Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

zij- wat zij vond, maar niet zocht

Het huis waarin ze woonde, besloeg vele meters grond. Uitgestrekte landerijen boden een vredig uitzicht. Ze had hier regelmatig naar gekeken, maar veelal was dat zonder emotie. Pupillen star vooruit gericht. Ooit had ze geprobeerd het gras te tellen dat groeide. Uren had ze gezeten, op de kapotte houten stoel, voor het raam dat nu slechts een geel aanzicht te bieden had. Niemand had haar geroepen, of voor gek verklaard. Het waren uren geweest van gedachteloosheid, om het zo maar te noemen. In feite kon geen weldenkend persoon vertellen wat zij wenste te bereiken. Óf ze eigenlijk wel een doel had in het leven...

Ze was niet ongelukkig, zij, maar van geluk had zij tevens geen kennis genomen. Ze was eigenlijk niet veel, wilde dat ook niet zijn...
Haar ouders vertelden regelmatig, dat zij haar liefhadden. Haar hoofd had dan een knikkende beweging gemaakt, de mondhoeken iets opgetrokken. Zonder iets terug te zeggen liep zij dan door, wenste woorden te vinden, maar deze werden nooit aangereikt. Als verstomd stond ze daar dan, snel had ze door dat weglopen eenvoudiger was.

Lopen deed ze graag trouwens, lange wandelingen besloegen een groot deel van haar dag. Van tijd had zij geen besef, pas wanneer haar voeten het teken gaven, maakte zij haast naar huis. Ook nu nam het verlangen naar bed toe, haar benen verzwaard, waardoor ze steeds langzamer vooruit kwam. De dunne armpjes hingen bijna levenloos naast haar lichaam, haar hoofd nog steeds naar beneden gebogen. Voldaan van de vele waarnemingen die het leven haar had geschonken die dag, zuchtte ze diep. Ze voelde de warme lucht meermaals haar neus in stromen en elke uitademing leek ritmisch losgeslagen.
Pas toen ze haar benen speels over de rand van haar bed liet hangen, mochten haar vermoeide ledematen rusten.

De vlinder die haar haren streelde, werd belicht door het nachtlampje op het bureau. Onregelmatig bewoog hij zich voort. Als aan touwen gebonden maakte hij op- en neerwaartse bewegingen. Ze volgde alles wat hij deed. Een aantal keer probeerde hij door het gesloten raam naar buiten te vliegen, maar glas hield hem standvastig tegen. De laatste maal was hem funest, de grond trok te hard aan zijn vleugels nu. Hij ademde een laatste maal en nam rust tot zich. Zij ademde slechts stilte...

Een volgende ochtend maakte zich gereed, de zon liet de horizon onder zich. Zij opende haar ogen opnieuw. Aarzeling was te herkennen, toen ze uit haar bed stapte en naar beneden hurkte. Haar hand reikte naar een van zijn vleugels terwijl ze het raam opende. Beschadigingen waren duidelijk te op zien zijn fragiele karkas. Langzaam nam de wind hem mee, en zij draaide zich om. Wanhopig trachtend ontwetend te blijven, maar zij wist dat het niet langer kon. Haar hersenen produceerden vragen, waarop zij geen antwoord wist. Logica was vandaag onlogisch, het leven niet langer zeker.

Weer ging zij op de stoel zitten maar hij droeg haar niet langer en viel achterover. Hield haar adem in en hoopte, dat de wind haar nog niet wilde hebben vandaag.

Schrijver: laura van pelt, 15 juni 2005


Geplaatst in de categorie: filosofie

4.2 met 4 stemmen 871



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)