Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Een gedicht aan de vergetelheid ontrukken 2

Zo'n eenzaamheid is voor weinigen voor te stellen en aan zo'n eenzaamheid een levenslustige draai geven, is een welhaast bovenmenselijke daad, daarvoor moet je velerlei magie en talloze ontsnappingsmogelijkheden hanteren, jezelf total-loss schudden, los van zijn beknellende verleden is Arthur wel gekomen, maar een volstrekt nieuw mens is hij niet geworden, de schaduw van de vermoorde soldaat overwoekerde hem uiteindelijk.

Zijn persoonlijke therapie kon hem slechts tijdelijk en deels helpen, als een ongelooflijk psychisch en fysiek levenskrachten uitzuigende uitstel van een in feite al plaatsgevonden executie.
Dat en hoe Arthur wist te overleven, dát is wellicht het meest magistrale wonder van zijn leven, binnen dit raamwerk krijgt zijn poëzie natuurlijk wel een ereplaats, want zonder zijn poëzie had hij het in die woelige, stuurloze jaren van zelfbewustwording en duizenden krenkingen, in die heftige schrijfjaren, voorzeker niet gered.
Zijn poëzie als ultiem geneesmiddel. Et voila, het eerste couplet:

'Een groene kloof waar een rivier door zingt
En vasthecht zilvren flarden aan 't gepluimt
Van 't randgras, waar de zon langs rotswand springt
En blinkt. Een klein dal, dat van stralen schuimt.'

In dit eerste couplet beschrijft Rimbaud ons een natuurtafereel, het is de plek waar we de soldaat zullen aantreffen, het is een zeer beknopte, zeer typerende beschrijving van die plek. Het is tevens een buitengewoon liefelijke omschrijving van een prachtige plaats in de natuur. Alleen een opmerkzaam dromer kan horen dat een rivier zingt, Rimbaud was zonder twijfel helderhorend, hij luisterde zielsmatig. Hij keek ook zielsmatig, scherp en aandachtig, vol ontroering en bijna versmeltend met zijn omgeving. Later nog versterkt door zijn hasjgebruik. Alleen een goede observator staat stil bij een springende zon, wat ik zo raak gezegd vind, dat ik er meteen een voorstelling bij krijg.

De natuur is er volop in leven, er is zelfs een overdaad aan zonnestralen, waar het woord 'schuimt' ons op wijst. Het is de vitaliteit ten top en niets doet vermoeden dat er een tragedie aanwezig is. Rimbaud hield van bruisend water, van zonnekracht en van schittering, ten tijde van dit gedicht was hij zeker nog een energieke, onbezoedelde jongen, al kunnen we nooit het grootste kwaad, de geestwurgende martelingen door zijn kwaadaardige moeder, wegdenken bij deze gekooide hazewindhond. Zijn vitaliteit hield hem weliswaar op de been, maar het was dan ook niet meer dan dat, onder die laag van niks-aan-de-hand-gedrag, van overschreeuwing en misleiding, van pure, angstaanjagende verdringing, school een zeer kwetsbaar, vertrapt hart.

Het tweede couplet is al twijfelachtiger of er nu wel of niet sprake is van een vredig, romantisch gedicht, maar het blijft giswerk, het houdt de spanning erin en het wekt mijn nieuwsgierigheid.
Lees maar mee:

'Een jong soldaat, blootshoofds, met open mond,
De nek in frisse blauwe kers gebaad,
Slaapt, uitgestrekt in 't gras op d'open grond,
Bleek in zijn groen bed daar de zon hem braadt.'

Ik kan met honderd procent zekerheid stellen dat die jonge soldaat een afsplitsing van Arthur is, een beeld waar hij zichzelf mee identificeert, kijk, jong was hij in ieder geval qua uiterlijke verschijning.
Verder treft mij het woord 'blootshoofds', wat volgens mij duidt op het onbeschermde gevoel dat hij had, kosmisch onbeschermd, een makkelijke prooi voor de gemaskerde roofdieren om hem heen, de burgerlijke bloedzuigers en vette beulen. Een soldaat zonder helm hoeft nog niet dramatisch te zijn, die kan hij verloren hebben of gewoonweg even afgezet, want hij is wellicht even gaan rusten. En dan die open mond, dat is van hetzelfde laken een pak, er zijn immers genoeg mensen die met open mond slapen of hij keek verbaasd naar het lichtspel van de zonnestralen. De blauwe kers dient ter genezing van vermoeidheid en ontstekingen en het is bekend dat men bij zware vermoeidheid de nek naar voren laat hangen, alsof men daar geknakt is en in zekere zin is dat ook zo, het bloed stroomt dan niet meer goed naar de hersenen en zuurstofgebrek is dodelijk voor de hersenkwabben. Bloemen gaan ook hangen als ze te weinig of geen water meer krijgen, van depressieve bloemen spreekt men niet, maar van depressieve mensen spreekt men wel.

Arthur was duidelijk zwaar depressief, chronisch wel te verstaan. Ik vermoed zelfs dat hij serieus suïcidaal was, toen hij dit gedicht schreef. Zijn verbeten kop, van foto's uit die tijd, wijst stellig in die richting. Tot de volgende keer!

Schrijver: Joanan Rutgers, 12 december 2009


Geplaatst in de categorie: psychologie

3.1 met 7 stemmen 228



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Gabriëla Mommers
Datum:
21 juni 2016
Voorgelezen door de schrijver:
www.youtube.com/watch?v=4GnRMW6sJr0
en:
www.youtube.com/watch?v=2A0iUfJU9dw

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)