Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Gezicht op een zomeravond, deel 2

Heel langzaam trokken de nevels op. De damp, die boven verschillende continenten en oceanen had gehangen, vervluchtigde. Toen de contouren van de zeeën en de landmassa's weer geleidelijk opdoemden uit de sluier die boven de planeet had gehangen, zag ik dat het aanzien van de aarde grondig was veranderd. Waar eens het water van de oceaan had geklotst in eindeloze deining, strekte zich nu een breed vasteland uit; delen van de oude continenten waren verdwenen en hadden plaats gemaakt voor de zee. Het leek wel alsof ik naar een andere planeet keek met een andere topografie: de aarde was onherkenbaar geworden.
Het belangrijkste verschil met vroeger zat 'm echter niet in de verdeling van water en land: de hardheid van de vroegere contouren was verdwenen. Het leek alsof de aarde werd omspeeld door een onaards, mild licht, een tintelende gloed, een zachte aanraking van licht, alsof ze door een engelenhand was beroerd.
Ik bleef kijken, ademloos, staande op de dijk, maar in de geest als door een reuzenhand hoog boven de aarde weggetild. Onder me straalde een vriendelijk licht me tegemoet, de glans van een andere wereld, een nieuwe aarde, een aarde waaruit al het kwaad was verdwenen, verdampt, wegbelicht door een hemelse gloed.

Het beeld van de aarde, dat ik al die tijd boven de horizon had gezien, loste geleidelijk op. Toen alle contouren waren vervaagd, verdichtte het zich tenslotte tot dezelfde ster, die aanvankelijk mijn aandacht had getrokken. Terwijl de intensiteit van zijn schijnsel langzaam afnam, zocht hij zijn oorspronkelijk plaats tussen de sterren van Bootes weer op.
Lang bleef ik naar dat onooglijk sterretje van de vierde grootte kijken. Wat had die ster in vredesnaam met de radicale omvorming van de aarde te maken? Misschien wel niets, misschien betekende dat alleen maar een verandering van perspectief en duidde het op een verplaatsing in tijd en ruimte.

Zwijgend, roerloos bleef ik staan. Maar toen er tien minuten later niets bijzonders meer was voorgevallen, herademde ik weer. Ik kreeg weer aandacht voor de geluiden van de zee, voor meeuwen die krijsend overscheerden, voor de lichten in de verte van schepen die langzaam voortstoomden, op weg naar Duitse en Scandinavische havensteden. En plotseling, als uit een oude, diepe zweer, welden tranen in me op, tranen weertegen ik geen verweer had. Tranen van vreugde en verdriet, tranen over het heden, het verleden en de toekomst van de aarde, de planeet waar hemel en hel dicht bij elkaar leven, waar liefde en haat zich met elkaar lijken te vermengen, waar woorden, daden en gedachten een mens kunnen optillen naar het goddelijke licht, maar ook naar de diepste afgronden van de hel. En ik zegende de dag waarop er eind zou komen aan alle kwaad, alle duisternis, alle onvrede, alle haat, al het onrecht dat er wordt begaan...
Ik spreidde mijn armen uit, met mijn handpalmen omhoog naar de sterren, en bad om innerlijke vrede. Alle onrust verdween daardoor uit me, zodat ik even later met een gerust hart terug kon reizen naar de stad, peinzend, ontroerd, een intense ervaring rijker.

Schrijver: Hendrik Klaassens, 12 augustus 2006


Geplaatst in de categorie: rampen

4.4 met 5 stemmen 678



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Esther
Datum:
13 mei 2011
Hier heb ik even geen woorden voor.....bedankt voor je moed deze ervaring te willen delen! Heftig hoor! Maar mij heb je betoverd door je intensiteit, zuiverheid, moed en bovenal zachtmoedigheid van schrijven!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)