Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Victor E. van Vriesland: Vrouwen

Vrouwen

Moede vrouwen geven hun lichaam veil
In deze stad. De felle lampen schreien
Hun rosse gloed over eindloos heenglijen
Der vrouwen uit, die spieden wreed en geil

Naar prooi. De stomme donkre huizenrijen
Ter weerszij staren hoog, hunkrend naar 't heil
Van koele hemel die zich als een zeil
Boven de straat uitspant, grijs-vlos en zijen.

O moede zusters in de moede stad,
Uw droeve levens heb ik liefgehad:
Een lange jeugd lang waart gij mij verwant.

Want ook de dichter loopt het leven door
Lijdend als gij, en geeft zich allen, voor
Een nooit gekend geluk dat hem verbrandt.

Victor Emmanuel van Vriesland werd geboren in 1892 te Haarlem. Hij was de jongste zoon van zeer rijke, joodse ouders. Zij woonden altijd in grote huizen en ze hadden personeel voor de huishouding en voor de opvoeding van de kinderen. Op het gymnasium leerde Victor Martinus Nijhoff kennen. Ook kreeg hij bijles van de dichter Dèr Mouw. Zij bleven vrienden. Na het gymnasium ging hij twee jaar Franse letteren studeren in een Franse universiteit te Dijon. Daarna ging hij in Rotterdam wonen en begon hij met zijn schrijfavonturen, bovenal poëzie. Hij debuteerde in 'De Nieuwe Gids', hét tijdschrift van de Tachtigers. In 1917 trouwde hij met de Zwitserse Maria Huguenin Dumittan. Ze gingen samen in een buitenhuis te Blaricum wonen, nog steeds een plaats voor mensen met enig fortuin. Er trok ook een vaste vriendin van Victor bij hen in, maar deze ménage à trois viel weer snel uiteen, de vaste vriendin verliet het echtpaar. Er woonden daar meerdere kunstenaars en ze kwamen geregeld bij elkaar op bezoek om te bomen en te feesten, Victor hield wel van een wijntje en een Trijntje, dus deed hij hartstochtelijk mee. Bij kunstenaars zijn losse zeden niet ongewoon. Marie had daar niet zo'n moeite mee, integendeel, ze was net zo. Er kwamen vaak arme kunstschilders bij hen inwonen en mee-eten, zodat zijn erfenisgeld zienderogen verminderde, maar als hardwerkend literator ging het steil bergopwaarts met hem. In 1926 ging het helaas helemaal mis met Maria, ze stortte volkomen in en daardoor moest ze worden opgenomen in het Wilhelminagasthuis, alwaar zij in 1931 stierf. Deze klap kwam hard aan bij Victor en hij was lange tijd ontroostbaar, terwijl hij in 1929 ook al failliet geworden was. Het was nu echt genoodzaakt om te gaan werken, maar gezien zijn literaire talenten en intellectuele kunnen lukte dat voorspoedig. Hij werd redacteur bij de Nieuwe Rotterdamsche Courant en later werd hij zelfs eindredacteur bij De Groene Amsterdammer. Tijdens de 2-de Wereldoorlog zat hij ondergedoken, terwijl bijna zijn hele familie door de Duitse soldaten vermoord werd. Hij kreeg na de oorlogsgruwelen het voorzitterschap van het PEN-centrum en van de Bezige Bij. Zijn vierde huwelijk was met Adrienne Canivez, wat uitstekend verliep. Hij ontving talloze prijzen/titels; de Constantijn Huygensprijs, de Prijs Stichting Kunstenaarsverzet, de P.C. Hooftprijs, Officier in de Orde van Oranje-Nassau, officier in de Kroonorde, officier in de Leopoldsorde etcetera. Hij schreef ook romans, novellen, essays, verhalen en aforismen. Hij werd beïnvloed door allereerst de al genoemde J.A. dèr Mouw, verder Paul Valéry en J. van Oudshoorn. Hij leek qua uiterlijk sprekend op Simon Vestdijk en misschien ook wel qua innerlijk, want beiden waren hypochondrische intellectuelen van topniveau. Victor E. van Vriesland stierf in 1974 te Amsterdam. Ik heb een gesigneerd exemplaar van zijn boek 'Onderzoek en vertoog' (1958). Hij was een gedegen en gedreven veelschrijver, zoals we vandaag de dag niet gauw meer zullen tegenkomen. Overigens heeft zijn achternaam niets met Friesland te maken.

Schrijver: Joanan Rutgers, 12 oktober 2010


Geplaatst in de categorie: literatuur

5.0 met 1 stemmen 113



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)