Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Een vrijgevochten, ongrijpbare, mysterieuze schoonheid, die schoonheid creëert

(voor Pauline Auzou (1775 - 1835))

Jij bent geboren als Jeanne-Marie-Catherine Desmarquets op 24 maart 1775 in Parijs. Op 9 december 1793 trouwde jij met de papiermaker Charles-Marie Auzou en vanaf 1794 kregen jullie minstens twee zonen, twee dochters en een kind, die in de kindertijd overleed. Jullie dochter Antoinette-Charlotte-Pauline (1793 - 1821) trouwde in 1818 met de architect Frédéric Nepveu, die de paleizen in Versailles en Compiègne ontwierp. Frédéric was een schildersleerling van de historieschilder Jean-Baptiste Regnault, net als jij, en van de landschapsschilder Jean-Victor Bertin. Frédéric hertrouwde in 1825 met de schilderes Marie Edwige Guéroult. Jij ging in 1802 in de leer bij Jean-Baptiste Regnault, samen met Sophie Guillemard, Eugénie Delaporte, Caroline Derigny en de portrettiste Henriette Lorimier, die in 1806 een Eerste Klas Medaille voor 'Jeanne de Navarre' kreeg, gekocht door keizerin Joséphine Bonaparte-de Beauharnais. Zij woonde samen met de diplomaat/schrijver/ontdekkingsreiziger François Pouqueville en beiden waren bevriend met Ingres, Chateaubriand, Alexandre Dumas en de beeldhouwer David d'Angers. Ze gingen vaak naar de salon van de schrijfster Sophie Rostopchine, gravin van Ségur. Sophie's dochter Nathalie was hofdame voor keizerin Eugénie de Montijo, tot 4 september 1870 de laatste keizerin van Frankrijk. Eugénie overleed op 11 juli 1920, 94 jaar, en zij is in de Saint Michael's Abbey in Farnborough begraven, in een granieten sarcofaag, geschonken door koningin Victoria. Haar man Napoléon III en haar zoon Louis Napoléon zijn daar ook begraven. Van 1903 tot 1937 was Fernand Cabrol, die uit de Abbaye Saint-Pierre de Solesmes kwam, daar de benedictijnse abt.

Angélique Charlotte Eugénie Delaporte trouwde met de componist Louis-Luc Loiseau de Persuis en in 1802 portretteerde zij de beeldschone acteur Pierre Lafon, die veel vrouwen veroverde en andersom, zoals prinses Pauline Bonaparte, die vele minnaars nam, soms drie tegelijkertijd, en vanwege haar promiscuïteit kreeg zij geslachtsproblemen, zodat haar arts haar adviseerde om bloedzuigers op haar vulva te plaatsen. Waarschijnlijk zal ze dat nog gedaan hebben ook. Ze overleed op haar 44-ste door leverkanker en ze is in de Basiliek van Santa Maria Maggiore begraven, in de Cappella Paulina. De dames kregen niet alleen les van Regnault, maar vooral van zijn vrouw Sophie Meyer, niet te verwarren met haar Duitse naamgenote. Jij werd ook beïnvloed door Ingres en de schilderes/prentmaakster Marguerite Gérard, die 30 jaar in het Louvre woonde, bij haar zus, de miniaturenschilderes Marie-Anne Gérard, en haar man Jean-Honoré Fragonard, wiens leerlinge/assistente Marguerite was. Het echtpaar Fragonard kreeg twee kinderen, Rosalie en Alexander-Évariste. Marguerite schilderde scherp en detaillistisch, ik noem vol bewondering 'Le chat angora', die heel komisch is, 'Le déjeuner du chat', waarop de poes wel heel erg verwend en vereerd wordt, en 'Eerste stappen', let op het houten leren-lopen-mechanisme met schattig eetbakje. Dat is wat anders dan de tegenwoordige, lelijke, plastic rommel!

Jij maakte studies van naakte vrouwen en mannen en historische genre- en portretschilderijen. Verder maakte jij schilderijen van en voor Napoleon. Bij de Salon van Parijs in 1795 exposeerde jij 'Daphnis et Phyllis', in 1804 'Het eerste gevoel van koketterie' en in 1806 een portret van de acteur/komiek/schrijver Louis-Benoît Picard, waar jij een Eerste Klas Medaille voor kreeg. In 1808 toonde jij een schilderij van de familie Picard, waarop zij vol bewondering naar jouw portret van Louis-Benoît kijken. Louis-Benoît werd directeur van het Odéon-Théâtre en zijn vrouw was de lieftallige, aanhankelijke, vrolijke Victoria Longchamps. In 1808 ontving jij de Medaille de Première Classe voor jouw werk. In 1808 schilderde jij koningin Agnès de Méranie (1172 - 1201), getrouwd met koning Filips Augustus II, met wie zij drie kinderen kreeg; Maria, Philippe-Hurepel en een tweede zoon, die na enkele dagen overleed, terwijl Agnès bij de geboorte overleed, op 19 juli 1201 in Poissy. Agnès is in de benedictijnse Koninklijke Abdij van Saint-Corentin-lès-Mantes begraven. De laatste abdis van die abdij Françoise de Boisse overleed in 1792 en na de verkoop van de abdij is de abdij geheel verwoest. Philippe-Hurepel overleed in juli 1234 tijdens een toernooi in Corlie. Hij doodde per ongeluk graaf Florent IV van Holland, waarna graaf Thierry V van Kleef hem per ongeluk doodde.

In 1810 toonde jij 'Aankomst van aartshertogin Marie-Louise in Compiègne', met de kersverse bruidegom Napoleon en Marie-Louise's olijke hofdames. Jij begon een eigen kunstacademie voor jonge vrouwen, net als Lizinska de Mirbel en Marie-Guilhelmine Benoist, die in 1800 'Portrait d'une négresse' exposeerde, zes jaar na de afschaffing van de slavernij. Dit schilderij is een symbool voor vrouwenemancipatie en de rechten van donkergekleurde mensen. De ontblote rechterborst met trotse waardigheid in het oog springend. Rond 1805 schilderde Benoist prinses Elisa Bonaparte, getrouwd met de brigadegeneraal Felice Pasquale Baciocchi, die tien jaar viool studeerde bij Niccolò Paganini, die één van Elisa's minnaars was. Felice en Elisa kregen samen vijf kinderen, o.a. Elisa Napoléone, in 1810 door Benoist geschilderd, met een duif in haar handen en bij een kar met verzamelde bloemen. Jij overleed op 15 mei 1835 in Parijs. Jij werd 60 jaar en jij bent in de Cimetière du Montparnasse begraven.

Schrijver: Joanan Rutgers
6 oktober 2021


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 123



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)