Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Werden de tien plagen van Egypte veroorzaakt door een uitbarsting van de Santorini?

Op Discovery Civilization was in 2007 een boeiend programma te zien over Mozes. Volgens het Oude Testament trokken de Israëlieten onder zijn leiding uit Egypte naar het land Kanäan. De Egyptische farao, die hen als werklui gebruikte voor de bouw van tempels en paleizen, wilde hen in eerste instantie niet laten gaan. Nadat zijn land door tien plagen was getroffen, liet hij hen echter vertrekken. Echt van harte ging dat niet, want kort na hun vertrek werden de Israëlieten tijdens de doortocht door de Rietzee (de vroegere, foutieve vertaling daarvan luidde "De Rode Zee", maar er wordt feitelijk een zoutwatermeer mee bedoeld) door de Egyptische ruiterij achtervolgd – een ellendige onderneming, want alle paarden en strijdwagens kwamen jammerlijk om in de golven.

Nu zijn er verschillende manieren om erachter te komen in welke tijd Mozes en zijn tegenspeler, de toenmalige farao, hebben geleefd. Archeologische onderzoeksmethoden hebben echter geen eenduidig resultaat opgeleverd. Daarom was het heel verfrissend om te zien hoe veel losse eindjes aan elkaar kunnen worden geknoopt door de tien plagen van Egypte te koppelen aan de uitbarsting van de Santorini rond 1600 v.Chr. – dezelfde uitbarsting die de Minoïsche beschaving vrijwel vernietigde.

Alle deskundigen, die in het programma aan het woord werden gelaten, waren het erover eens dat al die tien plagen afzonderlijk wel eens voorkwamen, maar nooit tegelijkertijd. Die plagen bestonden uit overlast door vier soorten dieren, water dat in bloed veranderde, veepest, zweren, hagel, diepe duisternis en de dood van de eerstgeborenen.
Door aan te nemen dat de uittocht samenviel met de uitbarsting van de vulkaan op Santorini, ca. 100 km. ten noorden van Kreta, werd verklaarbaar hoe het mogelijk was dat al die plagen vrijwel tegelijkertijd optraden. Die uitbarsting vond tussen 1627 en 1600 v.Chr. plaats op 800 km. van de Nijldelta en had een kracht die groter was dan de atoombom op Hiroshima. Puimsteen, dat van die vulkaan afkomstig is, vond men inderdaad in de delta van de Nijl. De drie dagen durende duisternis - één van de tien plagen - kan gemakkelijk door die uitbarsting zijn veroorzaakt, want het was de krachtigste vulkaanuitbarsting op aarde van de afgelopen tienduizend jaar.

Belangrijker was echter de uittocht zelf: hoe kan men verklaren dat het water van de Rietzee zich eerst helemaal terugtrok, zodat de Israëlieten over de droge bodem konden lopen, maar daarna met donderende kracht terugrolde? De oplossing voor dit raadsel was even simpel als verrassend: dit zijn de verschijnselen die horen bij een tsunami! De enorme vloedgolven, die door de uitbarsting van de Santorini werden opgewekt, hebben volgens berekeningen van geologen in ca. 2 uur de kust van Egypte bereikt.

Nu is het een bekend verschijnsel bij tsunami's dat het water zich eerst ver terugtrekt, om daarna met een alles verwoestend geweld toe te slaan. Dat gebeurde bv. ook bij de tsunami van 2e Kerstdag 2005. En... het gebeurde volgens de Egyptologen die op Discovery aan het woord werden gelaten óók ten tijde van de de uittocht!

Er waren echter enkele raadsels die opgehelderd moesten worden om het bijbelverhaal te laten kloppen. Zo is er in het bijbelboek Exodus sprake van een leger van de farao, bestaande uit 600 strijdwagens. Dat aantal lijkt nogal overdreven, maar men heeft niettemin in de oostelijke Nijldelta koninklijke stallen gevonden, waarin plaats was voor 500 paarden! De stap naar 600 is dan maar heel klein geworden.

Er was nog iets vreemds met die documentaire aan de hand. Volgens dat programma is er een inscriptie gevonden in Egypte die dateert uit 1538 v. Chr. In die periode regeerde farao Ahmose I over Egypte. In die inscriptie wordt melding gemaakt van een drie dagen durende duisternis, die goed past bij een reusachtige vulkaanuitbarsting als van de Santorini. Volgens Discovery viel dat ongeveer samen met die uitbarsting.
Toen ik dat jaartal na afloop controleerde aan de hand van verschillende bronnen, bleek de Egyptische chronologie niet overeen te stemmen met metingen van gelogen. De Santorini is volgens metingen met de koolstof C-14 methode nl. uitgebarsten tussen 1627 en 1600 v. Chr. en niet in 1538 v.Chr. Dat scheelt minimaal zo’n 60 jaar. Dat verschil kan niet zomaar worden verwaarloosd.

Als de archeologische gegevens juist zijn – en die kans is redelijk groot, want de Egyptische chronologie is behoorlijk betrouwbaar - dan zou het heel goed kunnen dat die uitbarsting de oorzaak is voor verschillende plagen die Egypte volgens het O.T.-verhaal troffen, evenals voor de omstandigheden waaronder de uittocht plaats vond.

Daar kunnen we nog een andere belangrijke conclusie aan verbinden. Als de archeologische datering van de vulkaaneruptie klopt, is er ook geen verband tussen het monotheïsme van Mozes en dat van Echnaton. Beide mannen braken met de Egyptische traditie van het veelgodendom. Echnaton liet de tempels van alle goden sluiten, behalve die van Aton, de god die werd voorgesteld door de zonneschijf. Men heeft wel verondersteld dat Mozes, als vizier of onderkoning van Egypte, zijn monotheïsme van Aton had afgekeken. Toch is het zeer onwaarschijnlijk dat ze in dezelfde tijd hebben geleefd. Echnaton, die zijn regeringsperiode begon als Amenophis IV, was farao over Egypte van 1351 tot 1334 v.Chr. Dat was ongeveer tweehonderd jaar vòòr de jongste datering van de uitbarsting van de Santorini. Het monotheïsme van Mozes was dus hoogstwaarschijnlijk uniek voor die tijd en vormde een radicale breuk met het veelgodendom van de omringende volkeren. Voor mij is dat een teken dat er bij Mozes wel degelijk sprake was van een goddelijke openbaring en niet van het navolgen van een godsdienstig fanaat en monotheïst als Echnaton.

Schrijver: Hendrik Klaassens, 23 september 2009


Geplaatst in de categorie: religie

4.3 met 19 stemmen 1.524



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Hendrik Klaassens
Datum:
24 september 2009
Correctie: ik zie dat ik enkele regels voor het slot een foutje heb gemaakt in de datering. Ik schreef dat Echnaton, die van 1351 tot 1334 v.Chr. over Egypte regeerde, tweehonderd jaar vòòr de jongste datering van de uitbarsting van de Santorini farao was. Dat moet natuurlijk zijn tweehonderd jaar nà 1538 v. Chr., de jongste datering van de Santorini-uitbarsting.

Voor de conclusie dat Echnaton en Mozes geen tijdgenoten waren, heeft dat geen consequenties. Mozes leefde waarschijnlijk zo'n twee eeuwen vòòr Echnaton.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)