Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Money money deel 2

In ons kantoortje aangekomen zag ik dat het rolluik voor het raam helemaal was neergelaten. Wanneer Andy hier gewoonlijk de kas op maakte na sluitingstijd van de zaak, wilde hij niet op z’n vingers gekeken kunnen worden maar ook niet claustrofobisch opgesloten zijn. Nu stond ik in een door T.L. verlicht kantoor met mijn voordeligste kant, m’n bovenbenen, voor het raam.

Ik hoopte vurig dat Joke van de kledingreparatiewinkel ’Verrassend Passend’ aan de overkant ook nu met haar neut voor het venster zat te gluren.
Mr.X nam geen risico; hij beval Andy het rolluik te sluiten en mij op de vloer te gaan liggen. Langzaam ging ik door mijn knieën. Mr. X drukte mij neer tot ik plat op m’n buik lag. Het ruwe projecttapijt deed mijn blote borsten onaangenaam schrijnen.

Het drama voltrok zich vervolgens buiten mijn gezichtsveld. Ik werd onder schot gehouden. Alles aan geld en geldwaarde moest boven tafel komen.
Andy’s stem klonk steeds wanhopiger. De inhoud van de kassalade, rolletjes wisselgeld, z’n portemonnee, alles verdween in een plastic draagtas. ‘Nog meer, en snel’, riep de overvaller. Kasten en laden werden met bruut geweld open getrokken.

Onopzettelijk was Andy de ‘zwarte kas’ vergeten. Dit was een grijs kistje met geld dat naast de kassa was gevallen, zoals wij dat noemden. We spendeerden deze centen aan leuke dingen.
Bedachtzaam draaide ik m’n hoofd naar opzij en zag de schoenen van m’n man onder zijn bureau. Kon ik hier iets mee? Had ik het lef?
‘Waar is jou portemonnee? riep Andy naar mij in de hoop nog iets aan de buit te kunnen toevoegen zodat Mr. X tevreden zou afnokken.
‘Weet ik niet; in m’n tas, m’n jas of in m’n bureaula misschien’.
Een hersenverweking maakte mij volkomen apathisch.
De inhoud van m’n tas stortte als een bombardement langs me heen; brillenkoker, agenda, make-upje muntjes, lipstick zakkam, haarschuifjes en, heel gênant; twee in cellofaan verpakte O.B.superplusjes voor mijn doorbraakbloedingen. Ik was de schaamte voorbij. Mijn portefeuille en mobiel werden weg gegrist. Geen portemonnee.

Andy werd radeloos; ik zag het aan z’n voeten. Zijn linker teen schuurde de rechter. Dit deed hij altijd bij spanning, en aan z’n snor frunniken. Ik werd gedwongen m’n portemonnee te zoeken, krabbelde overeind en probeerde me te concentreren.
Het sleuteltje van m’n bureau lag zoals altijd op het randje van de boekenplank.
Bevend stond ik te stuntelen met het slot; alsof ik de verkeerde sleutel had of tijd wilde rekken. ’Toe nou meis, doe dat ding open’, Andy greep de sleutel en opende de lade.
Mr. X graaide met snelle handbewegingen en had meteen m’n portemonnee te pakken.
Het blikje met zorgvuldig opgespaarde zilveren munten verdween ook in de tas.
Guldens, rijksdaalders alsmede jubileum vijftigjes; mijn geheime spaarpot werd in enkele seconden ontmaskerd en opgeheven.

Wij hadden de woede van Mr. X aangewakkerd door onze trage twijfelachtige medewerking. Resoluut wees hij het midden van de kamer.
Hier moesten wij naast elkaar op de grond gaan liggen. Wij vormden een bang verstrengeld lichaam. Andy’s bonkend hart resoneerde via de houten vloer.
Sensaties van afwisselende warme en koude golven overspoelden m’n lichaam en m’n huid voelde vochtig. De totale afrekening naderde, daar waren we van overtuigd.
Waarom had ik zoveel moeten vechten in mijn leven om nu zo dom aan m’n einde te komen. Geen ziekte, gebrek of ongeluk maar het vermoeden dat er iets te halen viel zou ons lot bepalen. Hoeveel inademingen waren we verwijderd van het schot dat de laatste lucht uit onze lichamen zou wegblazen? Wie van ons beiden als eerste?
‘Oh God laat ik het zijn’ bad ik.
Mijn bewustzijn vernauwde zich als in een mistige dronkenschap.
Een geluid vulde de kamer.
Het was de telefoon.
Als door een reset in m’n hoofd draaide er een scenario af waarop ik niet meer had durven hopen. Het stil alarm was toch ingeschakeld geweest; nu volgde er de standaardprocedure. De alarmcentrale belde ons terug om vals alarm uit te sluiten.

Mr. X paniekte; hij schreeuwde ons toe de telefoon te negeren en vijf minuten te blijven liggen. Hij sprintte weg en we hoorden een auto wegscheuren.
‘Dus alles is goed gekomen?’ vroeg de manager van de bank die geduldig naar ons verhaal had staan luisteren.
‘Zo goed als; alleen een flappenfobie en een chronische slaapstoornis voor de rest van ons leven'.

Schrijver: Tracy, 27 december 2006


Geplaatst in de categorie: misdaad

1.3 met 6 stemmen 1.497



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)