Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Rampspoed

Soms ligt het er dik bovenop, soms is het een schok voor de buitenwereld. Dat laatste is het geval met de perikelen tussen twee armzalige mensen in Utrecht.
Karel is een student psychologie aan de Universiteit van Utrecht, hij woont op kamers in een jolig studentenhuis met twee andere studentes en drie studenten. Hij heeft zijn kamer slordig ingericht, een vervuild bed en kleren her en der, met DVD's vermengd. Hij is te moe om de boel op te ruimen, niemand die het ziet. Als zijn televisie stoort, denkt hij dat Jessica, die naast hem woont met een apparaat in de weer is. Dat vindt hij op zich heel normaal, maar dat hij een deel van een film mist, niet, daar baalt hij van. Hij worstelt zichzelf door talloze psychologieboeken en dat verloopt prima. Tegen middernacht krijgt hij het vaak op zijn heupen en duikt hij de bruisende binnenstad in, kroeg in, kroeg uit en altijd weer wat drankjes zwaarder, beelden van mooie vrouwen rijker. Nadat hij nog wat hasj heeft gescoord, loopt hij tollend terug naar zijn sombere huurkamer. Hij probeert zo stil mogelijk naar zijn onderkomen te komen, helaas valt hij hard neer in de toiletkamer, toch blijft het stil in het huis, gelukkig maar. Na een stevige joint kruipt hij als een dartel konijntje in zijn bed. Hij droomt van een heftig-beminnende...

Hilde is vandaag al vroeg opgestaan, fit en vrolijk, daar ze een lange nachtrust heeft genoten en geen roofbouw op haar goddelijke lichaam pleegt. Ze eet boterhammen met Old Amsterdam en ze drinkt sterrenmixthee. Vervolgens pelt ze een Spaanse sinaasappel en slurpt ze de delen op. Het scherpe sap spuit in haar ogen. Ze lacht erom. Ze vertrekt rond kwart voor negen in haar Volvo naar haar werk. Sinds twee jaar werkt ze in kapsalon 'Miranda' en ze heeft het er heel erg naar haar zin. Haar bazin, Miranda Sleutel, is inmiddels een goede vriendin van haar, althans dat denkt zij, in wezen stelt het niets voor en roddelt Miranda grofweg over haar. 'Hoi, Hilde, heb je er weer zin in vandaag?', vraagt Miranda. 'Zeker! ik kan niet wachten op het eerste kapsel!', antwoordt Hilde. 'Nou, kijk, daar komt Bram, die kan wel een knipbeurt gebruiken!' 'Inderdaad zeg, wat een hippie!'.
Na Bram kwam Eppie en na Eppie kwam Pieter en na Pieter kwam Wilfried en na Wilfried kwam Piet en na Piet kwam Sandra en na Sandra kwam Ilse en enzovoort. De dag gleed heel snel voorbij. Koffie tussendoor, luxe broodjes en een glaasje cointreau, gewoon, om de spanning op te voeren. Hilde geniet van haar baan, ze geniet van de grote aandacht van haar klanten, haar glimlach is opvallend, maar wel gemaakt, want diep in haar hart is ze zielsongelukkig, maar dat toont ze aan bijna niemand. Aan wie ze het wel heeft getoond, heeft ze nu geen boodschap meer, zo doet ze dat, gewetenloos en destructief. Zichzelf losknippen kan ze als geen ander.

Die avond zijn ze allebei onrustig, Karel en Hilde, ze voelen een groot gat in hun ziel en wensen daaraan te ontkomen, dus gaan ze allebei de stad in, de kroegen in. In café 'De stroper' komen ze elkaar toevallig tegen aan de bar. Karel bestelt een dubbele whisky, terwijl hij naast Hilde staat, die zittend een zeer donker bier naar binnen werkt. Daarnaast rookt ze zeer inhalig aan een Cameltje. Ze blaast de rook midden in het gezicht van Karel. 'Bedankt!', zegt hij, 'ik kan wel wat nicotine gebruiken!'. 'O, sorry, dat was niet de bedoeling, maar gaat het?' 'Het gaat uitstekend, mop, wil je wat van me drinken?' 'Een dubbele whisky, graag!', zegt ze doodleuk. 'O, je wilt toasten, mij best, lieve schat! Henry, nog een extra dubbele je weet wel!'.
Ze kleven aan elkaar vast als stroopwafels, zuipen door tot diep in de nacht, gaan tenslotte waggelend omarmd naar nergens, want ze zijn beiden te dronken om hun huis terug te vinden. Ze tongzoenen met elkaar, ze bedrijven de liefde op een koud grasveld, terwijl een auto hen tijdelijk beschijnt met felle koplampen. Hun hoogtepunt wordt geregistreerd door een dakloze heroïneverslaafde, die er wat gedrogeerd om moet lachen.

De volgende ochtend zijn ze in de gracht gevonden, dood, elkaar omklemmend als ware geliefden. Het was zo ontroerend, dat men bijna besloot om hen in één graf te plaatsen.

Schrijver: Joanan Rutgers, 9 april 2011


Geplaatst in de categorie: rampen

4.5 met 4 stemmen 772



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)