Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

"Sturm und Drang" in de muziek

In de muziekgeschiedenis komen van die momenten voor dat zich concentraties van componisten voordoen die juist door het samenwerkingsverband hun belang bewijzen.
Het nieuwe en uit dat gezamenlijk streven houdt ieder bezig en leidt vaak tot nieuwe impulsen. Natuurlijk kunnen dergelijke "componistenwerkgemeenschappen" onderling soms onvergelijkbare doelen nastreven, maar ze vinden altijd iets nieuws. Er zijn van dergelijke verbanden veel voorbeelden te geven. Ik noem er twee.

Allereerst het 'machtige hoopje', aan het eind van de negentiende eeuw in Rusland. Vijf componisten willen daar het nationaal Russische muzikale monument, de volksmuziek, opnemen in hun muziek en hun muzikale taal daarop baseren.
Er werd in hun omgeving wat besmuikt gelachen, want het was "not done" om de taal van het volk te spreken. U weet wel hoe dat gaat!

Een ander voorbeeld vinden we enkele decennia later in Frankrijk, de "Groupe des Six". Ook zo'n werkgemeenschap met een gemeenschappelijk doel. Zij willen zich van het Debussyanisme bevrijden, dat zij ervaren als muzikaal mistig, omfloerst, niet concreet, onduidelijk in bedoeling.
Misschien is dat ook zo: wat de kracht van de één is wordt hem door de ander niet in dank afgenomen en dat hoeft zeker niet jaloezie te zijn! Hoe dan ook: er is geen plaats meer voor versluiering in muziek, eertijds zo'n gewild attribuut in de atmosfeer van de muziek tijdens het Impressionisme.

Deze twee groepen hebben zeker wel hun idealen vorm zien krijgen en voor die tijd prachtige voorbeelden achtergelaten waaruit duidelijk bleek wat die componisten wilden. Aan een groep of "school" zoals ze ook wel genoemd worden wil ik nu aandacht geven omdat deze rond het midden van de achttiende eeuw zoveel gevolg gehad heeft.

Het is de zogenaamde "Mannheimer Schule", gedragen door componisten als Stamitz, Cannabich en Richter. De eerste van hen is het meest bekend, de andere twee leven en werken in zijn schaduw, maar zijn niet minder gedreven. Deze drie componisten hebben in hoge mate bijgedragen tot een nieuwe componeertrant waarin artistiek inzicht en musiceertrant
grondig veranderen.

Om de ware betekenis van de "Mannheimer Schule" te begrijpen is het noodzakelijk een beeld te hebben van de muzikale aktiviteiten tijdens de periode van 1745 tot 1775 in de Duitse muziek. Dan bloeit de "Mannheimer Schule" op bijzonder intensieve wijze. Wat deze cultuurperiode karakteriseert is te komen tot een nieuwe artistieke uitdrukkingswijze in muziek, beeldende kunst en literatuur.
Deze keert zich tegen het kunstmatige en de gekunsteldheid daarin, zoals die zich had ontwikkeld. Men geeft dat streven een naam. "Sturm und Drang", zó wordt deze periode genoemd.

De tijd van de barok, met alle zucht naar ornamentiek en versiering ligt achter de kunstenaars van die tijd en nu zoekt men naar een volkomen andere stijl, waarin expressie en emotie en de beleving daarvan centraal staan.

In muziek dient dat nieuwe kleur- en contrastrijk te zijn. Heftigheid, vurigheid en vooral een innig uitdrukkingsgevoel zijn de idealen waar de componisten van de "Mannheimer Schule" van dromen en waarmee zij het bestaande formalisme aan de kant willen schuiven. Het "Sturm und Drang" effect laat zich heel duidelijk horen bij Joseph Haydn, later ook bij Mozart, en dat vooral in de werken die gecomponeerd zijn van 1771 tot 1781. Het is de onverwachtheid in melodische- en harmonische wendingen die
tijdens die jaren hun werk karakteriseren en dat zal blijven doen.

[volgt deel 2]

Schrijver: Wim Brandse, 22 november 2009


Geplaatst in de categorie: muziek

3.5 met 4 stemmen 478



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)