Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

De Zweedse vrijheidsstrijder en zijn adellijke moordenaar

(voor Engelbrekt Engelbrektsson (1390 - 1436))

Jij bent geboren in 1390 in Enlikobenning bij Norberg in Västmanland, Zweden. Jouw familie kwam in de jaren 1360 naar Zweden. Jouw vader Engelbrekt Englikoson werd als eerste in de adelstand verheven. Het familiewapen bestaat uit drie halve lelies, die een driehoek vormen. Jouw broer was Nils. Jij was een schildknaap. Jij had kennis van bestuur en militaire vaardigheden. Jij was waarschijnlijk een getrainde militair tijdens de Sleeswijkse Oorlogen van Erik van Pommeren (1382 - 1459), koning van Zweden (1396 - 1439), koning van Noorwegen (1389 - 1442) en koning van Denemarken (1396 - 1439). Hij is in Rügenwalde (nu Darlowo) geboren en overleden. Hij is in prinselijke crypte in de St. Mary's Church begraven. In 1406 trouwde hij in Lund met Philippa van Engeland, die mogelijk vanaf 1407 al graag het Vadstena Klooster bezocht, waar de Orde van Birgitten huist. Het was een dubbelklooster en Philippa was vaak op het koninklijke landgoed, wat er aan grensde. In 1415 werd zij medezuster en zij hielp de Birgitijnse Orde uitbreiden. Zij correspondeerde met de paus, wat ertoe leidde dat hij het gender-gemengde aspect van de kloosters herriep. De heilige Philippa overleed op 5 januari 1430 in het klooster van Vadstena. Zij werd 35 jaar en zij is in het door haar in 1426 ingewijde Sint-Annakoor in de kloosterkerk begraven. Op haar grafsteen staat de gekruisigde Christus Jezus afgebeeld. Boven haar graf maakte de kunstenaar Reinhold Callmander een portret in glas-in-lood van haar. Haar hoveling Katarina Knutsdotter was de kleindochter van de heilige Birgitta Birgersdotter, de stichteres van de Orde van Birgittin. De relikwieën van Sint-Birgitta zijn sinds 1393 in de kloosterkerk van Vadstena. Katarina heeft bij Philippa de liefde voor het Birgitijnse klooster in Vadstena aangewakkerd. Erik hertrouwde met de Deense hofdame Cecilia.

Jij was ontevreden over de talrijke overtredingen van de Deense, lokale gerechtsdeurwaarders en de zware belastingen. In 1434 begon jij een opstand met de steun van de mijnwerkers en boeren uit jouw geboortestreek. Jij was zelf de eigenaar van een mijn in Dalarna. De oorlogen van de Denen met Sleeswijk, Holstein en Pommeren verstoorden de export van Zweedse goederen, vooral van ijzer. De baljuw van de koning in Västeras, Jösse Eriksson, kreeg vooral de schuld van het leed van de mijnwerkers. Jij uitte formele klachten namens de mijnwerkers en koning Erik liet het onderzoeken, waaruit bleek dat Jösse criminele acties had ondernomen. Jösse werd niet vervangen, waardoor er veel boeren naar Västeras gingen om te protesteren. De Rijksraad suste de boel en nog bleef Jösse aan. Mensen uit Dalarna belegerden het kasteel van Jösse, waardoor hij door de Rijksraad werd vervangen voor Hans von Eberstein. Jösse werd niet vervolgd en de mensen uit Dalarna en Västmanland verwoestten de kastelen van Borganäs en Köpingshus. Veel edelen sloten zich bij de opstandelingen aan en heel Zweden volgde. In 1435 werd jij op een Rijksdag in Arboga tot opperbevelhebber benoemd. De adel en de geestelijkheid begonnen de opstand uit te buiten en jou te verdringen. Zij gingen Karl Knutsson Bonde steunen, die in 1436 de opperbevelhebber werd.

Jösse Eriksson keerde naar Zweden terug, waar hij in Motala door de boeren werd gelyncht. Jij werd op 4 mei 1436 op het eilandje Engelbrektsholmen in het Hjälmarenmeer vermoord. De moordenaar was de aristocraat Mans Bengtsson, die in het nabijgelegen kasteel Göksholm woonde. Zijn vader had een juridische strijd met jou over het illegaal verbranden van een schip. Het 13-de eeuwse Göksholm ligt in Stora Mellösa, Örebro. De eerste bewoner was Lady Ingeborg Ulfsdotter. Mans was een ridder en opperrechter in de provincie Närke. Hij was lid van de adellijke familie Natt och Dag, net als de schrijver Niklas Carl Bosson Natt och Dag, geboren op 3 oktober 1979 in Stockholm. Hij debuteerde in 2017 met de detective 'De Wolf en de Wachter', het eerste deel van een trilogie. In 2019 volgde 'De Stad tussen de Bruggen' en in 2021 '1795'. Jij werd 45 of 46 jaar en jij bent in de Sint-Niklaaskerk aan de Drottninggatan in Örebro begraven. Dit werd een bedevaartsplek. Bisschop Simonsson van Strängnäs schreef: 'Vrijheid is het meest waardevolle op aarde. Wanneer je eerlijk wilt zijn tegenover jezelf moet je meer waarde hechten aan vrijheid, dan aan goud, want met vrijheid komt overwinning.'. Bij het stadhuis in Stockholm staat een standbeeld van jou op een pilaar. In 1901 verscheen het toneelstuk in 4 akten 'Engelbrekt' van August Strindberg. De première was op 3 december 1901 in het Svenska teatern in Stockholm, met Oscar Eliason in de hoofdrol en in aanwezigheid van prins Carl en prinses Ingeborg. Het werd een groot fiasco met slechts 3 voorstellingen.

De componist Carl Nataneal Rexroth-Berg componeerde in 1928 de opera in 4 akten 'Engelbrekt'. Tijdens de première op 21 september 1929 in de Stockholm Opera werd jij door de bariton Lars Einar Larsson vertolkt. De dirigent was Armas Järnefelt, die met Jean Sibelius bevriend was. Jean trouwde in 1892 met de zus van Armas Aino, met wie hij 6 dochters kreeg. Armas in 1893 met de zangeres Maikki Parakinen, met wie hij de dochter Eva kreeg. Armas en Maikki zijn in 1908 gescheiden, waarna Armas in 1910 met de zangeres Liva Edström trouwde, met wie hij 2 kinderen kreeg, Olivia Elisabeth en Arvid Alexander. Maikki trouwde in 1910 met de componist/pianist Selim Palmgren. Nadat Maikki op 14 juli 1929 door een beroerte overleed, trouwde Selim met de zangeres Minna Talwik. Maikki werd 57 jaar. In 1906 zong zij in Den Haag 'Die Almacht' van Franz Schubert, met het Concertgebouworkest en de dirigent Willem Mengelberg. Zij is in de Hietaniemi Cemetery in Helsinki begraven. In Stockholm bevindt zich ook het bronzen beeld Bagspannaren (Boogschutter) van Christian Eriksson, als gedenkteken aan jou, toen jij een opstand tegen de Deense overheersing leidde. Op de reliëfs sta jij met jouw krijgers. Voor de kruisboogschutter stond Christian's vriend Gösta Fagerlind model, een basisschooldirecteur van Arvika.

Christian was getrouwd met Jeanne de Tramcourt (1894 tot 1911), met wie hij de zoon Liss Eriksson kreeg, een beeldhouwer, die met de kunstenares Britta Reich trouwde. Jeanne ging in 1914 met prins Karel Willem Lodewijk Bernadotte van Zweden in kasteel Stenhammar samenleven. Prins Willem scheidde in 1914 van grootvorstin Maria Paulowna Romanova van Rusland, met wie hij de zoon Lennart Bernadotte kreeg. Lennart was getrouwd met Karin Nissvandt, met wie hij 4 kinderen kreeg; Brigitta, Marie Louise, Karel Johan Jan Gustaaf Willem en Karin Cecilia. Met zijn tweede vrouw Sonja Haunz, die 35 jaar jonger was, kreeg hij 5 kinderen; Bettina, Björn, Catherina, Christiaan en Diana. Lennart woonde tot zijn overlijden op 21 december 2004 op Schloss Mainau.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
29 december 2022


Geplaatst in de categorie: idool

5.0 met 1 stemmen 41



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)