Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

J.C. van Schagen: Ewig weiblich

Ewig weiblich

zo zacht, Marjan, als nu je armen om me heen gesloten zijn
zo zacht als je twee tere borstjes zich nu nestelen aan mijn borst, zo zacht als 't smeken van je bruine ogen
zo zacht als 't strelen van je lieve naam
zo zacht en welig als je heupen zijn, beschroomd gewillig aan haar meesters hand, zo zacht gehoorzaam als je zoete
schoot zich voegt nu aan het felle dringen van mijn wil
zo zacht als jij, Marianne, zelf aan mij te hunkeren staat
jij tedere wijnrank aan het sterke hout
zo onverbiddelijk volstrekt staat nu je vast besluit
ik lees het in je grote ogen, mijn gazelle
mijn Vrouwe duivezacht
zo onverbiddelijk staat dan je vast besluit
dat NU mijn oude overhemd niet meer kàn!


Johan Christiaan Jacobus van Schagen is geboren in 1891 te Vlissingen. Hij groeide op in Middelburg en na de HBS aldaar ging hij werken bij de Provinciale Griffie in deze Zeeuwse hoofdstad.
Daarna studeerde hij rechten in Utrecht en in Amsterdam. In Amsterdam ontmoette hij Willy Dalman, wat uitgroeide tot een huwelijk in 1918.
In 1920 promoveerde hij met stellingen op het visserijgebied en veel belangrijker, hun dochter Joos werd geboren.

Ze verhuisden naar Rotterdam en nadat hij eerst in Den Haag bij de visserij-inspectie werkte, deed hij dat later in zijn woonplaats.

Zijn debuutbundel 'Narrenwijsheid' verscheen eerst in 'De Stem', maar in 1925 als aparte dichtbundel. 'Narrenwijsheid' staat vol prozagedichten, geïnspireerd op Spinoza's pantheïsme.

Van 1927 tot 1941 was hij rooms.

In 1928 verscheen 'Litanie'. In 1942 werd hij werkloos, waardoor hij ging studeren aan de Rotterdamse Academie voor Beeldende Kunst. Hij maakte etsen, litho's en schilderijen. Bekend zijn de unica-drukken van hem, verdere technieken waren met gips, linoleum, vloeisels en monotypes. Hij wilde zichzelf meer en meer zo eenvoudig mogelijk uitdrukken, Zen-achtig, getuige zijn liefde voor Japanse haiku's en senryu's.

Het meeste van zijn werk gaf hij uit in eigen beheer.

Tijdens de oorlog verhuisden ze naar Maarssen en daarna woonden ze in een woonboot bij Zaltbommel en Leerdam.

Hij werd als dichter ontdekt door het tijdschrift 'Barbarber'.
Hij publiceerde o.a. in: Tirade, Hollands Maandblad, De Gids, Wending, De Stem en De Nieuwe Stem.

Als beeldend kunstenaar verkocht hij zijn werk voor een groot deel aan huis.
Hij had schilderles gehad van Antoon Derkzen van Angeren en Willem van Leusden.

In 1951 verhuisden Willy, Joos en hij naar Domburg.

In 1961 ontving hij de Zeeuwse prijs voor Kunsten en Wetenschappen en hij werd Ridder in de orde van Oranje Nassau.
In 1963 begon hij met zijn tijdschrift 'Domburgse Cahiers'.
In 1966 ontving hij de Marianne Philips-prijs en vanaf dat jaar woonden ze 's zomers in Domburg en 's winters in Deventer, een zeer aangename keus.
Hij had sporadisch contact met Marsman en Bloem.
Hij is niet in te delen bij enige literaire stroming.
Hij wilde slechts simpelweg het leven volop omarmen.
Hans Warren noemde hem een 'zacht ei', maar dat is iedereen al gauw vergeleken met hem.

Hij maakte kalligrammen, zelfbedachte tot prent omgevormde handschriften. In 1972 verscheen 'Ik ga maar en ben', een bloemlezing.

Typisch van hem is het feit dat hij nooit iets weggooide, minder geslaagde kunst bestond er niet voor hem.
In 1975 kreeg hij de Jacobson-prijs voor zijn totaalwerk.
Hij stierf in 1985 in zijn slaap te Deventer (Huize Bloemendal). Diezelfde avond was er een documentaire over hem op de televisie, gemaakt door Wim Hazeu.
In Domburg is een boulevard naar hem genoemd en in de Middelburgse abdij is een gedicht van hem aangebracht. Dat gedicht gaat over die beroemde abdij en het is met gouden letters uitgevoerd.

Ik las 'Narrenwijsheid' en nog meer van hem tijdens een vakantie in Middelburg, jaren geleden, uit de huisbibliotheek van het vakantieadres gegrist. In Domburg bezocht ik toen een expositie over de kunstenaarsfamilie Toorop. Die gouden letters in de abdij kan ik me niet herinneren, misschien was dat er toen nog niet. Van Schagen, een Zeeuwse dichter van groot formaat en hij doet zeker niet onder voor Hans Warren, mocht hij dat soms gedacht hebben.

Schrijver: Joanan Rutgers, 27 februari 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 67



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)