Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Liefde

Ik heb er ineens alle tijd voor, mijn levenslange hobby: filosofie. Na dertig jaar werk is voor mij het doek gevallen. Bijna dan. Ze hebben me een regeling voorgesteld. Genoeg om een jaar van te leven. Dan is er nog het geld van Cornelis, gelukkig is het meeste nog daar, is die blitse Audi Cabrio er niet gekomen, heb ik het bij een nieuwe Polo gehouden.
Ook zonde geld, vond Woemi toen al,vind ik nu ook wel een beetje. Te laat, gedane zaken nemen geen keer.

Langzaam ploeg ik me door Schopenhauer, nadat ik Spinoza heb proberen te kraken. Zijn filosofie doet een beetje archaïsch aan, maar zijn hartstochtelijke pleidooi voor tolerantie, voor democratie, voor begrip is hartverwarmend. Zijn lot juist hartverscheurend: uitgekotst door zijn gemeenschap, letterlijk bespuugd op straat. Een paar vrienden die hem zijn leven lang trouw bleven. een vrouw, net als Schopenhauer. Dat leidt maar af van de zaak.

Woemi gromt; 'O, dus dat is het'
Ik lach. 'Nee, ik heb geen vrienden' Op mijn werk in ieder geval niet meer, ik heb me in mijn boosheid over mijn ontslag wel aardig onmogelijk gemaakt. En thuis? Ach, wat heeft een mens nodig als hij ouder wordt.

Eigenlijk, als ik eerlijk ben is het me allemaal net even boven de pet. De begrippen buitelen over elkaar. Over de wet van de toereikende grond, Alles wat we kennen en weten is gevangen in de tijd en ruimte waarin we leven en volgt logisch op elkaar. En dan is er die rede, dat wat ons onderscheidt van de dieren. De rede, die altijd en steeds weer in conflict raakt met dat grommende beest in ons: de wil, zoals vreemd genoeg Schopenhauer onze driften noemt. Dat beest in ons dat wil heersen, dat wil neuken, dat, als het de kans krijgt, het hele kippenhok te grazen wil nemen. Ik zou het liever onze onwil willen noemen.

'Kijk, dit zal je wel bevallen' Woemi laat me de bijlage van de Trouw lezen. Eerst pikten we hem weg bij Charlotte, die er toch geen letter meer in las. Nu hebben we hem zelf. Grappig eigenlijk. Woemi gelooft niet in god, en ik niet in gebod.
Ik lees. Een betoog tegen het monogame drama, en tegen het romantische misverstand. Het lijkt wel of ze de grote Jorrit hebben gelezen. Spekkie voor mijn bekkie dus. Allemaal op zoek naar die enige, ideale partner die een leven lang alles voor je moet zijn. Alles wat jezelf niet hebt, wat je zelf niet bent. Veel succes gewenst.
Eerst jezelf accepteren, eerst gelukkig zijn met jezelf, dan pas. Stelt de net gescheiden filosofe.

Voor Woemi natuurlijk een koud kunstje. maar ik zie mezelf al staan voor de ballotagecommissie. 'Dus u accepteert dat u niet altijd monogaam bent, dat u gemakkelijk valt voor de charmes van een mooie jonge vrouw, dat u, erger, ook nog niet vies bent van een mooie man op zijn tijd? ' 'Dus u kunt er mee leven dat u op uw werk wordt uitgekotst?' 'Dat u uw geld verspilt aan dure reizen en snelle auto's?' 'Dat u altijd te hard rijdt, dat u rookt, dat u drinkt?'. Dat wordt nog een zware dobber.

Merkwaardig. Het burgerlijke, romantische huwelijk, een uitvinding van nog geen tweehonderd jaar wordt eerst ten grave gedragen en vervolgens weer nieuw leven ingeblazen. Alleen als je echt van elkaar houdt kan je elkaar een veilige haven bieden. Er daar hebben wij egocentrische eenentwintigste eeuwers geen zin meer in. De eis voor gelukkig samen zijn wordt dus : versa. Top en bottom ineen. Jezus, wat een lulkoek.

'Je hebt weer eens teveel gedronken' zegt Woemi nuchter, als ze me een tijdje zo heeft horen fulmineren.'Je moest maar eens gaan'.
Ik druip af. Ik heb mezelf weer eens verslagen. Gelukkig zijn heb ik het allang opgegeven, een ander gelukkig maken, Woemi voorop. Maar un bonne homme zijn, zoals ik ooit een dikke superfoute Afrikaanse crimineel behangen met goud en in veel te snel pak hoorde zeggen, en een telg van de familie Moszkowicz, nee, dat geef ik niet op.

'Morgen' zeg ik.
'Morgen?' vraagt ze verbaasd. Om eerlijk te zijn: voorlopig is ze ook niet door de ballotage. Als ik een dag niks van me laat horen begint ze al onrustig te worden..
'Ja, dinsdag heb ik de auto nodig'
'Dus je gaat nu lopen?'
'Ja' antwoord ik alleen. 'Dag dametje''
'Dag meneer' glimlacht ze.

Liefde. Ik begrijp er geen klote van.

Schrijver: jorrit, 19 maart 2017


Geplaatst in de categorie: filosofie

4.0 met 1 stemmen 127



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)