Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De kranige groothertogin van het Vlaamse letterland

(voor Kristien Hemmerechts)

Je bent geboren als Christien op 27 augustus 1955 in Brussel. Je moeder was lerares Latijn en je vader was journalist. Je groeide op in Stroombeek-Bever, een gemeente aan de rand van Brussel. Je ging in Laken naar school. Jouw moeder kwam uit Menen, waar gesmokkeld, gespeculeerd en gehoereerd werd.

Je studeerde Germaanse filologie aan de Universitaire Faculteiten Sint-Aloysius en aan de Katholieke Universiteit Leuven. In 1986 promoveerde je op het proefschrift 'A Plausible Story and a Plausible Way of Telling It: A structuralist analysis of Jean Rhys's novels'.
Je was assistente Engelse literatuur en taal aan de huidige K.U. Brussel. Sinds oktober 1992 was je hoofddocente Engelse literatuur aan de K.U. Brussel.
In 1986 debuteerde je met drie Engelse verhalen in de bundel 'First fictions, Introduction 9'.

In 1987 debuteerde je in de Nederlandse/Belgische taal met de korte roman 'Een zuil van zout' bij uitgeverij Houtekiet.
Je schrijft met een koele, magere stijl, very British. Erotiek, noodlot en vrouwen staan centraal in jouw werk. De mannen blijven vaak op de achtergrond. De vrouwelijke personages zitten vaak klem in hun liefde en ze zijn machteloos, tragisch, besluiteloos en rusteloos.
In 1989 volgde jouw roman 'Brede heupen' bij De Arbeiderspers.
In 1991 verscheen jouw roman 'Zonder Grenzen' bij Wolters-Noordhoff Groningen.
In 1993 verscheen jouw roman 'Wit zand', in 1995 je roman 'Veel vrouwen, af en toe een man' en in 1997 je roman 'Margot en de engelen'.

In mei 1978 trouwde je met de Engelse Steve Smith, met wie je in Londen woonde, waar je typiste was. Met Steve leidde je een half jaar een jeugdherberg in Dover. Steve en jij kregen drie kinderen; Kathy en twee jongens, die als baby in 1983 en 1984 door wiegendood overleden. De verwerking van dit grote trauma kostte jou jouw huwelijk. De depressie van Steve en de depressie van jou waren helaas onverenigbaar.

In 1992 hertrouwde je met de geniale, tedere dichter Herman de Coninck en leidde je een boeiend en gepassioneerd leven met hem. Na het veel te vroege overlijden van Herman schreef je het indrukwekkende weduwe-document 'Taal zonder mij' voor je hoogst dierbare, overleden manlief, wat helaas niet door iedereen geapprecieerd werd. Vooral niet door de eeuwige knorrepot en zogenaamd alwijze Piet Gerbrandy, die je bloed wilde zien. Pure, valse, geprojecteerde en op waanideeën gebaseerde rancune.

In 2002 verscheen jouw roman 'Donderdagmiddag. Halfvier' en in 2007 'In het land van Dutroux' bij uitgeverij Atlas, over de walgelijke moordenaar Marc Dutroux. Best merkwaardig dat je over die vuile misdadiger een roman schreef.

En het bleef daar niet bij, want in 2014 verscheen jouw roman 'De vrouw die de honden te eten gaf', over de vrouw van Dutroux, Michelle Martin. Deze actualiteitsvermenging is binnen de literatuur behoorlijk opzienbarend, wat je geniale vernieuwingsdrang typeert.

Op 25 augustus 2007 hertrouwde je met de West-Vlaamse, elf jaar jongere Bart Castelein, met wie je al sinds 1999 een liefdesrelatie had. Barts moeder pleegde zelfdoding en zijn beste vriend, de journalist Pascal Decroos, overleed kort voor het overlijden van Herman.
Je krijgt nog steeds veel kritiek op je voorliefde voor seks, maar dat gebeurt vooral door de talloze seksueel-gefrustreerden, bizarre puriteinen en hypocrieten.
Van 2004 tot 2014 was je beschermvrouwe van Te Gek?!, een ijverige stichting voor het opheffen van alle taboes rondom psychische aandoeningen/stoornissen. Je zus kwam in de psychiatrie terecht.
In het najaar van 2015 kreeg je de diagnose borstkanker en na de bestralingen ben je in januari 2016 kankervrij verklaard. Je bent nu de ambassadrice van Pink Ribbon.

Schrijver: Joanan Rutgers, 5 november 2016


Geplaatst in de categorie: idool

4.0 met 5 stemmen 82



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)