Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Zwoegende ongeluksvogel

(voor Giacomo Taldegardo Pietro Leopardi (1798 - 1837))

Je kwam uit een voorname, aristocratische familie, die geregeerd werd door twee dominante ouders met koele, autoritaire, zeer behoudende eigenschappen. De religieuze elementen verpestten jou kindertijd en die van je broers en zussen, gelukkig deelden jullie hetzelfde psychische leed. Daarbij kwam nog de ongelofelijke krenterigheid van je moeder, die enkel voor het fortuin leefde, terwijl je vader alles vergokte. Door de niet te harden sfeer in jullie grote landhuis, vluchtte je weg in de literaire studies, dat deed je vanwege de aanhoudende noodzaak zo gedreven, dat je uiterst literair bekwaam werd. Je verdiepte je in de klassieke geschriften, de astronomie, altijd handig, geschiedenis, zonder wortels overleeft een plant niet, en de oude talen; Grieks, Hebreeuws en Latijn, autodidactisch aangeleerd. In de laatste taal schreef je je romantische gedichten, die een en al pessimisme uitstraalden, zonder enige hoop op verbetering ervan. Je vertaalde met groot gemak Vergilius en Homerus, terwijl je daarnaast je bewierookte gedichten schreef. Men kreeg achting voor je schrijfwerk, terwijl de vervloekte benauwenis in je gezin een verstikkende kwelling voor je werd, want na een uitbraakpoging werd je door je familie nauwlettend in de gaten gehouden. Wat haatte je die steriele starheid! Die aangepaste, geestdodende, artistiekloze, hartverpletterende, insaaie, monotone, argwanende pestsfeer! Recanati kon de pot op! Je reisde naar een familielid in Rome, waar je de vrijheid smaakte, maar je haatte er de doorzichtige hypocrisie van de ijdele, zelfvoldane, belerende kerk, de overal opdoemende corruptie en de vadsige decadentie. Ontgoocheld door de wereldse onzuiverheden stortte je je op de literaire arbeid, je zwoegde aan een stuk door, slecht etend en teveel drinkend, waardoor je toch al zwakke gezondheid meer en meer verslechterde, lijdend aan zware stresssymptomen bleef je vechten voor harmonieuze resultaten, overgoten met pittige sausen van tot de limiet gaande gevoelsuitingen. Juist in extreme gespannenheid leverde je de mooiste gedichten af, al was je nooit een vrolijke gast en spatte de somberheid ervan af. Je had een nogal kwade dronk zullen we maar zeggen. En dan die grote, half geloken Proust-ogen met die zeer weemoedige blik, je zwarte haren, een zwart kostuum met een zwarte vlinderdas en stijve, rechtopstaande boorden. Je levensdrama was dat je jezelf nooit geheel ontworsteld had aan de knellende banden van je vernietigende, verwaarloosde, misdadige opvoeding en het meest pijnlijke was, dat je dat ook nog eens volop besefte. Maar ondanks je zwaar kapotgemaakte psyche, streed je als een Sint-Michaël tegen de draak en bracht je doorzettende haviksneus je verder dan je ooit voor mogelijk hield. Naast je algehele fysieke ineenstorting kreeg je ook nog een zeer lastige oogziekte, die je werk als serieus letterkundige sterk belemmerde, wat je veel pijn heeft gedaan, omdat je een lange periode niet meer kon lezen noch schrijven, alles bleef binnen boord en je mond kreeg afhangende, verbitterde trekken. Eenmaal weer kijkend, bleef je melancholisch werk leveren, zwaar doortrokken van een walgelijke doodsangst, wat natuurlijk synoniem stond voor een opgedrongen, opgelopen levensangst. Je dacht nog vaak terug aan je geheime liefde voor je nicht Geltrude Cassi Lazzari, die je ooit op negentienjarige leeftijd had ontmoet en die je zozeer hebt liefgehad. deze beeldschone vrouw in de meest prachtige kleren, zo gaaf en ongerept, zo zoet en sappig, met haar en haar alleen was je het liefste oud geworden! Ze was de stimulans voor vele van je wereldberoemde verzen en ze achtervolgde je in woonsteden als Milaan, Bologna, Florence en Pisa. Soms wenste je dat die scheve toren juist op het moment dat jij eronder liep keihard neerstortte, omdat je vreesde haar liefdevolle inborst nooit weer te ontmoeten, althans niet op aarde. In 1837 heerste er een cholera-epedimie en dat was de wrede reden van jouw vroege overlijden. Je hebt Geltrude nooit weergezien, maar haar naam was het laatste woord wat je uitsprak. Wat je nooit geweten hebt is het latere feit dat je tot de grootste drie dichters van Italië behoort en dat je alleen daarom al Geltrude meer dan waard was. Op een bepaald landgoed in Marche gingen vele bomen dood door een onverklaarbare reden en de bliksem sloeg een fatale brand in het spookachtige landhuis.

Schrijver: Joanan Rutgers, 11 augustus 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

5.0 met 1 stemmen 668



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)