, Sloveense moderne danseres, en Rosalia Chladek, de beste studente. De opleiding duurde drie jaar en er waren zo'n 360 leerlingen en 14 docenten. Jij bent in 1932 cum laude afgestudeerd en jij werd lid van de moderne dansgroep van Mary, die uit 14 vrouwen bestond. Tegen Kerstmis 1932 ging jij in een groep van 12 danseressen op tournee in Amerika, met het stuk 'Der Weg'. Dit duurde tot 5 maart 1933 en had matig succes. Terug in Duitsland ontsloeg Mary alle Joodse studenten en medewerkers. Volgens haar zelf was dat de enige manier om als dansschool te kunnen overleven. Zij werd door de nazi's daartoe gedwongen. Maar zij was wel degelijk antisemitisch, volgens de danshistorici Marion Kant en Alexandra Kolb en Lillian Karina. Volgens hen deed zij de ontslagen ongedwongen en werkte zij vrijwillig mee aan het naziregime. Ondanks jouw afkeer van jaar anti-Joodse daad, bleef jij dik bevriend met haar. Jullie correspondeerden voor en na de oorlog met elkaar en Mary was zeer emotioneel en informeel tegen jou.

Jij ontvluchtte de nazi's en jij ging naar Warschau, waar jij een jaar danslerares aan het Conservatorium van Warschau was en een eigen, kleine, moderne dansgroep oprichtte. Begin juni 1934 debuteerde jij op het Internationaal Danscongres in Wenen met jouw originele solowerk 'Cry', wat jij daarna nooit meer uitvoerde. Er zijn hele mooie foto's van gemaakt. Je doet me denken aan de solodans van Kate Bush bij 'Wuthering Heights'. Dat heerlijke, échte heksachtige. Mary vroeg of je in de zomer van 1934 in Dresden wilde zijn. Je zag een nazivlag voor Mary's huis wapperen en haar secretaresse droeg een SS-uniform. Zonder Mary te ontmoeten, vertrok je. Je studeerde enkele maanden bij Rosalia Chladek in Wenen en je deed een tournee door Europa, die zeer succesvol verliep. In mei 1935 gaf jij een reeks optredens in het Theater in der Josefstadt uit 1788 in Wenen. Je floreerde in het Teatro Comunale in Florence en je gaf daar danslessen aan kinderen. Na drie maanden verliet je Florence en werden al jouw kostuums gestolen. Via Wenen ging jij naar Engeland, waar jij vier-en-een-half jaar bij Kurt Jooss en Sigurd Leeder studeerde.

Jij choreografeerde nieuwe solostukken, gebaseerd op Poolse volksdansen. Jij modelleerde o.a. voor de beeldhouwer Jacob Epstein en jij entertainde in mijnbouwdorpen, fabrieken en luchtaanvalschuilplaatsen. In 1940 vernam jij dat er meer dan 75 familieleden door de Holocaust werden vermoord. Jouw ouders en jouw broer vluchtten naar Palestina. Tot 1946 danste je voor militairen en voor de Poolse regering in ballingschap. Je choreografeerde niets nieuws. Tijdens de oorlog danste je in luchtige stukken. In 1946 trouwde jij met de acteur John Justinian de Ledesma (John Justin), geboren op 24 november 1917 in Knightsbridge, Londen. Hij had in de fantasyfilm 'The Thief of Bagdad', de tragi-komedie 'The Gentle Sex' en de dramafilm 'Journey Together' gespeeld. Jij opende een dansstudio en jij ging weer nieuwe solostukken maken, zoals 'A Scarecrow Remembers'. In maart en april 1947 danste jij in Tel Aviv en Jeruzalem. In 1949 ben jij van John gescheiden en ging jij naar Amerika, op uitnodiging van de moderne danser Ted Shawn. Je woonde vooral in New York City en je had weinig te eten. Je woog 48 kilo. Na het bestuderen van de danstechnieken van Martha Graham ging je bij Doris Humphrey en haar danspartner Charles Weidman trainen. Je was te gast in Humphrey's huis in New Londen.

Jij studeerde ook moderne dans bij José Limón, maar Weidman was jouw lievelingsleraar. José en Charles waren minnaars van elkaar. Jij werkte ook samen met de componist/choreograaf/pianist Louis Horst. Jij gaf her en der dansles en in 1952 verhuisde je naar Washington, D.C., waar je lerares in de studio van Evelyn de la Tour was, op 1518 Wisconsin Avenue NW, waar je in een kleine ruimte woonde. Je liet Mary Wigman en het expressionisme meer en meer los en je omhelsde de meer lyrische en emotionele stijl van de Amerikaanse, moderne dans. In 1958 deed je twee solo-uitvoeringen op het American Dance Festival in New London; 'Vigil By The Sea' en 'The Eternal Fool'. In oktober 1960 opende je jouw eigen Pola Nirenska School of Modern Dance op 4601 Grant Road NW. Je stopte met optreden en je ging voor de choreografie. In 1965 trouwde jij met Jan Kozielewski (Karski), geboren op 24 april 1914 in Lódz. Hij was militair, verzetsstrijder en diplomaat. Hij werd in juli 1940 door de Gestapo gemarteld. Hij informeerde over de nazi-wreedheden in bezet Polen en over het getto van Warschau. Hij was ook getuige van een Durchgangslager in Izbica voor het SS vernietigingskamp Belzec. In de zomer van 1966 was jij met Jan op vakantie in Mexico, waar je een film van maakte. Je filmde ook dansuitvoeringen van jouw studenten en van bekende dansers, zoals Marian Scott, Murray Louis, Ruth Currier en Erick Hawkins.

Jij was ook een portretfotografe en in april 1968 ging jij met pensioen. Jij leed aan een ernstige depressie en een geestelijke ziekte, waarvoor jij jarenlang in het St. Elizabeths Hospital op 1100 Alabama Avenue in Washington, D.C. behandeld werd. Dit psychiatrische ziekenhuis is in oktober 1855 geopend als het Government Hospital for the Insane. De dichter Ezra Pound verbleef er ook. In 1977 bezocht je de danseres Liz Lerman (1947, Los Angeles), voor wie jij diverse solostukken choreografeerde, zoals 'Exits'. Je werd de artistiek directrice van het Glen Echo Dance Theatre en jouw nieuwe werkstukken 'The Divided Self' en 'Dirge' verschenen. In 1982 begon je weer meer te werken en stopte je bij het Glen Echo Dance Theatre. Je werkte met dansers in jouw huisstudio en je creëerde nieuwe stukken; 'The Tired Magician', 'Trapped', met muziek van Philip Glass, 'Exuberance' voor Laura Schandelmeir, 'Woman', 'Shout' en 'Out of Sorts'. Jij werkte aan het grote werk 'In Memory of Those I Loved... Who Are No More', bekend als de 'Holocaust Tetralogie'.

Jan werd thuis geïnterviewd voor de documentaire 'Shoah' van Claude Lanzmann, waardoor er veel herinneringen bij jou naar boven kwamen. Je kreeg een zware zenuwinzinking en opnieuw last van paranoia. Na 18 maanden voltooide je ook deel drie 'The Train'. In juli 1990 was dit slotstuk jouw afscheidsvoorstelling. Samen met een solostuk voor Rima Faber. Op 25 juli 1992 pleegde jij zelfdoding door van het balkon van jouw huis op de elfde verdieping in Bethesda te springen. Jij werd 81 jaar en jij bent in de Mount Olivet Cemetery in Washington, D.C. begraven.
Jouw man Jan overleed op 13 juli 2000. Hij werd 86 jaar en hij is bij jou begraven.

Schrijver: Joanan Rutgers
26 juni 2021


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 44



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)