Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Gerard Reve: Sacrament

Sacrament

In stormachtig visioen zag ik des nachts
hoe de Moeder van God, altijd Maagd,
in het veld zich ontblootte en zich gaf
aan een jonge Soldaat die eenzaam was zonder moeder
en het nog nooit gedaan had bovendien:
hij was verlegen en onbeholpen, maar Zij,
de Verloste, Verheerlijkte, voor eeuwig Gekroonde,
wees hem met veel takt de weg
door het blonde struikgewas naar Haar diepe grot.
Ik hoorde hoe hij hijgde toen Zij sprak:
'Je mag Mij best hier bijten',
en aan zijn tere jongensmond
Haar harde meisjesborsten bood.
Hij dronk tot bloedens toe.
Het was zo lief, zoals hij bij Haar lag,
en Zij hem wiegde.

Gerard Kornelis van het Reve is geboren in 1923 te Amsterdam.
Zijn ouders waren overtuigde communisten. Hij was hun tweede zoon. Zijn vader was de journalist Gerard J.M. van het Reve en zijn moeder was Janetta Jacoba Doornbusch. Gerards broer heette Karel en die werd hoogleraar Slavische talen.
Gerard groeide op in Betondorp en hij woonde later met zijn ouders aan de Jozef Israëlskade, waar hij 'De Avonden' geschreven heeft. Hij vond zijn jeugd een verschrikking, hard en liefdeloos, de andere mensen gevoelloos en vol onbegrip. Hij verliet het Vossius-gymnasium voor de eindstreep.

In 1940 verscheen zijn dichtbundeldebuut 'Terugkeer'.
Hij volgde in 1943 een opleiding typografie aan de Grafische School. Voor die tijd was hij in therapie geweest bij een psychiater, ook omdat hij een zelfmoordpoging ondernomen had.
In 1947 verscheen zijn romandebuut 'De Avonden', bekroond met de Reina Prinsen Geerligsprijs. Sommigen vonden het te somber, te verstikkend en te schokkend, maar het boek werd verdedigd door Vestdijk, Blaman en Hermans.

Hij schreef novellen zoals 'Werther Nieland' en 'De ondergang van de familie Boslowits'.
Hij was rechtbankverslaggever voor het Parool en daar leerde hij Simon Carmiggelt kennen. Borreltje hier, borreltje daar.
In 1948 trouwde Gerard met de dichteres Hanny Michaelis, welke huwelijksrelatie elf jaar stand hield.
Door een 'aanstootgevende' scène in een verhaal kreeg hij geen reisbeurs, waardoor hij Nederland verafschuwde. Hij had ergens geschreven over masturbatie. Maar zijn wraak was zoet, want de behouden godsdienstangsthaas en bekrompen puritein, die erachter zat, werd goed op zijn nummer gezet, doordat Gerard een relatie met zijn zoon aanknoopte.

Van 1952 tot 1957 woonde hij in Londen, hij volgde daar o.a. cursussen toneelschrijven om Shakespeare te onttronen. Daarna woonde hij in Amsterdam met Wim Schuhmacher (Wimie).
In de jaren zestig schreef hij zijn brievenboeken 'Op weg naar het einde' en 'Nader tot U', waarmee hij groot succes had, ook vanwege het feit dat hij openlijk voor zijn homoseksualiteit uitkwam en het feit dat hij rooms-katholiek geworden was.
Het jaar voor zijn brievenboeken zat hij twee weken op de psychiatrische afdeling van het Wilhelmina-ziekenhuis in Assen. Hij zat naar eigen zeggen met spanningen aangaande het proces over zijn godslasterlijke uitspraken, zo noemde hij God een ezel, waar hij gemeenschap mee had. Vele malen per dag werd hij erover opgebeld, ook nog eens verzwakt door te weinig slaap en eten. Hij heeft geen zelfmoord willen plegen en hij heeft ook niet andere mensen naar het leven gestaan en het kwam ook niet omdat hij katholiek was geworden. Men zei dat hij gek was, als hij van een trap viel, zeiden ze dat hij uit de lift was gesprongen. Ze dikten al zijn onschuldige handelingen foutief aan.

De romans 'Lieve jongens' en 'Een circusjongen' misten de vroegere originaliteit. Hij werd al te zeker van zichzelf en zijn specifieke, plechtige schrijfstijl, het gevaar van gekunsteldheid lag sterk op de loer.
Bovendien beheerste Koning Alcohol een groot deel van zijn leven. In 1966 werd hij met een delirium in een ziekenhuis opgenomen.
Hij woonde een tijd in Greonterp, een zeer klein dorp in Friesland, iets van 27 inwoners en nog was het hem te druk. Daar woonde hij in 'Huize Het Gras' samen met Willem Bruno van Albada (Teigetje) en Henk van Manen (Woelrat). Ook leerde hij in die tijd Joop Schafthuizen (matroos Vos) kennen. Willem Bruno en Henk zijn later getrouwd. Sinds 1975 deelde Gerard zijn leven met Joop Schafthuizen.
Gerard heeft de rode wijn aanbeden als een godsgeschenk, later zei hij tijdens een interview dat alcohol van de duivel is, hij liet nooit echt merken of het hem ernst was of dat hij een grapje maakte, altijd deed hij geheimzinnig humoristisch.
Hij ging in 1975 samen met Joop in Le Poët-Laval wonen, waar ze een pittoresk en luxe onderkomen hadden, toen was de rode wijn er nog en zijn kroontjespen en zijn obsessieve Maria-verering. Later woonden ze ook geregeld te Schiedam, in het woonhuis van Joop.
In 1993 verhuisden ze naar Machelen-aan-de-Leie.
In 1997 kreeg Gerard Alzheimer en in 1999 stopte hij met schrijven.
Hij stierf in 2006 in het verpleeghuis Sint-Vincentius in Zulte.

Zijn gedichten zijn zeer realistisch en anekdotisch en zeker niet altijd geslaagd, alsof hij toch altijd de prozaïst is geweest, die aanvankelijk een dichter had willen zijn. Maar mijn begrip aangaande poëzie is in de loop der jaren sterk verruimd, men kan ook poëzie uit het dagelijkse leven puren, en dus schaar ik Gerard Reve hierbij onder de serieuze dichters, die boven de middelmaat uitstijgen. Misschien was hij zonder dat speelse gedweep met de roomse leer veel verder gekomen, in ieder geval heeft Bacchus hem meer beloond, dan hij uiteindelijk besefte.

'Kunstbroeder Carmiggelt zag mij eens, jaren geleden, vrolijk op straat, met vrienden schertsend en lachend, vlak bij een cinema, en dacht: 'Het lijkt waarachtig wel of hij gelukkig is. Wat fijn, wat heerlijk voor die jongen, maar wat rampzalig voor de literatuur.'

Schrijver: Joanan Rutgers, 22 augustus 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

3.0 met 3 stemmen 396



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)