Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Door gewetenloze roofdieren genadeloos vermoord

(voor Fanny Elisabeth Philips (1923 - 1943))

Je bent geboren op 1 februari 1923 in Amsterdam. Jouw vader was Benjamin Philips en jouw moeder was Martha Boas. Jouw zus Heleen Fanny is op 30 november 1917 geboren. Jouw broer Hans Simon is op 18 juli 1920 geboren. Jullie woonden van 1914 tot 1934 in Den Bosch, eerst op de Markt 45 en daarna op de Koningsweg 96. Jouw vader had een sigarenfabriek aan de Havensingel, genaamd 'Antonio'. Hij handelde in Havana-sigaren. Jullie woonden in een statig herenhuis en na de Koningsweg 96 op de Koningsweg 38. Jij ging naar de Nutsschool aan de Van de Does de Willeboissingel. In 1931 ging je op schoolreis naar Duitsland. Jullie waren bij de Rijn en jullie bezochten o.a. het Germania-Denkmahl in Rudesheim. En jullie maakten een rondrit door Keulen in een open autobus. In 1932 ging de schoolreis naar Scheveningen en in 1933 naar Forest Hills, nabij Londen.

Vanaf 1929 ging Heleen naar het Stedelijk Gymnasium aan het Nachtegaallaantje in Den Bosch. Ze deed mee met de toneeluitvoeringen. Ze maakte het gymnasium niet af en in Parijs deed ze een secretaresse-opleiding. Hans zat vanaf 1932 op het Stedelijk Gymnasium. Op 10 april 1934 zijn jullie naar Huize Muiserick in Vught verhuisd. Dat was aan de Dijk van Maurick 13. Het was een prachtig landhuis aan de Dommel, plus een parkachtige tuin. Het lag nabij Kasteel Maurick, waarvan het op het einde van de 13-de eeuw het jachthuis was. Het huis was voorzien van alle comfort. Jullie hadden drie huishoudsters en één tuinman. Jij had een zolder-slaapkamer. Vanaf 1936 ging jij naar het Maria-Lyceum (nu het Jeroen Bosch College) aan de Hinthamerstraat in Den Bosch, dichtbij de Sint-Janskathedraal, samen met jouw vriendin Tiny van Benthum, die op de Graafseweg 276 woonde. Je tenniste op de tennisbaan aan de Hekellaan in Den Bosch. Hans ging na zijn diploma in 1939 in Utrecht rechten studeren. Hij was zachtaardig.

Jij was heel lief en bijzonder knap. Jij droeg altijd de nieuwste, mooie, chique kleren. De school boeide jou niet echt. Je had veel vriendinnen. Je was zeer sportief en je was goed in hockey. In de eetkamer van Huize Muiserick stond een grammofoon en jullie hadden veel Duitse schlagermuziek. Samen met jouw vriendinnen danste jij daarop. In huis lagen grote, Perzische tapijten, er was veel zilverwerk en er waren veel antieke meubelen. Onder de eettafel zat een belletje om het personeel mee te roepen. Jullie hadden een bouvier, die Black heette en een fox-terriër, die Dandy heette. Er was ook een poes. Heleen woonde op haar 21-ste op de Vossiusstraat 52 hs in Amsterdam. Op 10 september 1940 ging zij naar Huize Muiserick terug. Hans ging in het begin van de oorlog naar Huize Muiserick terug. In 1941 en 1942 woonde de familie Bendiks bij jullie. Hans was verliefd op Mary Bendiks, maar zij niet op hem. Mary hield een dagboek bij en zij ging ook naar het Maria-Lyceum. Mary was als kind al een hartsvriendin van jou.

Op Hemelvaartsdag 1941 fietste je met jouw vrienden op tandems naar de Grebbeberg heen en terug. Jullie hebben jullie fietsen bij de Duitse bezetters ingeleverd. Jij wilde dan maar met de autoped op pad gaan, maar dat mocht niet van jouw vader. Dus wandelde je naar Den Bosch. Vanaf augustus 1941 studeerde jij voor apothekers-assistente en was je in de leer bij de Joodse apotheker H. Gersons aan de Markt in Den Bosch. Op 19 augustus 1941 leverde jouw vader nog twee Philips-radio's in. Vanaf september 1941 mocht jij als Jodin van de Duitsers niet meer naar het Maria-Lyceum komen. Jouw vrienden waren o.a.: Jan Schreurs, Henk Schreurs, André van Helvoort, Janine van Boekel en Anton Koene. In februari 1942 moesten jullie de twee auto's inleveren. In het voorjaar van 1942 ging jij met hen in de Bossche Broek op de foto. In diezelfde tijd is er op de stadswallen aan de Hekellaan een foto van jouw vrienden en jou gemaakt. Met Anton Koene, Ans Schreurs, Leny de Bock, Jan Schreurs, Janine van Boekel en André van Helvoirt. Heleen werkte als secretaresse van de Joodse Raad. In het voorjaar van 1942 was het personeel van Huize Muiserick vertrokken.

Van april 1942 tot juni 1943 schreef jij brieven aan jouw vriendin Ans Schreurs. Ans zat in een meisjespensionaat in Reusel, bij Eindhoven. Dat vond haar vader beter voor haar. Jullie schreven iedere week met elkaar. Op 21 april 1942 werd Huize Muiserick gevorderd. Jullie moesten en gingen in mei 1942 naar de bovenwoning op de Taalstraat 24 in Vught, boven de bakkerij van Kuijpers. De familie Kuijpers was heel aardig voor jullie. Huize Muiserick werd door hoge officieren en de Hitlerjugend in beslag genomen. Jij raakte steeds meer geïsoleerd en de verveling tergde jou. Naar Engeland, Zwitserland, Argentinië of Cuba vluchten ging niet door. Al had je al een visumstempel voor Cuba in jouw paspoort staan.

Jij zou anders in juni 1942 examen hebben gedaan. In juni 1942 stond jij buiten voor het Maria-Lyceum te wachten, met een gele ster op jouw jas. Jij feliciteerde jouw klasgenoten met hun diploma's. Diep ontroerend en wat enorm lief van jou, dat je dat gedaan hebt, kon opbrengen. Over de davidsster schreef je: 'Wat een mooi ding hé? En het leukste is dat ze ook nog knal oranje zijn. Dus iedereen die je tegenkomt, roept: 'Oranje boven' of 'Leve de koningin'.'. Max Cahen was de voorzitter van de Joodse Raad. Jij deed allerlei werkzaamheden voor de Joodse Raad. Op het station van Vught hielp jij de mensen uitstappen en jij droeg hun bagage. Die mensen gingen naar kamp Vught. Jij zag een dame met een chauffeur in de gestolen auto van jouw moeder rijden. Je speelde Zwarte Piet voor de kinderen van de benedenburen.

Op 25 mei 1943 werd jullie woning op de Taalstraat 24 door de Duitsers gevorderd. Jullie gingen naar het huis van tandarts Veerman op de Helvoirtseweg 33 in Vught. De familie Bendiks vluchtte naar Banneux om daar onder te duiken. Zij overleefden de oorlog. Jullie durfden deze vluchtroute niet aan. Jouw vader vertrouwde de NSB-er Jaap S., een sigarenfabrieksdirecteur, die Kasteel 'De Schaffelaar' in Barneveld voor jullie zou regelen. Op 30 mei 1943 nam je huilend afscheid van jouw vriendin Mary Bendiks. Hans zei: 'Pa vertrouwt op die rot NSB-er. Nee, dat wordt voor alle vijf de gaskamer!'. Jullie kwamen eerst in kamp Vught terecht. Jij schreef vanuit kamp Vught: 'Mijn moeder ziet er verschrikkelijk uit, maar we houden ons maar allemaal flink, want anders zijn we verloren!'. Op 1 juni 1943 werden jullie vanaf het station Den Bosch met een autobus naar kamp Westerbork gebracht. Jij mocht nog even op de Graafseweg van Tiny van Benthem afscheid nemen. Jij gaf Tiny een pakketje, wat je na de oorlog weer zou ophalen, zei je. In kamp Westerbork bleven jullie nog op Barneveld hopen, al zijn de Joodse mensen op Kasteel 'De Schaffelaar' ook allemaal naar kamp Westerbork gestuurd.

Op 25 juni 1943 was jouw laatste bericht aan Ans Schreurs een briefkaart uit kamp Westerbork, barak 55. Op dinsdag 14 september 1943 werden jouw ouders, jouw zus Heleen, jouw broer Hans en jij naar het vernietigingskamp Auschwitz gestuurd. Op 17 september werden jouw ouders, Heleen en jij direct na aankomst in Auschwitz in de gaskamer vermoord. Hans werd op 24 januari 1944 vergast. Jij werd 20 jaar. Heleen werd 25 jaar en Hans werd 23 jaar.

In 1999 opende Tiny van Benthem jouw pakketje. Het waren 100 familiefoto's en twee kleine agenda's uit 1942 en 1943.

Schrijver: Joanan Rutgers
19 oktober 2020


Geplaatst in de categorie: oorlog

5.0 met 3 stemmen 151



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
M.A. Kok
Datum:
3 juni 2021
Beste Joanan, toevallig kwam ik bij jouw verhaal terecht. Aangenaam verrast dat jij je in dit verhaal hebt verdiept. Jammer, dat je niet naar jouw bron verwijst: ik ben één van de drie samenstellers van het boek over Fanny Philips. Helaas zit je er af en toe toch wel behoorlijk naast. jammer.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)