Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Na een arme jeugd toch volop gebloeid

(voor Lady Laura Knight (1877 - 1970))

Jij bent geboren als Laura Johnson op 4 augustus 1877 in Long Eaton, Derbyshire. Jouw ouders waren Charles en Charlotte Johnson. Jij was de jongste van 3 dochters en jouw vader verliet kort na jouw geboorte het gezin. Er waren financiële problemen en de kantwerkfabriek van jouw opa ging failliet. In 1889 werd jij naar familie in Noord-Frankrijk gestuurd, met het idee, dat jij in een Parijs atelier kunst zou studeren. Na een ellendige tijd op Franse scholen moest jij naar Engeland terug, omdat jouw familie failliet was. Jouw moeder was parttime lerares aan de Nottingham School of Art aan Waverley Street en op jouw 13-de kon jij daar als ambachtelijk studente terecht. Voor deze school staat een standbeeld van de romantische landschapsschilder Richard Parkes Bonington, opgericht door de architect Watson Fothergill. De vader van Richard Bonington had een kantfabriek in Calais en later een kantwinkel in Parijs. Richard was bevriend met Eugène Delacroix, die hem beïnvloedde. Richard overleed op 23 september 1828 op 29 Tottenham Street door tuberculose en hij werd 25 jaar.

Op jouw 15-de verving jij jouw moeder, die kanker had. Jij won een beurs en de gouden medaille in de nationale studentencompetitie van het South Kensington Museum aan Cromwell Road, nu het Victoria & Albert Museum. Na het overlijden van jouw moeder, zus Nellie en beide oma's bleef jij privélessen geven. Jouw zus Evangeline Agnes (Sissie) en jij leefden van zeer weinig geld. Op de kunstschool ontmoette jij de veelbelovende, 17-jarige student Harold Knight, geboren op 27 januari 1874 in Nottingham. Zijn vader William was architect en zijn moeder was Elizabeth Lindsay Symington. Zijn broers waren William en Edgar en zijn zussen waren Ethel en Agnes. Hij kreeg les van Wilson Foster en jij deed zijn schildertechniek na. In 1903 zijn Harold en jij getrouwd. In 1894 zijn jullie in het romantische vissersdorp Staithes gaan wonen en werken, samen met Evangeline. Hier ontstond de Staithes Group met zo'n 25 leden, o.a. Joseph Ridgard Bagshawe, die op 1 november 1909 in Londen door diabetes overleed en 38 jaar werd, James William Booth, Edward Enoch Anderson, Thomas Barrett, Ernest Frederick Dade, die samen met Harold en jou een atelier in St John's Wood huurden, William Gilbert Foster, Robert Jobling, Florence Adelina Hess, Isabella Thompson en Hannah Hoyland.

Harold en jij hadden een atelier in Staithes. Voor wat geld poseerden de lokale kinderen voor jou en het atelier werd dikwijls verwarmd door brandende, experimentele doeken en tekeningen. In 1904 reisden Harold en jij voor het eerst naar Nederland, waar jullie 6 weken bleven en in 1905 6 maanden, waarbij jullie de kunstenaarskolonie in Laren bezochten. In 1906 gingen jullie weer naar Laren en in de winter naar Yorkshire. Eind 1907 verhuisden jullie naar Cornwall, eerst in Newlyn en daarna in Lamorna. Jullie waren centrale figuren in de kunstenaarskolonie Newlyn School, naast Samuel John Birch en Sir Alfred James Munnings, die op 19 januari 1912 met de daar ontmoette schilderes Florence Carter-Wood trouwde. Op hun huwelijksreis deed Florence, geboren op 4 september 1888, een eerste poging tot zelfdoding. Zij was ook een naaktmodel. Volgens Alfred was er nooit een huwelijk voltrokken. Florence kreeg een liefdesrelatie met de legerkapitein/agent Gilbert Evans, Alfred's vriend. Alfred kreeg een liefdesrelatie met jou. Gilbert ging voor koloniale dienst naar Nigeria en op 24 juli 1914 pleegde Florence zelfdoding met cyanide in Lamorna, in het Mrs Jory's Cliff House Hotel, nu het Lamorna Cove Hotel. Gibert schreef dat haar bijnaam 'Bare' was. Florence werd 25 jaar en zij is in het kerkhof van Sancreed begraven. Op haar grafsteen staat 'Edith Florence - 'Bare' - wife of A.J. Munnings'. Alfred zou nooit meer over haar hebben gesproken.

Harold en jij schilderden Florence diverse keren, net als Alfred, die haar ook 4 keer te paard schilderde. Alfred verwaarloosde Florence en hij liet haar veel alleen. Florence was mogelijk zwanger van Gilbert. 'Portrait of Florence Munnings, at sunset' uit 1912 van Alfred toont gek genoeg haar verlatenheid. Alfred was bewust sadistisch. Ik vind haar schilderij 'Fountain of Lights' erg mooi. Zij was de pure schoonheid en Alfred was wreed en ongevoelig. Florence en Gilbert namen op 14 april 1914 voorgoed afscheid van elkaar. Na een lunch in het Trocadero Restaurant op Piccadilly Circus verlieten zij elkaar op Paddington Station. In zijn autobiografie heeft Alfred Florence niet eens genoemd. Voor Gilbert liet hij 'The Morning Ride' bij jou achter. Harold maakte naaktfoto's van jullie mooie vriendin Ella Louise Champion Naper, die hij voor zijn vele portretten van haar gebruikte. Jij schilderde de keramiste/sieradenmaakster/schilderes Ella op jouw meesterwerk 'Self and Nude' uit 1913, met de focus op haar billen. Ella was getrouwd met de schilder/architect Charles Naper. In de film 'Summer in February' (2013), geschreven door Jonathan Smith, wordt Florence door Emily Jane Browning gespeeld en jij door Harriet Jane Morahan. Harold en jij waren ook bevriend met het schildersechtpaar Eleanor Mary Waymouth en Robert Morson Hughes.

Jullie logeerden vaak bij de schilderes Anne Fearon en haar man, dominee Nicolo Bernard Walke, die van 1913 tot 1936 dominee van de St Hilary's Church was. Harold, jij en enkele leden van de Newlyn School versierden de altaarstukken, panelen en dergelijke van de kerk met afbeeldingen van heiligen als Jeanne d'Arc (door Anne geschilderd), St. Maudez, St. Kevin of Glendalough en St. Neot. Jullie waren ook bevriend met het schildersechtpaar Gertrude Bodinnar en Harold Harvey, William Ayerst Ingram en het schildersechtpaar Elizabeth Adela Armstrong en Stanhope Forbes. Adela werd 'de koningin van Newlyn' genoemd, vanwege haar inzet voor de kunstkolonie. Zij schilderde ook in Zandvoort en Volendam. Zij overleed op 16 maart 1912 in Newlyn door kanker en zij werd 52 jaar. Haar zoon Alec werd in de Eerste Wereldoorlog vermoord. Dan waren er nog de schilder Thomas Cooper Gotch en zijn vrouw, de kunstenares Caroline Burland Yates, en hun dochter Phyllis Marian Gotch, die zangeres en schrijfster werd. De dochter van Phyllis, Deirdre Patricia Maureen Doherty, kreeg samen met de occultist Aleister Crowley de zoon Randall Gair.

De schilderes Doris Margaret Shaw was ook in Newlyn en zij kreeg les van Elizabeth en Stanhope Forbes. Doris was jouw levenslange vriendin en zij trouwde met de kunstenaar Ernest Procter, met wie zij zoon Bill kreeg. Jij hebt Doris sterk beïnvloed. Zij schilderde vaak vrouwen en ook naakt. Haar schilderij 'Morning' uit 1926 is alom geprezen. De 16-jarige vissersdochter Cissie Barnes poseerde ervoor. De kunstenares/ontwerpster Lady Eileen Rosemary Mayo was zowel het model van Doris als van jou. De kunstenaressen Alethea Garstin en Jeanne du Maurier waren haar vriendinnen. Jeanne was de jongere zus van de schrijfsters Daphne en Angela du Maurier. Haar partner was de dichter Noël Welch. Jij exposeerde in de Newlyn Art Gallery, die in 1895 werd geopend. Jij schilderde naaktmodellen, die soms uit Londen kwamen, op de rotsen of kliftoppen rond Lamorna. Op 'Daughters of the Sun' schilderde jij diverse vrouwen zittend bij een kustinham, sommigen naakt. Het werk werd helaas beschadigd en vernietigd. Ella Naper ontwierp samen met jou beschilderde sieraden en emaille plaquettes. Jij schilderde de ballerina's Lydia Lopukhova, barones Keynes, en Anna Pavlova en de balletdanser Enrico Cecchetti. Lydia was bevriend met T.S. Eliot, H.G. Wells, Pablo Picasso, Vaslav Nijinsky, Leonid Myasin en Igor Stravinsky.

In Baltimore schilderde jij de verpleegster Pearl Johnson, o.a. op 'Irene and Pearl'. Jij schilderde artiesten van het Bertram Mills Circus, zoals de clown Whimsical Wilson, en jij portretteerde George Bernard Shaw. Vanaf 1933 waren jullie vaak in Malvern. Jij schilderde groepen zigeuners op de renbanen van Epsom en Ascot, en in de zigeunernederzetting in Iver, waar Lilo Smith en haar schoondochter Beulah speciaal voor jou poseerden. In de Tweede Wereldoorlog was jij een oorlogskunstenares voor het War Artists' Advisory Committee. Jij portretteerde o.a. korporaal Joan Daphne Mary Pearson, korporaal Josephine Maude Gwynne Robins, korporaal Elspeth Candlish Henderson en sergeant Helen Turner. In 1946 schilderde jij 'The Nuremberg Trial', met op de achtergrond een verwoeste en brandende stad. Na de oorlog schilderde jij weer het ballet, het circus en bevriende zigeuners. Jij schilderde backstage in het Shakespeare Memorial Theatre, in The Old Vic en in het Royal Opera House. Harold overleed op 3 oktober 1961 in Colwall. Jij overleed op 7 juli 1970 in Londen en jij werd 92 jaar.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
26 oktober 2022


Geplaatst in de categorie: idool

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 37



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)