Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De Medicijnman van Ceuta.

Wij lagen met de "Noorderzon" in de haven van Ceuta, mijn vriend Frans en ik. Er stond al dagen en nachten een harde westenwind, waardoor we niet wegkwamen. We moesten naar Portugal en hadden al eens een poging ondernomen om uit te varen, maar met windkracht zeven tot acht op de kop was het niet te doen. Bovendien is de Straat van Gibraltar waanzinnig druk, tientallen grote schepen komen van beide kanten door deze flessenhals waar soms meer dan vier mijl stroom loopt. Kortom, we zaten vast in Ceuta, dat merkwaardige Spaanse schiereiland dat als een rotsklont aan de kust van Marokko hangt.
Ceuta is saai, maar de Spanjaarden proberen er iets van te maken en hebben kennelijk geld genoeg uit de Europese pot. Er wordt enorm gebouwd, overal bouwputten, overal beton, boulevards in aanbouw, viaducten, schuttingen en bergen puin. Het ziet er tamelijk zinloos uit, welke toerist zal ooit naar Ceuta willen komen. Een behoorlijk restaurant is er niet te vinden, behalve dan een Chinees met mooi terras en uitzicht op zee.
Goed, wij waren dus veroordeeld tot Ceuta, waar we vanuit Gibraltar waren binnengewaaid. Op zondag 20 juli besloten we dan maar tot een excursie, naar Tetuan, de handelsstad van de Berbers die daar op zondag van heinde en ver naar toe komen met hun koopwaar. Op weg naar de bus die ons naar de grens met Marokko moet brengen, zijn we gedwongen tot een steeple chase over half opgebroken straten, langs een betonnen weg die nog lang niet klaar is. Een voetpad in ruw beton voert naar een viaduct waar we overheen moeten om uit de haven te komen.
We lopen te praten, kijken om ons heen en ik zie niet dat er uit het voetpad een stuk roestig betonijzer tot kniehoogte omhoog steekt. Met mijn blote rechter scheenbeen - ik draag een korte broek - knal ik er vol bovenop. De pijn is heftig. Zo heftig dat de tranen in mijn ogen springen en ik bijna moet overgeven. Een gapende snee van 8 centimeter - ik heb het litteken even opgemeten nu ik dit schrijf - begint langzaam te bloeden. Mijn vriend Frans houdt me overeind en heeft het over een dokter en dat ons uitstapje hier eindigt.
Op dit moment is er ineens een gitzwarte man bij ons. Hij draagt een zilvergrijs zijden pak en een zonnebril met spiegelende glazen. Het is een man, zoals we in heel Ceuta nog nimmer gezien hebben, je ziet er alleen Spaanse en Arabische types. De man is ongewoon gesoigneerd, chic bijna, en hij heeft prachtige elegante handen met lange mooi gevormde vingers. Gehurkt voor mij, strekt hij deze vingers naar mijn wond. Even schrik ik, je wilt op zo'n moment niet dat een vreemde zwarte man met zijn vingers aan je verse wond komt, nietwaar? Maar, hij raakt mijn been niet aan, hij beweegt zijn vingers op een centimeter afstand over de wond en zegt: "This looks bad". Dan komt hij kordaat overeind en haalt uit de binnenzak van zijn zijden colbert een plastic buisje, waaruit hij met zijn vingers een witte zalf peutert. De zalf smeert hij in een dikke laag op mijn wond en ook er omheen, zodat ik daar plotseling sta met op mijn scheenbeen een grote vette klodder onbekende substantie, waardoorheen nog een beetje bloed kruipt. De man is zo overtuigend bezig, zo doortastend, dat we geen seconde twijfelen aan zijn deskundigheid. Ik laat zijn behandeling toe alsof ik bij een dokter ben die ik volledig vertrouw en het gekke is, we vertrouwen de man ook volledig...
"This will help" zegt hij. "In three days your leg will be healed. But do not wash, leave it as it is". Hij bergt het buisje weer in zijn binnenzak en steekt zijn hand uit, die we verbijsterd schudden. Ik begin nog over betalen, maar hij wuift de gedachte eraan glimlachend weg, draait zich om en voor we 't weten is hij in de verte verdwenen.
Daar staan we op het beton. Waar kwam die man vandaan, vraagt Frans zich af. Ik weet het ook niet, hij was er ineens, alsof hij uit de hemel kwam. Wat doet die man hier, hij spreekt Engels...Tja, niemand spreekt hier Engels, je hoort alleen maar Spaans. Wat doen we nu? Ik kijk naar mijn gezalfde been en realiseer me dat ik geen pijn voel. Ik kan er prima op staan. Lopen gaat ook goed. Okee, besluit ik, laten we maar naar de bus gaan. Ik heb het gevoel dat het prima gaat met mijn been.
We gaan dus alsof er niets gebeurd is met de bus naar de grens en met een taxi naar Tetuan, waar we de hele dag met een gids genaamd Mohammed de souks doorkruisen. Geen centje pijn. Op foto's zie je mij met een dikke klodder zalf op mijn been, het bewijs dat het echt gebeurd is.
Zoals de zwarte magiër voorspeld had, was de wond na drie dagen prachtig geheeld. De zalf werd langzamerhand een beetje hard en stevig, een soort witte korst die geleidelijk weg sleet en als poeder uiteen viel. Er onder vandaan kwam een mooi schoon litteken, met hier en daar een korstje dat wat langer bleef zitten.
Een wonder dus, hoewel ik niet in wonderen geloof.
Als die zwarte man niet uit de lucht was komen vallen, hadden we ongetwijfeld een dokter opgezocht die de wond gehecht had. Maar, dan hadden we onze trip naar Tetuan kunnen vergeten en ik moet zeggen Tetuan is een aanrader op zondag, een trip naar de Middeleeuwen die ik niet graag had gemist.
Bovendien is het nog maar de vraag of ik er dan zo'n mooi glad litteken aan had overgehouden...


Zie ook: http://www.christian-oerlemans.net

Schrijver: Christian Oerlemans, 24 oktober 2003


Geplaatst in de categorie: reizen

3.1 met 16 stemmen 1.448



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)