Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen over psychologie

De kleurloze kleurenverzamelaar van Huis te Leuvenum

De edele heer Pierre de Beaufort geniet van zijn vooralsnog onaantastbare weelde in zijn luxe onderkomen Huis te Leuvenum aan de Jonkheer Doctor C.J. Sandbergweg 60 in Leuvenum. Ooit heeft hij de ware liefde van jonkvrouw Leonora van Barchem afgewezen en dat knaagt nog steeds aan zijn gewonde ziel. De intens tedere jonkvrouw Leonora woonde in Kasteel Staverden op de Staverdenseweg 283 in Staverden. Leonora en Pierre waren destijds zeer goed bevriend met elkaar en er hing een huwelijk in de lucht, maar Pierre zocht zijn heil bij de hoeren en in de drank. Hij raakte steeds meer verwijderd van de zuivere liefde, die Leonora hem kon geven. Toen Leonora hem op een zachte manier wilde verleiden, stootte hij haar van zich af. Hij verdroeg haar oprechte liefde niet meer en op een gegeven moment liet hij haar voorgoed in de steek. Desondanks bleef zij enorm veel van hem houden en kwijnde zij steeds meer weg. Haar familie deed nog pogingen om Pierre van gedachten te doen veranderen, maar dat mocht niet baten. Pierre had zijn ziel inmiddels zwart gekleurd en hij leefde daarnaar. De uiterst gevoelige en diep verdrietige Leonora stierf door een gebroken hart en in opperste trouw aan haar afgedwaalde droomman Pierre. Zij is op een klein grafeiland in de Molenbeek begraven en op haar gedenksteen staat 'Leonora 1353'. Soms, wanneer Pierre in zijn radeloosheid geen uitweg meer ziet, zit hij urenlang bij die stenen sokkel te mijmeren en overdenkt hij zijn wreedheid jegens haar, al maakt dit hem niet tot een beter mens, integendeel, het voedt zijn zelfhaat en zijn drang tot slechte daden. Zijn verscheurde ziel zoekt de schuld van zijn ellende buiten zichzelf en hij weet van gekkigheid niet meer wat hij moet doen om zichzelf staande te houden. Hij is een uitstekende zwaardvechter en dat is ook wel nodig, want hij jaagt veel mensen tegen zichzelf in het harnas. In het Leuvenumse bos geniet hij van de jacht op wilde zwijnen en edelherten, maar hij moet altijd op zijn hoede zijn, want zijn vijanden kunnen overal plotseling opduiken. Pierre's roekeloze en buitensporige leefstijl bezorgt hem geregeld levensgevaarlijke problemen, maar zijn kleurenobsessie houdt hem gelukkig redelijk in toom.

In zijn ruime slaapkamer heeft Pierre de mooiste stoffen en kleden hangen en liggen, in alle kleuren van de regenboog en veel meer dan dat. Hij is geobsedeerd door kleuren en hij maakt zelfs indrukwekkende schilderijen, die niet zouden misstaan bij de latere Cobra-beweging. Pierre is in feite een voorloper van Picasso, maar dat zal onopgemerkt blijven. Zo is de latere, felle kleurenobsessie van Van Gogh door Pierre al veel beter gedaan zijn. De honderden bewaarde kunstwerken op zijn zolder zouden de kunstgeschiedenis versteld hebben doen staan, wanneer het anders zou lopen, wanneer Pierre niet zo verdomde tragedisch in elkaar zou steken. Zijn grootste hobby is het verzamelen van vrouwen met een kleurige achternaam, want hij wil een kleurenpalet van vrouwen bijeen vergaren, want vrouwen geven kleur aan zijn kleurloze leven. Natuurlijk had de eigenaar van de verfwinkel gelijk en zou hij naar inwendige kleuren moeten zoeken, maar het lijkt wel steeds alsof de magische verf voor zijn binnenkant niet pakt en direct weer afbladdert. 'Geef mij dan inwendige verf, die duurzaam blijft zitten!', schreeuwde Pierre tegen de verfhandelaar. 'Die is er niet, edele heer!', antwoordde de verfhandelaar, 'ik heb het over spirituele verf!'. Pierre verloor zijn zelfbeheersing en hij stak zijn zwaard door de keel van de verfhandelaar. Het rode bloed spoot eruit. 'Er zit tenminste heel veel rood aan de binnenkant van de mensen!', bedacht Pierre, 'misschien is waarlijk liefhebben inderdaad wel hét antwoord!'. Hij is al jaren bezig om vrouwen met een kleurige achternaam te verleiden en dat gaat van een leien dakje. Zijn veroveringen kleuren niet alleen zijn obsessie, maar ook zijn liefdesleven, die uitbundig is. Hij sleept zijn minnaressen overal vandaan, mits ze maar een kleurige achternaam hebben. Hij vrijt dan ook vooral met de kleurige achternamen, maar al zijn geschaakte stoeipoesen zijn ook qua uiterlijk naar zijn zin en hij heeft zeker niet te klagen. Zijn huidige, kleurige minnaressen zijn: Claudia Groen, Sandra Blauw, Gail Geel, Angelique Wit, Loes Zwart, Petra Rood, Rachel Grijs, Brunhilde Bruin, Pamela Purper en Magina Violet. Zijn nieuwste aanwinst is in de maak, zeg maar, want die is nog niet helemaal gereed om zich bij zijn kleurrijke maîtresses te voegen. Zij aarzelt waarschijnlijk vanwege haar kleurrijke achternaam, die nauw verbonden met argwaan is.

Odile van Oranje zit in een speciaal voor haar oranje gestoffeerde bank, terwijl Pierre haar een glas wortelsap inschenkt. Hij gaat ineens naast haar zitten en hij begint haar van boven naar buiten puilende borsten te kussen. 'Onbeholpen vlegel!', schreeuwt zij, 'wie denk je wel dat je bent?'. 'Ik ben geheel de uwe, mijn wonderschone tortelduifje!', antwoordt Pierre, terwijl hij met zijn lange arm onder haar schitterende, oranje jurk probeert te graaien. Zij slaat zijn onbesuisde arm van zich af en zij zoekt meteen de uitgang. 'Maar waarom toch niet, Odile?, jij bent anders precies de kleur, die in zoek en nodig heb!', smeekt Pierre. 'Lieden zoals jij verlagen mijn positie en ze zijn bovendien hartstikke onbetrouwbaar in de liefde!', zegt Odile, die haastig het Huis te Leuvenum verlaat. Pierre blijft verslagen achter en hij raakt volkomen gefrustreerd, omdat hij de kleur oranje niet aan zijn palet kan toevoegen. Hij kan natuurlijk achter een andere Oranje aan gaan jagen, maar daar heeft hij ineens de kracht niet meer voor. Zijn decadente obsessie stort in en hij wacht tot de avond om Huis te Leuvenum in de fik te steken. Hij geniet van de rood-gele vlammen en wanneer het hem echt te heet onder de voeten wordt, vlucht hij via een tunnel naar de ijskelder, waar hij zijn deftige kleren voor een zwerversoutfit verruilt. Hij blijft dagenlang in de bossen ronddolen, terwijl hij net als de vogels alles in zwart-wit ziet. Hij is een verwilderde, hongerige holbewoner geworden, die iedere nacht steeds meer naar het gehuil van de afgewezen Leonora luistert. Leonora's geween in Kasteel Staverden lokt de arme Pierre, die op handen en voeten rond het kasteel kruipt en met haar mee huilt. Als een eenzame wolf sleept hij zichzelf naar het grafeiland van de tragische Leonora van Barchem. Terwijl zijn levenskrachten uit hem wegglijden, staat hij nog eenmaal fier rechtop om zichzelf daarna in de punt van zijn zwaard te boren. Zijn bloed spat het jaartal 1353 weg.

Schrijver: Sir Joanan Rutgers
5 januari 2024


Geplaatst in de categorie: psychologie

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 81



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)