Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Een daad van....

Toen ik nog als verpleegkundige werkte op een afdeling voor patiënten met een chronische psychiatriese ziekte, verbleef daar een man die iedere dag precies om klokslag half acht aan het ontbijt verscheen.
Keurig gestoken in een bruin pak en wit overhemd.
Als ontbijt nam hij altijd een snee brood met kaas en een met jam, een kop thee met twee schepen suiker.
Nooit eens een boterham met worst of drie scheppen suiker of een keer een kop koffie, nee hij bleef altijd bij het oude recept.
Als hij klaar was bracht hij zijn bord en glas naar de keuken om vervolgens naar de arbeidstherapie te gaan.

's Middags om half één at hij de warme maaltijd('s middags werd er warm gegeten) en 's avonds klokslag half tien ging hij naar bed, geen minuut eerder en geen minuut later.
Ook al was het, bij wijze van spreken, WK voetbal, finale Nederland tegen Duitsland, nog een minuut te gaan, penalty voor Nederland.
Nee hoor, half tien was half tien, tijd om naar bed te gaan.

Het werd een vertrouwd beeld, dat bij aanvang van mijn vroege dienst er minstens één patiënt al aan de ontbijttafel zat.

Op een zekere ochtend, toen ik weer eens heel vroeg op moest staan om naar mijn werk te gaan en ik bij aankomst de eetzaal in keek, zag ik daar tot mijn verwondering niemand zitten.
Mijn eerste reactie was, ”o jee. de wintertijd is ingegaan en ik ben vergeten om mijn wekker een uur terug te zetten, dus ben ik een uur te vroeg".
Maar nee hoor, alle klokken stonden precies gelijk en daarbij was het ook nog eens lente waardoor mijn theorie al helemaal niet klopte.
Dan kon dit nog maar één ding betekenen, er was iets ergs met hem gebeurd.
Waarschijnlijk lag hij ziek in bed of misschien nog wel erger was hij overleden.
Ik snelde dus, zo vlug als ik kon, de trap op om naar zijn kamer te gaan.
Toen ik de deur opende trof ik niets meer aan dan een keurig opgemaakt bed.
Van de persoon in kwestie was geen spoor te ontdekken. Dan kon hij alleen nog maar op het toilet zitten en was hem daar iets ernstigs in overkomen.
Maar ook een uitgebreid onderzoek bij de toiletten leverde mij uiteindelijk niets op.

Ook bij navraag kon niemand mij vertellen waar hij was gebleven.
Ten einde raad besloot ik de fiets te pakken en rond het gebouw te kijken, ook hier geen spoor.
Hoewel ik het mij absoluut niet kon voorstellen besloot ik ook nog even naar het dorp te fietsen om te kijken of hij daar misschien was.
En daar, in de verte, bij een bushalte, daar zag ik hem staan met in zijn hand een grote leren koffer.
Eenmaal aangekomen en met stomheid geslagen vroeg ik hem: “gaat u op reis?!“
Waarop hij antwoordde:
“Vandaag ben ik precies veertig jaar opgenomen en ik vind dat ik nu wel beter ben. Ik ga naar mijn broer”.
Er restte mee niets meer dan hem het allerbeste te wensen en ik fietste weer terug.

's Middags om half drie zag ik hem de afdeling weer betreden en toen ik vroeg of hij weer terug was antwoordde hij:
“Mijn broer had geen bed vrij” en vervolgens nam hij de draad weer op van zijn dagelijks bestaan.

Schrijver: Co Okhuijsen, 29 maart 2008


Geplaatst in de categorie: eenzaamheid

3.0 met 4 stemmen 398



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Natas
Datum:
29 maart 2008
Ik heb dit verhaal met een tien bekroond!
Heel integer geschreven!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)