De hermetische filosofie.
- De massa van mensen is slechts een pion in het spel van het leven, geleid door de sterke wil van hen die weten. Het Al is Geest, het Universum is mentaal.
Voor hen die bereid zijn zich te herinneren.
De Kybalion, in 1908 gepubliceerd door drie anonieme auteurs die zich “De Drie Ingewijden” noemden, is een mystiek filosofisch werk dat de kernprincipes uiteenzet van wat bekend staat als de hermetische filosofie. Deze filosofie gaat terug op de mythische figuur van Hermes Trismegistus, een samengestelde entiteit die elementen van de Egyptische god Thoth en de Griekse god Hermes in zich draagt. In de esoterische traditie wordt Hermes Trismegistus gezien als een universele leraar die de sleutel van kosmische kennis aan de mensheid heeft overgedragen.
In het voorwoord van het boek wordt de naam van William Walker Atkinson genoemd, die leefde van 1862-1932. Hij was een Amerikaans schrijver, jurist, occultist en een belangrijk figuur binnen de beweging van het New Thought denken. Hij schreef talloze boeken over mentale kracht, yoga, esoterie en zelfontwikkeling. Door velen wordt aangenomen dat hij zelf het brein was achter de Kybalion en dat de drie ingewijden een literaire constructie was om het boek een aura van mysterie en autoriteit te geven.
Centraal in de Kybalion staan de Zeven Hermetische Principes. Deze principes vormen volgens het boek de fundamenten van de gehele schepping en het bestaan.
1e Het principe van Mentalisme, het eerste principe en fundamentele principe in Het Kybalion luidt: “Alles is geest, het Universum is mentaal.” Dit principe stelt dat alles wat bestaat zijn oorsprong heeft in een universeel bewustzijn of geest. Het universum zelf is geen objectieve, fysieke realiteit zoals het materialisme beweert, maar een mentale projectie, een manifestatie van een kosmische Geest. De filosofische en metafysische betekenis kan worden gerubriceerd als onderdeel van de idealistische metafysica. Dit idee sluit aan bij het idealisme in de filosofie, vooral zoals geformuleerd door Plato. De zichtbare wereld is slechts een schaduw van een hogere wereld van ideeën of vormen; eeuwige, immateriële structuren die alleen met het verstand gekend kunnen worden. Of geformuleerd door George Berkeley: “esse est percipi “, zijn is waargenomen worden. Voor hem bestond de wereld alleen in de geest van God en de geesten van waarnemers. Met waarnemers bedoelt hij geesten of bewuste entiteiten, wezens die kunnen waarnemen, denken en bewust zijn. Of de woorden van Hegel: de werkelijkheid is een uitdrukking van de absolute Geest (Geist) die zich door de geschiedenis heen ontwikkelt en zelfbewust wordt. Het Kybalion staat in deze lijn: de werkelijkheid is niet materieel, maar geestelijk van aard en alle ervaring vindt plaats in en door bewustzijn. Het principe stelt dat gedachten niet slechts innerlijke processen zijn, maar krachten die de werkelijkheid mede vormgeven. Dit is verwant aan het idee van de logos in de Stoïcijnse en christelijke filosofie; een goddelijke rede die alles doordringt en ordent. In het hermetisch denken betekent dit: door je geest te trainen, kun je de werkelijkheid veranderen. Denken is niet passief, maar creatief. Het impliceert ook dat er geen scheiding is tussen de innerlijke wereld van de mens en de buitenwereld van gebeurtenissen. Wat in de geest ontstaat, kan zich manifesteren in de ervaring. Als alles geest is, dan zijn kennis en werkelijkheid direct met elkaar verbonden. Er is geen absolute scheiding tussen subject (waarnemer) en object (het waargenomene). Dit is ook wat Krishnamurti bedoelt als hij bij herhaling zegt: De waarnemer is het waargenomene. De ziener is het geziene en de degene die ervaart is de ervaring. Dit principe ondermijnt het cartesiaanse dualisme tussen lichaam en geest: lichaam, materie en tijd zijn niet zelfstandig bestaand, maar secundaire verschijnselen binnen de Geest. Ook worden intuïtie en contemplatie als belangrijke vormen van kennen, naast of zelfs boven redenering gezien. In de hermetische traditie geldt: je geest vormt je ervaring. Daarom is innerlijke discipline (zoals meditatie, visualisatie of intentie) een vorm van spirituele kracht. Morele verantwoordelijkheid wordt dieper: je bent niet alleen verantwoordelijk voor wat je doet, maar ook voor hoe je denkt. Deze visie sluit aan bij de oosterse filosofie zoals het boeddhisme en hindoeïsme, waar bewustzijn als de bron van alle lijden én bevrijding wordt gezien. Samenvattend stelt het principe van Mentalisme dat de ultieme aard van de werkelijkheid bewustzijn is, niet materie. De mens is geen toevallig biologisch wezen, maar een bewust, scheppend middelpunt in een geestelijk universum. Filosofisch gezien is dit een radicaal niet dualistisch wereldbeeld, waarin denken en zijn, geest en wereld, één zijn.
2e Het principe van Overeenkomst, ook wel het principe van Correspondentie genoemd, is het tweede hermetische principe en luidt: “Zo boven, zo beneden; zo beneden, zo boven.” Dit principe stelt dat er een structurele overeenkomst bestaat tussen de verschillende niveaus van werkelijkheid: het geestelijke en het materiële, het kosmische en het menselijke, het uiterlijke en het innerlijke. De wetmatigheden van het ene niveau weerspiegelen zich op het andere. In de antieke en middeleeuwse filosofie werd kennis vaak gezocht via analogie. Een analogie is een vergelijking waarbij men stelt dat als twee dingen in bepaalde opzichten op elkaar lijken, ze mogelijk ook in andere opzichten overeenkomen. De mens werd gezien als microkosmos, een weerspiegeling van het universum (macrokosmos). Zoals het hart het lichaam bezielt, zo bezielt God of Geest het universum. Deze gedachte is terug te vinden bij Plato en later bij de neoplatonisten als Plotinus. Voor hen is het mogelijk om via zelfkennis inzicht te verkrijgen in het goddelijke, omdat de structuren van het Zelf en het Al parallel lopen. In hermetisch denken is de werkelijkheid niet letterlijk, maar symbolisch van aard. Alles heeft meerdere lagen van betekenis. Wat zich op fysiek niveau manifesteert, verwijst naar hogere principes. Bijvoorbeeld: Dag en nacht zijn niet alleen astronomische verschijnselen, maar ook beelden voor inzicht en onwetendheid. De vier elementen (vuur, lucht, water en aarde) staan ook voor innerlijke kwaliteiten of bewustzijnsniveaus. Zo wordt de wereld een levend boek, een spiegel waarin hogere waarheden zichtbaar worden voor wie leert kijken met het “ innerlijk oog “. Ook de kenleer of epistemologie moet worden genoemd. Dit principe impliceert dat ware kennis niet alleen komt door empirisch onderzoek, maar ook door het doorzien van patronen en analogieën. Kennis is niet enkel een opbouw van feiten, maar herkenning van innerlijke samenhang. De geest leest de wereld als symbool, zoals een dichter een gedicht leest, niet alleen wat er staat, maar wat het betekent en hoe het voelt. Dit staat haaks op modern positivisme, dat vooral zoekt naar causale verklaringen, niet naar betekenissystemen. In de psyche betekent dit: De buitenwereld weerspiegelt de innerlijke wereld. Je levenservaring verandert wanneer je bewustzijn verandert. Innerlijke harmonie leidt tot uiterlijke harmonie of zoals Jung het stelde: “Wanneer de innerlijke mens zich niet ontwikkelt, doet de buitenwereld dat voor hem, als noodlot.” Deze opvatting versterkt de hermetische nadruk op innerlijk werk als sleutel tot transformatie. Samenvattend leert het principe van overeenkomst dat de werkelijkheid holistisch is opgebouwd: wat zich op het ene niveau voltrekt, weerspiegelt zich op een andere niveaus. Filosofisch is dit een visie van structuurgelijkheid en betekenisvolle samenhang tussen geest en stof, mens en kosmos, boven en beneden. Het is een uitnodiging tot een symbolisch en spiritueel lezen van de wereld en tot zelfkennis als weg tot universele wijsheid.
3e Het principe van trilling of vibratie is het derde van de zeven hermetische principes en luidt: “Niets is in rust; alles beweegt; alles vibreert.” Dit principe stelt dat alles in het universum, van geest tot materie, voortdurend in beweging is, in een staat van trilling. Niets is volledig stil of onveranderlijk. Zelfs ogenschijnlijke stilstand is slechts een illusie van langzame of subtiele beweging. Het principe van trilling sluit nauw aan bij de filosofie van Heraclitus (6e eeuw v. Chr.), die stelde: “Panta Rhei “ alles stroomt. Volgens hem is niets statisch, alles bevindt zich in een voortdurende staat van verandering. Er is geen “zijn” zonder “worden”. In het hermetisch enken is deze voortdurende beweging niet chaos, maar wetmatige vibratie, die alles bezielt en verbindt. Zelfs het “stilste” object, een steen, een gedachte, een ziel heeft zijn eigen trillingsfrequentie. Er bestaat een duidelijke hiërarchie van vibraties. Materie trilt langzaam, is grof, zichtbaar en tastbaar. Energie trilt sneller, zoals licht, gelui en warmte. Geest en bewustzijn trillen op de hoogste niveaus: fijn,subtiel en onzichtbaar. Zo wordt bewustzijn als een hogere graad van vibratie begrepen dan fysieke realiteit. Dit verbindt het met het principe van Mentalisme: hoe hoger de trilling, hoe dichter bij de oorspronkelijke Geest (Het Al). Hoewel het Kybalion stamt uit de vroege 20e eeuw, is het principe verrassend parallel aan de moderne fysica. In de kwantumfysica blijkt dat subatomaire deeltjes zich gedragen als energiegolven, ze trillen, bewegen en bestaan in waarschijnlijkheden. Muziek, licht en kleur zijn allemaal manifestaties van verschillende frequenties. Zelfs emoties en hersengolven worden in frequenties uitgedrukt. Hoewel de hermetische leer niet als zijnde wetenschappelijk bedoeld is, werkt ze met een soort intuïtieve fysica van de geest, waarin alles energetisch en in beweging is. Elke gedachte, emotie of intentie heeft zijn eigen trillingsniveau. Angst, woede en jaloezie trillen laag, ze verkrampen, vernauwen. Terwijl liefde, vreugde en mededogen hoog trillen, ze verruimen, openen. Volgens deze visie beïnvloeden onze innerlijke trillingen zowel onze ervaring van de wereld als de wereld zelf.
Als alles vibreert, dan is resonantie belangrijk. Wat je uitzendt, trek je aan. Door je trilling te verhogen, via zuiver denken en handelen, stem je jezelf af op hogere werkelijkheden. Moreel gezien betekent dit dat elke daad, hoe klein ook, een vibrerende invloed heeft. Het goede doen is dus niet alleen een plicht, maar een manier om bewust harmonische vibraties in het bestaansveld te brengen. Samenvattend leert het principe van trilling dat de werkelijkheid fundamenteel dynamisch, energetisch en levend is. Wat lijkt op vorm en vastheid, is in wezen beweging. Spiritueel houdt dit in dat wij als mensen kunnen leren onze eigen frequentie te herkennen, te zuiveren en af te stemmen op hogere niveaus van bewustzijn. Het is een kosmisch principe van verfijning, resonantie en bewust scheppen.
4e Het principe van Polariteit is het vierde hermetische principe en luidt: “Alles is dubbel; alles heeft twee polen; alles heeft zijn paar van tegenstellingen. Gelijk en ongelijk zijn hetzelfde; tegenstellingen zijn identiek in aard, maar verschillen in graad”. Dit principe stelt dat alles in het universum bestaat uit paren van ogenschijnlijke tegenstellingen, maar dat deze tegenpolen in wezen slechts graduele variaties van hetzelfde zijn. Er is geen absoluut onderscheid tussen bijvoorbeeld warm en koud, licht en donker, liefde en haat, alleen een verschil in graad, niet in essentie. Je zou kunnen zeggen het gaat om kwantitatief in plaats van een kwalitatief verschil. Het principe benadrukt dat tegenstellingen niet op zichzelf bestaan, maar elkaars complement zijn. Licht en donker zijn graden van helderheid ( nu zouden we spreken van fotonen dichtheid). Goed en kwaad zijn graden van moreel bewustzijn. Ze bestaan niet zonder elkaar en zijn dus in essentie één kracht, met twee uitersten. Deze opvatting sluit aan bij de dialectiek van Heraclitus en later van Hegel: “Tegengestelden zijn noodzakelijk voor het ontstaan van verandering”. Bij Hegel leidt de botsing tussen these en antithese tot synthese, een hogere eenheid. In het hermetisme is de synthese echter niet alleen logisch, maar spiritueel: het transcenderen van tegenstellingen is een weg naar eenheid. Het taoïsme bevat een bijna identieke intuïtie in het Yin-Yang symbool: Yin en Yang zijn tegenpolen, maar vormen samen een dynamische eenheid. Elk bevat het zaad van de ander. Harmonie is niet het elimineren van een pool, maar het evenwicht ertussen. De hermetische polariteit werkt op dezelfde manier: niet het vermijden van het negatieve, maar het transmuteren ervan door innerlijk bewustzijn. De kracht van dit principe ligt in het vermogen tot mentale transmutatie. Je kunt je gemoedstoestand veranderen door je trilling te verschuiven langs de polariteit. Haat kan getransformeerd worden in liefde, omdat ze twee graden zijn van hetzelfde gevoel: verbondenheid. Angst kan worden omgepoold naar moed, door bewust te kiezen voor een hogere frequentie van hetzelfde spectrum. Dit komt ook overeen met inzichten uit de dieptepsychologie van Jung: Schaduw en licht zijn beide aspecten van de psyche. Individuatie vraagt om het erkennen én integreren van beide polen in plaats van het onderdrukken van één ervan. Spiritueel nodigt dit principe uit tot bewuste balans en transcendentie: De wijze probeert niet zijn “negatieve” gevoelens uit te roeien, maar begrijpt ze als vervormde of onbewuste vormen van iets hogers. Goed en kwaad zijn dan niet absoluut gescheiden, maar wijzen op graden van afstemming op de Geest. In plaats van dualistisch denken ( dat is goed, dat is slecht) moedigt de hermetische filosofie aan tot holistisch inzicht: het leven is een spectrum, geen strijdveld. Samenvattend onthult het principe van polariteit dat wat wij als tegenstellingen ervaren, in wezen één zijn en slechts verschillend in graad. Filosofisch betekent dit het overstijgen van simplistische dualiteit. Psychologisch biedt het een krachtig model voor innerlijke transformatie. Spiritueel wijst het de weg naar eenheidsbewustzijn: het inzicht dat het Ene zich uitdrukt tweeën en dat wijsheid ontstaat door het omarmen van het hele spectrum.
5e Het Principe van Ritme is het vijfde hermetische principe en luidt: Alles stroomt, in en uit; alles heeft zijn tijd van komen en gaan; alles stijgt en daalt; de maat van de slinger naar links is de maat van de slinger naar rechts; ritme compenseert. Dit principe beschrijft het cyclische karakter van alle verschijnselen in het universum. Alles beweegt volgens een ritmische wetmatigheid, zoals eb en vloed, in- en uitademing, geboorte en dood, succes en verval, vreugde en verdriet. De beweging is onvermijdelijk, maar ook beheersbaar, voor wie zich er bewust van wordt. Volgens de hermetische filosofie is het universum geen statisch geheel, maar een levend proces van pulserende beweging: Alles komt voort uit het Ene (Geest), differentieert zich en keert er weer naar terug, in eindeloze ritmische cycli. Deze opvatting is nauw verwant aan de natuurfilosofie van de antieken, waarin de kosmos wordt opgevat als een organische, ademende orde. De cyclische tijd in het hindoeïsme en boeddhisme. De spiraalbeweging van de geschiedenis bij Hegel: niets herhaalt zich exact, maar ritmes keren terug op een hoger niveau. Op individueel niveau herkennen we dit principe in onze stemmingen, energie, inspiratie en ook motivatie. Dagen van helderheid wisselen met momenten van verwarring. Geluk is nimmer permanent, net zomin als verdriet dat is. Wie zich van deze ritmische wet bewust wordt, identificeert zich minder met tijdelijke extremen. Je leert dan om innerlijk standvastig te blijven terwijl de slinger beweegt. Volgens het Kybalion kan een geoefende geest de “zwaai van de slinger” neutraliseren door zich op hogere geestelijke niveaus te verankeren. Dit wordt neutralisatie van ritme genoemd. Het is een vorm van meesterschap waarbij men leert om niet meegesleurd te worden met stemmingswisselingen. Emotionele terugvallen te herkennen als een natuurlijke tegenbeweging op groei. Je aandacht te richten op het centrum, eerder dan op de uiterste bewegingen. Het principe van ritme leert nederigheid bij succes en vertrouwen in tegenslag. Samenvattend beschrijft het principe van ritme de onvermijdelijke slingerbeweging die aanwezig is, zowel op kosmisch, psychologisch, moreel en spiritueel vlak. Inzicht in dit ritme helpt je om met meer wijsheid, evenwicht en souplesse door het leven te bewegen. Het leert je dat tijdelijkheid geen zwakte is, maar een uitdrukking van een grotere harmonie en dat meesterschap betekent dat je in het centrum moet blijven terwijl de slinger zwaait.
6e Het principe van oorzaak en gevolg is het zesde hermetische principe en luidt: “Elke oorzaak heeft haar gevolg; elk gevolg heeft zijn oorzaak; alles gebeurt volgens de wet; toeval is slechts een naam voor een onbekende wet; er zijn vele niveaus van oorzaak, maar niets ontsnapt aan die Wet”. Dit principe stelt dat alles in het universum onderworpen is aan wetmatigheid. Niets gebeurt willekeurig of zonder reden. Wat wij toeval noemen, is slecht een effect waarvan de oorzaak ons nog niet bekend is. Elk verschijnsel, elke handeling, elk gevolg komt voort uit een andere oorzaak en is zelf weer een oorzaak voor iets anders. Hermetisch denken is niet dualistisch, maar ziet het universum als één levend systeem waarin alle niveaus met elkaar zijn verbonden door wetmatigheid. Die wet heet hier de Wet van Oorzaak en Gevolg. Deze visie sluit aan bij de causaliteitsleer van Aristoteles, waarin elke verandering een oorzaak vereist. Ook bij de Stoïcijnse logica, waarin het universum één rationele orde is (Logos) waarin niets zinloos of toevallig gebeurt. Ook in de boeddhistische karmaleer, waarin alles wat men ervaart (in dit leven of een ander) een gevolg is van vroegere handelingen, gedachten en intenties. In al deze systemen is vrijheid niet de afwezigheid van oorzaak, maar bewustwording van de oorzaak-kracht in jezelf. Volgens het Kybalion zijn de meeste mensen “slachtoffers” van oorzaak en gevolg. Ze reageren automatisch op externe gebeurtenissen, omstandigheden, impulsen of gewoonten. Ze worden bewogen in plaats van zelf bewegend te zijn. De ware meester leert om niet te reageren, maar om te anticiperen en te initiëren. Om bewuste oorzaken te herleiden om gewenste gevolgen te creëren. Om niet onderworpen te zijn aan lagere wetmatigheden, maar zich te verheffen tot hogere. “De wijzen dienen de wet, zij overtreden haar niet “, dat wil zeggen: zij werken mét de wet, vanuit inzicht, niet tegen haar in onwetendheid. Op mentaal en emotioneel vlak betekent dit dat elke gedachte welke je herhaaldelijk denkt, een gemoedstoestand veroorzaakt. Elke overtuiging leidt tot een patroon van gedrag. Wat je vandaag ervaart is het gevolg van wat je eerder hebt gevoed in bewustzijn en het zaad van wat nog komen gaat. Daarom is innerlijk werk geen abstract ideaal, maar een causaal instrument: wie zijn binnenwereld bewust vormt, beïnvloedt zijn buitenwereld. In het hermetisme heeft dit principe ook een magische implicatie: Wie zich afstemt op hogere oorzaken, zoals universele liefde, waarheid of wil, kan de lagere oorzaken transformeren. Dit kan gebeuren door gebed, intentie, visualisatie en affirmatie (versterkende gedachte, wat je graag wil zijn). Dit zijn manieren om op subtiel niveau oorzaken te zaaien die op termijn werkelijkheid worden. De mens wordt zo een mede creator en geen speelbal van het lot. Het hermetisch principe lijkt op het concept van karma, doch met een belangrijk verschil in accent: Karma wordt gezien als een passieve terugslag ( oorzaak naar gevolg), het hermetisme benadrukt dat je via bewustzijn boven bepaalde causale ketens kunt uitstijgen. Samenvattend stelt het principe van Oorzaak en Gevolg dat het universum een samenhangend wetmatig systeem is waarin niets toevallig gebeurt. Alles komt voort uit eerdere oorzaken en alles wat we doen of denken zet gevolgen in beweging. Spiritueel gezien is dit principe een uitnodiging tot innerlijke verantwoordelijkheid en bewust creëren. Want wie de wet kent en toepast, wordt niet langer geregeerd door omstandigheden, maar wordt zelf een bewuste oorzaak van verandering.
7e Het principe van Geslacht (Gender) is het zevende hermetische principe en is een van de meest gelaagde en symbolisch rijkste van de zeven hermetische principes. De kern van dit principe is: “Geslacht is in alles; alles heeft mannelijke en vrouwelijke principes; geslacht openbaart zich op alle niveaus. Het gaat hier niet primair om biologische geslacht of sociale genderrollen, maar om kosmische krachten of archetypen die in alles werkzaam zijn. Het mannelijke staat symbool voor actie, scheppingskracht, gerichtheid, bewustzijn, zaaiing en idee. Het vrouwelijke staat symbool voor ontvankelijkheid, vorming, beleving, groei, koestering en manifestatie. Samen vormen deze twee principes een creatieve polariteit, een dynamische spanning waarin alle leven ontstaat en zich ontvouwt. Deze polariteit is overal aanwezig, van atomen tot relaties, van gedachten tot sterrenstelsels. In Plato’s denken vinden we een vergelijkbare dynamiek: de Idee (logos, mannelijk) vormt zich pas wanneer zij belichaamd wordt in de materiële wereld (hulè, vrouwelijk). De ziel zelf is de schakel tussen deze twee sferen, verlangend naar het hogere en toch verbonden met het lagere. Het taoïsme biedt misschien wel de zuiverste parallel: Yang is het mannelijke principe, van hemel, dag, beweging en actie. Yin is het vrouwelijke, van aarde, nacht, rust en ontvankelijkheid. Hun voortdurende dans creëert de Tao, de weg van het leven. In tegenstelling tot Westerse dualistische ideeën zijn yin en yang niet in strijd, maar complementair, elk bevat het zaad van de andere. Carl Gustav Jung beschrijft in elk individu een innerlijke tegenpool: de animus (mannelijk archetype in de vrouw) en de anima (vrouwelijk archetype in de man). Ware individuatie ontstaat wanneer deze aspecten in evenwicht zijn. Een idee dat Jung deels baseerde op alchemistische en hermetische bronnen. Voor jezelf betekent dit principe dat persoonlijke groei pas volledig wordt wanneer je beide aspecten cultiveert. Kracht én overgave, analyse én intuïtie, daadkracht én ontvankelijkheid. In relaties wijst het op het belang van interne balans boven uiterlijke projectie: een gezonde relatie ontstaat niet door afhankelijkheid van de ander, maar door innerlijke polariteit in harmonie. Samenvattend is het principe van geslacht geen dogma over gender, maar een universele wet van creatie, balans en transformatie. Het nodigt uit tot een filosofie die niet streeft naar dominantie van het ene over het andere, maar naar integratie van schijnbare tegenstellingen als weg naar wijsheid en heelheid.
Hoewel het boek beweert gebaseerd te zijn op oude hermetische wijsheid, is het sterk beïnvloed door moderne esoterie, zoals het New Thought gedachtegoed en het occultisme van de 19e en vroeg 20e eeuw. Het heeft op zijn beurt weer een grote invloed gehad op latere spirituele bewegingen, zoals de New Age en bewegingen omtrent zelfhulp en bewustzijnsontwikkeling. Boeken als The Secret (Rhonda Byrne) en andere werken over positief denken en persoonlijke kracht bevatten indirect elementen van het hermetisch denken van de Kybalion
... Ik heb mijn oorspronkelijke beschouwing wat ingekort, met de hoop dat deze nu wat leesbaarder is geworden. ...
Zie ook: http://spirituelefilosofie.blogspot.com
Schrijver: J.J.v.Verre
5 juni 2025
Geplaatst in de categorie: filosofie