Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

OVER BIDDEN IN EEN CAUSALE WERELD 2

Als het waar is dat er geen wonderen (in de zin van mirakelen) gebeuren, als die soort van wonderen dus in de letterlijke betekenis van het woord “onverbiddelijk” uitgesloten zijn, dan heeft het dus ook geen zin erom te bidden (o God, bewaar mij voor die ramp) of ervoor te danken (o God, heb dank dat u mij aan dat onheil hebt doen ontkomen). Dat is inderdaad een logische gevolgtrekking. En daar komt nog iets bij. We signaleren bij mensen vaak de uiterst begrijpelijke, maar tegelijkertijd toch ook wel wat vreemde drang om God te danken als zij op het nippertje aan een gevaar ontsnápt zijn. Ik noem dat wat vreemd omdat zij, nuchter beschouwd, veel meer aanleiding zouden hebben, God te danken als zich geen gevaar heeft voorgedaan waaraan zij behóéfden te ontsnappen. Als er van een bouwsteiger waaraan u voorbij loopt, een grote steen naar beneden valt die u nog net niet treft en als u denkt dat God dat zo geregeld heeft, dan zou enige verontwaardiging over het feit dat Hij u zo heeft laten schrikken toch eigenlijk meer voor de hand liggen.

“Ho, ho!” roept nu iemand, “niet zo oneerbiedig! Misschien heeft God je met zo’n gebeurtenis wel iets willen zeggen.” Tja, maar mij lijkt het nu juist nog veel oneerbiediger te veronderstellen dat God ons met alles wat ons overkomt – en merkwaardigerwijze vooral met onaangename dingen – “iets te zeggen" zou hebben. Zelfs de meest primitieve mens weet zijn kinderen met woorden duidelijk te maken wat zijn bedoeling is. En dan zou God ons “iets willen zeggen” door ons bijna of helemaal van het ene onbegrepen ongeluk in het andere te storten? Stel je voor dat uw ouders u op die manier hadden opgevoed. Daar zou de kinderbescherming aan te pas zijn gekomen.

Waarom kunnen velen hun geloof in wonderen maar zo moeilijk prijs geven? Waarschijnlijk doordat mensen gevoelsmatig moeilijk kunnen accepteren dat hun leven bepaald wordt door een complex van causale verbanden. Geloven in wonderen betekent: geloven dat je soms úit de causale reeks kunt stappen of er door een hogere macht uit kunt worden getild. Door zo’n geloof schept iemand voor zichzelf perspectieven die er voor een "ongelovige" niet zijn. Toch zou het niet onredelijk zijn, een gebeurtenis pas als wonder in de zin van mirakel te erkennen, als kan worden aangetoond dat die gebeurtenis niet in oorzakelijk verband kán hebben plaatsgevonden. Causaliteit is een natuurwet. Wij mensen staan niet boven de natuur. Wat ons als bovennatuurlijk vóórkomt, is natuur die (nog) boven ons bevattingsvermogen uitgaat.

Ook de centrale plaats in de wereld die de meeste godsdiensten aan de mens toedenken, kan bijdragen aan diens aanspraak op wonderen. Mogelijk is dat nog een overblijfsel van het antieke denken, dat de aarde centraal plaatste in het heelal en de mens centraal op de aarde en daarmee dus eigenlijk centraal in de kosmos. En hoewel de aarde inmiddels is ineengeschrompeld tot een minuscuul bolletje ergens in een buitenwijk van een van de miljarden melkwegstelsels, hebben mensen op die aarde het gevoel behouden (vaak tegen beter wéten in) dat uiteindelijk heel het kosmisch gebeuren om hen draait. En mensen menen dan soms ook nog dat heel het menselijk gebeuren om de gelovige draait. Edoch, een gelovige van welke religie dan ook heeft in deze wereld geen recht op een bijzondere behandeling, maar alleen de plicht tot bijzonder handelen! Hij kan dus, wat af te bidden wonderen betreft, maar beter alle pretenties laten varen die niet zijn waar te maken.

Terug naar de beginvraag: heeft bidden zin? Als het geen zin heeft te bidden om een wonder, waar zou je dan nog om kunnen bidden? Of kun je het net zo goed helemaal achterwege laten, omdat je toch geen daadwerkelijke verhoring mag verwachten? Het antwoord op die vraag hangt, denk ik, vooral af, van wat je onder bidden verstaat en van je godsbeeld. Zie je God als een liefdevolle vader of moeder, als een vriend waarmee je vertrouwelijk kunt spreken, als een ongenaakbaar heerser, als wrekende gerechtigheid, als deelgenoot in lijden en verdriet, als Persoon, als Kracht? Het godsbeeld bepaalt de relatie en de relatie bepaalt in hoge mate aard en inhoud van het gebed. Bidden is primair mystiek van aard, wat het woordenboek omschrijft als: geheimzinnig, hartstochtelijk strevend naar een vereniging van de ziel met God. En dan gaat het met name om het persoonlijke gebed. "Mijn ziel is stil tot God", schreef een psalmdichter vele eeuwen geleden. Bidden en mediteren verschillen dus niet zoveel van elkaar. Maar de hierboven aangeduide mystieke gemeenschap van de ziel met wat wel genoemd is "de diepste grond van het bestaan", laat m.i. weinig ruimte voor het vragen om "wonderen", om "een speciale behandeling".

Schrijver: H.P. Winkelman, 5 juni 2012


Geplaatst in de categorie: religie

3.6 met 10 stemmen 135



Er zijn 2 reacties op deze inzending:

Naam:
zenzibel
Datum:
6 juni 2012
Email:
zenzibelmsn.com
Ik vind het leven één groot gebed zonder einde...
Overigens: een boeiende beschouwing van de heer Winkelman.
Naam:
Jan Ceulen
Datum:
5 juni 2012
Zouden biddende roofvogels hopen op het wonder van een suffe prooi die zich veel makkelijker laat vangen dan gewoonlijk? Ofwel de causaliteit van de bange prooi die zich verstopt bij het zien van een schaduw in de lucht willen doorbreken?

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)