Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Over medicijnengebruik, oldtimers, erotiek en zo. . .

Toegegeven: als begin is de kop al verwarrend rommelig, maar ik weet geen betere te verzinnen, aangezien mijn inzending even zo verwarrend en als “van de hak op de tak springend” zal kunnen overkomen. Desondanks zal ik trachten er een enigszins logische lijn in te brengen. Gaat-ie, komt-ie . . . :
Toen ik vijf jaar oud was, nam mijn opa, toen een goede zestiger, mij op een zondagochtend mee naar een oude kennis van hem. Hoe ik weet dat ik toen vijf was? Simpel: ik zat nog niet op school en we moesten ’s nachts dikwijls onze schuilkelder opzoeken als het luchtalarm had geloeid. De oude kennis van opa was in de tachtig wat zijn leeftijd betreft en hij leed aan de ziekte van Parkinson. Hij was een medisch afgekeurde advocaat en mijn opa had jarenlang van zijn diensten gebruik gemaakt om zelf, als eenvoudige bouwvakker, twee huizen te kunnen bouwen. Oma’s streng gedisciplineerde aanleg tot sparen was de aanvullende steun voor het welslagen ervan. Opa had mij op het hart gedrukt om niet naar die man te staren, maar uitgelegd dat hij aan zijn ongecontroleerde schokkende bewegingen niets kon doen.

Bij aankomst was ik meer geïnteresseerd in hun kleine sneeuwwitte hondje Gaudi dan in de schokkende oude man, wiens haar én korte volle ronde baard eveneens sneeuwwit waren. Hij praatte langzaam en met grote stiltes ertussen, onder de invloed van de in die tijd op barbituraten gebaseerde en verstrekte medicijnen, zoals slaapmiddelen en antidepressiva (toen met een halfwaardetijd van soms meer dan 12 uur, waardoor binnen korte tijd een stapeleffect in het lichaam kon ontstaan). Hij had het niet kunnen verkroppen om in een soort harnas te zitten dat zijn heftige schokken van zijn linker deel van het lichaam dempte. Het echtpaar had geen kinderen omdat, na twee miskramen, hen verdere kinderwensen werd ontraden. Misschien was dit mede de oorzaak, dat de oude man zo gek met mij was. Het moge duidelijk zijn, dat ik toen op vijfjarige leeftijd niet over hun wel en wee was geïnformeerd, laat staan dat ik zulke informatie zou hebben begrepen. Wat ik wél begreep en ook erg grappig vond, was het feit dat Gaudi tijdens het eten op een soort verhoging aan tafel zat. Hij kreeg een slabbetje om en mocht geen hapje nemen alvorens te hebben meegebeden. Daarbij legde hij zijn voorpootjes op elkaar en nadat de oude mensen amen hadden gezegd mocht hij eten. Tot ongeveer mijn achttiende levensjaar kwam ik met tussenpozen álles over het toen al overleden echtpaar te weten zodra ik over het hondje Gaudi begon.

Omdat de medicatie bij de oude advocaat geen verbetering teweegbracht maar eerder verslechtering van de leefsituatie, trok hij zich dikwijls terug naar een wereld die nog iets vertrouwds had van vroeger. Hij bewoonde met zijn echtgenote een klein huisje met een ruime tuin. Daar stond een stenen garage met daarin zijn trots: een oldtimer (zelfs in die tijd al).Toen hij door zijn ziekte niet meer mocht rijden, zette hij die oude wagen op grote blokken, zodat de wielen de grond niet meer raakten. Ik weet niet van welk merk deze oude wagen was, maar het was, nu ik dat beeld weer voor de geest haal, een schoonheid. Lijkend op latere modellen van een luxueuze DKW-auto, stond hij in de garage te glimmen, met zijn voor-en achterspatborden, zijn treeplank aan weerszijden, de in een punt naar voren lopende motorkap en aan elke zijde opklapbare omhoog scharnierende zijschotten en de mechanische richtingaanwijzers aan de deurstijlen. De bekleding van binnen was van leder en het eenvoudige deskbord van een mooi gepolijst duur hout. Hier zat hij, volgens mijn opa, dikwijls alleen, de welriekende geur van het échte leer inademend en wellicht in zijn fantasie weer een blokje rijdend. Zelfs deze vermoedelijke gedachten zullen hem niet het gevoel hebben gegeven, dat herstel ooit nog mogelijk zou zijn en hij misschien weer zou hebben kunnen rijden. Ik heb toen tijdens ons eerste bezoek zeker een uurtje lang alleen in deze auto achter het stuur gezeten en met “wroem, wroem – wroem" in mijn kinderfantasie hele trajecten gereden.

Kom ik nu tot de laatste onderwerpen, genoemd in de kop: erotiek en medicijngebruik.
Stelt u zich a.u.b. er geen verhaal bij voor in de geest van “Ik Jan Cremer”. Wil ik iets verduidelijken dan zal ik toch op een ingetogen manier, zaken moeten benoemen. Toen ik op 64-jarige leeftijd als kettingroker mijn hartinfarct kreeg, moest ik vanaf die tijd regelmatig medicijnen slikken. Eerst enkele stuks per dag, later na het zetten van eerst twee stents en twee jaar later nog eens twee, was het aantal in te nemen pillen en capsules al opgelopen tot boven de twaalf per dag. Niet twaalf verschillende maar enkele daarvan twee of drie keer daags. Ik kan gerust stellen, dat, nadat ook artrose mijn gestel begon te teisteren, door de boeg genomen de medicatie voor het hart en de pijnstillers tegen gewrichtsslijtage was opgelopen tot in sommige perioden achttien stuks per dag. Dat is, keer zeven, voor een hele week een flinke hand vol. Stelt u zich voor: deze hoeveelheid (gemiddeld) een jaar lang, dan heb je volgens mijn schatting al een plastic emmer met een inhoudscapaciteit voor zeven liter zeker met 15 cm gevuld. Deze hoeveelheid keer 25 (jaren) en hij loopt over. In het begin las ik nog wel eens een bijsluiter en moest ik grinniken om zinnen als: kan het libido nadelig beïnvloeden, kan de zin in seks verminderen en nog meer zinnen met dezelfde strekking. NOOIT stond er echter iets van wat Internet als informatie gaf: Kan, bij langdurig gebruik resulteren in het niet meer aanmaken van de hormonen testosteron en oestrogeen. Nou en? dacht ik met mijn geringe kennis van dat soort zaken, zolang het maar geen extra pijn veroorzaakt.

De praktijk laat echter een minder naïeve uitkomst zien. Het gevoel voor erotiek is ongemerkt totaal verdwenen en erogene zones reageren niet meer bij aanraking. Het zien van erotische scenes op tv maakt in het gunstigste geval herinneringen aan vroeger in mij wakker. Het lichaam reageert op geen enkele wijze, niet met een versnelde hartslag of een vaag verlangen – zelfs de huid maakt geen aanstalten om kippenvel te genereren omdat de hersenen geen opdrachten aan de daarvoor bedoelde zenuwen-banen kunnen geven. Het is en blijft een rare gewaarwording en zelfs van mijn partner hoor ik geen reactie. Ook zij slikt flink wat medicijnen, is ook hartpatiënt en heeft in hoge mate artrose. – Wij voelen ons eigenlijk soms net als die oldtimer, rustend op blokken. De aanschaf korte tijd geleden van sta-op-stoelen voor een ieder van ons helpt ons bij onze achteruitgaande mobiliteit. Ondanks veelvuldig mopperen over onze beperkingen zijn wij eigenlijk tóch tevreden dat we er nog zijn.

Ziezo . . . Het is me, tegen mijn verwachting in, tóch gelukt om van een rommelige kop met schijnbaar niet met elkaar gemeen hebbende kenmerken tot een geheel samen te smelten. De enige winst is het creëren van twee nieuwe metaforen.

... moest dit even kwijt ...

Schrijver: Günter Schulz, 25 augustus 2024


Geplaatst in de categorie: ouderen

4.7 met 7 stemmen 87



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)