Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Hinkepootje, deel 3.

De rovers lachten en gilden als rare keukenmeiden om hun buit, het achterpootje van het toverhondje. Laat in de nacht zopen ze groene jenever en vielen dronken om. De volgende dag sloegen ze met de arme toverpoot van het hondje tegen elke kiezelsteen aan en dat veranderde in een stralende opaal.

En toen brak weer het grote verjaardagsfeest van de goede koning aan. En weer vulde het koningsplein zich met duizenden mensen die stonden te popelen om de appel uit puur goud.
Vroeger zongen ze nog eerst eerbiedig een verjaardagslied voor de koning. Maar dat was het volk nu zat. Men schreeuwde meteen uit een keel om goud en diamant.
Wij willen appels van goud oude vrek werd er nu geschreeuwd!

De arme koning was nu zo zwaar ziek dat hij onder heel veel dikke militaire dekens sliep en het leek alsof hij niet meer wakker werd.
De koningin schreide ergens bij een kast en waarom zij schreide, niemand wist het.
De mensen op het koningsplein werden met het uur ongeduldiger omdat noch de koning noch zijn lieve vrouw verscheen. Ook de lakeien met de grote schalen kwamen maar niet opdagen. Het gerucht ging dat de verschrikkelijke kroonprins de gouden appelen in het vuur had verbrandt.
Een ander gerucht wat onder het volk heerste was dat de kroonprins een liefdesdrank had gebrouwen van hun appels om daarmee mooie meisjes uit het volk mee te lokken naar zijn dodelijke spiegels in zijn zilveren paleis.

Er waren deze maand zoveel mooie meisjes die hun vader en moeder verlaten hadden om nooit meer terug te komen.
Een voor een werden ze door de foeilelijke prins verleid en in een japon van lood gekleed tegen haar zin maar behangen met de mooiste juwelen die er bestaan.
De japon fonkelde als de liefdesplaneten aan de hemel.
En dan brak het hart van zo een onschuldig meisje voor deze foeilelijke prins.

Zij wilde dan met alle macht die zij bezat naar zijn toverglas,naar zijn griezelig mooie spiegel. Ze wilde haarzelf bewonderen in zijn dood en verderf spiegel.En voor die dood en verderfspiegel stond dandat onnozele meisje te kijken.
Haar prachtige sierraden verbleekten al snel in deze prachtige spiegel,en haar eerst zo blije gezicht in haar spiegel veranderde in een gezicht vol pijn en verschrikking. En niet veel later voelde ze dat haar jurk van lood loodzwaar werd en dat ze gevangen kwam te zitten in een corset van lood.

En hoe ze ook probeerde van haar verschrikkelijke jurk uit lood te bevrijden, het lukte het meisje niet. Het lood van haar jurk drukte steeds zwaarder op haar.En de fonkelende juwelen werden enorme loden gewichten om haar hals,haar taille. Uiteindelijkwerd ze zo samengeperst door de jurk van lood dat ze dood neerviel voor de spiegel.

Dat was het gerucht. Na verloop van tijd kwam er toch nog een lakei zo mager als een visgraat met een heerlijke geparfumeerde schaal met echte appeltjes uit goud.
De mensen stoven op de appels van goud af en werden uitzinnig van vreugde!
Men dansde,men besmeurde elkaars feestkleding,men lachtte en men dronk.
Daarna waren de mensen meteen weer verdwenen. Als hazen met een appel uit goud liefdevol aan het hart.

In hun eigen huisjes aangekomen zetten ze de appel op een tafel en gingen er in kringen om dansen. Ergens ver weg ver van de mensen liep de ongelukkige prins met zijn toverhondje die hinkelde op drie pootjes.
De prins sprak nooit, tegen niemand.Zijn lippen zaten altijd op slot. Ooit op slot genaaid met een stalen naald en draad door vier vrouwen die zo hekel aan het foeilelijke prinsje hadden dat ze hem op een tafel vastbonden met gemene strikken om zijn voeten en handen en meteen met de meest sterke naald en ijzeren draad zijn lippen voorgoed sloten.

Deze gek willen we nooit meer horen dachten de vier vrouwen.

Schrijver: cornil, 17 november 2010


Geplaatst in de categorie: rampen

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 162



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)