Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Revolutionair

(voor Endre Ady (1877 - 1919))

Je geboortehuis was een schamele boerderij op het Hongaarse platteland, waar het rook naar hooi, mest en aardappelen. Van madeliefjes reeg je kettingen en de zaden van uitgedroogde paardenbloemen blies je vrolijk in het gezicht van je vrienden en vriendinnen. Je calvinistische ouders zorgden ervoor dat je in het begin van je dichtwerk Bijbeltaal hanteerde, maar dat trok al snel bij, zeker toen je ineens naar Parijs vertrok, je hield van extreme overgangen en deze stad bood je voldoende inspiratie. Je liefde voor de vrouwen kreeg daar bijzonder veel response, want het flirten lijkt in Frankrijk uitgevonden. Je sleepte je ondanks de weelde voort als een arm schoffie, die bedelde om nieuwe woorden, nieuwe nuances, verfijnde kwintessens, gedeeld met je symbolistische taalvrienden. Je diepzinnige blik versierde iedere mooie vrouw met bloemen en champagne. Ze aten vervolgens uit je hand en ze streelden je lichaam met zijdezachte woorden. Je hoefde je poriën maar te openen. 's Nachts ontstak je kaarsen op het graf van Baudelaire, je converseerde hardop met hem, terwijl verliefde paartjes hoofdschuddend voorbij liepen. In je visioenen was je nooit alleen in een café, maar proostte je met Verlaine en Rimbaud, die nog niet zo lang geleden nog leefden en hetzelfde deden. Je creëerde verbluffende, nieuwe vormen en beelden, als een pure romanticus schreef je de meest opwindende liefdesgedichten, zonder ordinair en platvloers te zijn. Je hoorde bij de maatschappelijke boeven, zoals François Villon er echt een was, in symbolische zin dan, bovenal geestelijk, onaangepast en weergaloos helderziend. Rimbaud, die ziener was, noemde je al een ziener. Je poëzie is bovenaards betoverend, de diepste lagen van de natuurlijke mens blootleggend, in grootse diversiteit en incluis de vele verborgen agenda's. Je schreef verbazingwekkend macaber en intrigerend, lustpijlen in het hart schietend, het zware werk uit handen nemend, als de aangename Cupido, door allen bemind en verlangd, jij, zigeunerkoning, jij had de woorden die velen stinkend jaloers verlangden. Als rasechte taalkunstenaar streefde je naar zuivere perfectie, de liefde via het woord, vooral ook je liefde voor de prachtige natuur en de idyllische dorpen van Hongarije erend. Je vroegere armoede niet verloochenend, streed je als een cultuurloze krijger voor de onderdrukten en de misdeelden. Iedere underdog gaf jij een aureool van verlichting. Na Parijs verbleef je in Rome en Florence, je overtrof alle Italiaanse beeldhouwers in je gebeeldhouwde taalvirtuositeit. Aan de driedubbele boezem van een Italiaanse waardin huilde je uit, want je vond geen geluk bij al die fijnzinnige esthetiek. Wat je vond of terugvond, was in wezen de fnuikende eenzaamheid van ooit, voordat je een woord geschreven had. Het was zelfs groter dan ooit, na al je psychische veldslagen ontmoette je weer die oeroude depressie, geen honger of dorst meer, slechts het anti-poëtische verlangen naar een hoogst waanzinnige ondergang. Heb je er zelf een eind aan gemaakt of hebben de bemoeizuchtige, onwetende proleten dat gedaan? Zo'n heldere, beminnelijke, ontroerende poëet, in beide gevallen is het een grof schandaal, is de godheid zonder valse trots oneerlijk gefusilleerd. Na München keerde je uiteindelijk weer terug naar je geliefde vaderland, die je met moederlijke ontferming verwelkomde, je knappe dichterstronie de rust gunde, die je na al je barre, maar ook verrijkte omzwervingen meer dan verdiend had. 'Ongelovig geloof ik in God', schreef je, toen je in de grote stad Boedapest het loodje legde en heel Hongarije je goddelijke poëzie eerde. Je schreef dat je jezelf graag in warme armen wilde verwarmen, dat je ter beloning gekust wilde worden, dat het zo goed is om goed te zijn. Hunkerende dichter, je moest eens echt geweten hebben hoeveel vrouwen je door de tijd heen stilletjes bemind hebben, ik denk dat je dat nu wel weet, want je glimlacht naar me.

Schrijver: Joanan Rutgers, 8 juli 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

2.8 met 4 stemmen 54



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
kees niesse
Datum:
10 juli 2011
Email:
c.h.niessekpnplanet.nl
Prachtig verhaal van de overgang van het platteland van Hongarije naar de mondaine vrouw in Parijs. Graag gelezen.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)