Inloggen
voeg je beschouwing toe

Beschouwingen

Een glimp van het voortbestaan: ervaringen uit het grensgebied tussen leven en dood. Deel 3.

VERGELIJKING MET DE THEOLOGIE
Om voor de hand liggende redenen zijn het vooral artsen en geestelijken die beroepshalve geconfronteerd worden met mensen die beweren een BDE te hebben gehad. Bij beide beroepsgroepen was het verschijnsel al lange tijd min of meer bekend. Toch kwam het initiatief voor een systematisch onderzoek van BDE-verschijnselen uit de medische hoek. Theologen schrikken er meestal voor terug om de consequenties ervan voor hun eigen vakgebied te overdenken. Mijn stellige indruk is dat zij bang zijn dat deze ervaringen de waarde van de kerkelijke dogmatiek ter discussie stellen.

Inderdaad zijn er vanuit de kerkelijke dogmatiek al verschillende pogingen ondernomen om de traditionele, kerkelijke leer over leven en dood te verdedigen door de waarde en het waarheidsgehalte van bijna-dood-ervaringen te ontkennen of te bagatelliseren.
Een sprekend voorbeeld daarvan vind ik het boek “Eeuwig leven?” van Hans Küng. Hij stelt daarin dat BDE’s niets zeggen over het geestelijke leven en de wereld na de dood omdat de betrokkenen nog weer gereanimeerd konden worden en dus niet echt dood zijn geweest(!) Daardoor hoef je je als theoloog dus ook niet meer bezig te houden met al die aspecten van de geestelijke wereld, waarin de theologie en bijna-dood-ervaringen elkaar tegenspreken – einde discussie.

Toch zijn deze angst en de daaruit voortkomende verdedigingsmechanismen niet zo nodig als door theologen vaak wordt aangenomen. Integendeel: deze ervaringen zijn naar mijn idee niet fundamenteel in tegenspraak met centrale leerstellingen uit de christelijke theologie. Zo is de notie van een ‘laatste oordeel’ wel te rijmen met de terugblik op het leven waarvan vaak melding wordt gemaakt. Ook het feit dat daarbij een soort ‘gids’ of ‘opperwezen’ aanwezig is, die af en toe commentaar geeft bij het opnieuw doorleven van cruciale momenten uit dat leven, strookt met de gedachte van een ‘oordeel’ of ‘beoordeling’ van datgene, wat iemand met zijn leven heeft gedaan.

Er komen echter ook BDE’s voor die elementen bevatten die minder gemakkelijk zijn in te passen in de christelijke traditie, ook al zijn ze er niet direct mee in tegenspraak. Zo zijn er enkele gevallen bekend waarbij mensen in hun voorgeboortelijke staat werden waargenomen terwijl zij zich gereed maakten om af te dalen naar de aarde. Op dat moment waren het al complete wezens, dus beslist geen embryo’s.

Dat brengt mij op een ander element waar veelvuldig verslag van wordt gemaakt: het geestelijke lichaam. Zodra de psyche van het lichaam wordt gescheiden, merken BDE-ers dat ze over een ‘lichaam’ beschikken dat heel andere eigenschappen bezit dan het aardse lichaam. Ook mensen, die één of meer ledematen hebben moeten missen, bezitten in die andere staat een volledig lichaam: dat bestaat steeds uit een soort lichtsubstantie. Dr. Moody brengt dit zelf in verband met de vergelijking die Paulus maakt: “Er zijn hemelse en aardse lichamen, maar de glans van hemelse lichamen is anders dan die van aardse lichamen”.

BDE’s zijn verder in overeenstemming met veel voorstellingen over de dood en het hiernamaals die in andere grote wereldgodsdiensten voorkomen, met name het Boeddhisme. Zo lijken de beschrijvingen in het Tibetaanse Dodenboek over de eerste stadia na de dood verbluffend sterk op BDE-verslagen. Moody ziet dit als een bevestiging van de authenticiteit van BDE-verschijnselen. Hij vergeet echter te vermelden dat het Tibetaanse Dodenboek uitdrukkelijk beweert dat het hier slechts gaat om ‘projecties van de eigen ziel’. Dat is beslist méér dan een nuanceverschil!

- wordt vervolgd -

Schrijver: Hendrik Klaassens, 13 februari 2009


Geplaatst in de categorie: wetenschap

4.2 met 5 stemmen 168



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)