Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Mark Boog: Geluk

Geluk

Het geluk is overkomelijk. Men plaatst het
in een vitrine en gaat aan het werk.
Wie ernaar vraagt krijgt het te zien,
onder weloverwogen commentaar.

Het is gebruikelijk om 's avonds achterover
te zitten en het geluk, zoals dat beschaafd
verlicht tentoongesteld staat, te beschouwen.
Men stoot de deelgenoot erover aan.
Die knikt of zegt heel zachtjes: 'Ja.'

In hoeverre het geluk ons bepaalt
is niet eens een vraag: totaal. Wij zijn niets
dan ons geluk, en het geluk is waar wij zijn.

Slechts tijdens het afnemen van de glasplaat
slaan we soms de ogen neer. De vochtige
doek hangt slap in onze handen. Zo mooi.

Mark Boog is geboren in 1970 te Utrecht. Hij is ook romanschrijver. Hij studeerde niet lang Kunstmatige Intelligentie in Utrecht (wat een vreemde studierichting!) en daarna was hij eveneens kortdurend in dienst bij de toen nog P.T.T. en hij begon pas op zijn 22-ste met schrijven. Volgens mij is hij nu full-time schrijver. In 1995 debuteerde hij met poëzie in het tijdschrift Appel. Daarna zat hij in een schrijverscollectief, waarmee hij tevens het tijdschrift Mondzeer en de Reuzenkreeft uitgaf, waar ik ook nog in gepubliceerd heb, zo kom je mekaar weer tegen. Hij was er redactielid van 1996 tot 1999. In 2000 verscheen zijn dichtbundeldebuut 'Alsof er iets gebeurd' bij uitgeverij Meulenhoff, waarvoor hij de C. Buddingh'-prijs voor het beste poëziedebuut ontving. Hij schrijft vaak over huiselijke onbehaaglijkheid, zonder een woord teveel te gebruiken, exact uitgekiend. Hij steekt natuurlijk de draak met die burgerlijke huiselijkheid, zoals hierboven met het begrip 'geluk'. Het is dan ook een hekeldicht. In 2002 verscheen 'Zo helder zagen we het zelden', in 2003 'Luid overigens de noodklok', in 2005 'De encyclopedie van de grote woorden' en 'Seizoenen', in 2006 'Landman', in 2007 de bloemlezing 'Het eigen oor. Een keuze uit de gedichten', in 2008 verscheen de gedichtendagbundel 'Alle dagen zijn van liefde', in 2010 'Er moet sprake zijn van een misverstand'. In 2006 kreeg hij voor 'De encyclopedie van de grote woorden' de VSB Poëzieprijs. Hij publiceerde met name in De Gids en het Hollands Maandblad. In 2001 verscheen zijn debuutroman 'De vuistslag' (Meulenhoff). Hij schrijft illusieloos over de alledaagse wanhoop, in een andere context zegt hij weer dat alles illusie is, tja, dichters zijn ongrijpbare wezens, want woordtovenaars. Mark is getrouwd en samen hebben ze vier kinderen. In 2002 verscheen de roman 'De warmte van het zelfbedrog', in 2005 'De helft van liefde', in 2009 'Ik begrijp de moordenaar', genomineerd voor de BNG Literatuurprijs, in 2011 'Het lot valt altijd op Jona'. In 2001 stond hij op Lowlands, in 2003 opende hij de Nacht van de Poëzie, in 2010 was hij er ook. Mark dicht vanuit invallen, spontane ingevingen, hij schrijft zijn gedichten in één keer klaar, al blijft hij er nadien nog lang aan schaven/sleutelen. Hij woont in een Vinexwijk te Houten, maar schrijven doet hij het liefste in een houten huisje op een volkstuincomplex ergens onder houten, net als ooit Vinkenoog en Wolkers. Af en toe doet hij wat aan fysiek spitwerk, terwijl de fazanten voorbij vliegen en de ringslangen en muskusratten langs zijn benen glijden. Hij treedt graag op met zijn pittige band Poetry in Motion. In 2008 was hij Writer in Residence in kasteel Groeneveld, thema 'Landschap en voedsel', waar hij een reeks gedichten over maakte. Zijn stem klinkt geaard, stevig, geestelijk elitair, raadselachtig en humoristisch blasé.

'sommigen zeggen dat dat, precies dat, het essentiële moment is, het moment 'niet', dat het daar om gaat. maar dat is wat sommigen doen: praten, altijd maar praten. muziek in een lift. hadden ze gelijk, ze zouden zwijgen'

Schrijver: Joanan Rutgers, 10 augustus 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

3.9 met 7 stemmen 574



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)