Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Alles voor Maria

(voor Pierre Bonnard (1867 - 1947))

Je bent geboren in Fontenay-aux-Roses, waar je vader als belangrijke ambtenaar van het Ministerie van Oorlog je een schijnbaar onbezorgde en gelukkige jeugd bezorgde, want je deftige ouders zorgden voor een rigide, steriele, emotieloze sfeer in huis, wat je psyche gemangeld en gemarteld heeft, waardoor je levenslang naar het tegendeel verlangde, maar daar nooit geheel in slaagde, enkel in vlagen, als gevolg van je zwaar getraumatiseerde jeugdjaren. Op je twintigste ging je op aanraden van je vader een rechtenstudie beginnen, maar je slenterde vanaf je Parijse huurkamer ook richting de Kunstacademie Julian, waar je schilderlessen kreeg en later ook op de School voor Schone Kunsten. Met je vrienden Roussel en Vuillard had je dikke lol in de luidruchtige kroegen en jullie bespraken elkanders werk om er wijzer van te worden, om tot een vernieuwende essentie te komen. Je behaalde je rechtenstudie en na een half jaar militaire dienstplicht, wat was je vader trots!, was je kort actief als advocaat, totdat je tot woedende verbijstering van je drilpuddingpapa besloot voorgoed de schilderkunst te gaan dienen. Ook je pruillipmoeder hield haar bepoederde neus voor je op en je kon het schudden wat hen aanging. Je had hun gedegen, oerburgerlijke, traditiegetrouwe, vlekkeloze, fatsoenlijke milieu verraden en dat betekende excommunicatie. Daarentegen rook jij de lonkende vrijheid en het ware levensavontuur. Door je uiterst introverte karakter raakte je stevig geïsoleerd van de doorsnee-mensen, maar het klikte juist wonderbaarlijk goed met je collega-kunstschilders, met wie je op eenzelfde niveau verkeerde en waar dezelfde passie onder de ribben brandde. Op je vijfentwintigste ontmoette je Marthe de Meligny, die zijden begrafenisrozen vouwde, terwijl ze je licht blozend uitzwaaide. Je kwam meerdere malen bloemen halen en vooral haar versieren, wat je goddank lukte en na een avondje stappen bedreven jullie de liefde, zo puur en door de hemelse krachten gezegend, engelen zongen vol vreugde liefdesliederen boven jullie vrijpartijbedstede, feestvierende kabouters maakten dronken dansjes rond de schildersezel en etherische elfjes trippelden van puur plezier over jullie ineengestrengelde, zwetende, hoogstbevredigde, intens bezielde lichamen. Cupido floste met zijn boog zijn tanden en dronk champagne uit de fles. Maria was twee jaar eerder dan jou geboren in Saint-Amand, haar vader was timmerman en hij stierf toen ze acht was, haar moeder was naaister en ze verhuisde naar Parijs, waar je haar ontmoette in die bloemenzaak. Maria was zwaar getraumatiseerd, zwaar depressief en zwaar bedroefd van de weeromstuit, daarbij had ze een dwangmatige smetvrees opgebouwd en leed ze aan straatvrees en psycheverwoestende paranoia. Je schilderde voor rijkaards als Godebska en Morozov, terwijl je ook nog tijd vond om de gedichten van Verlaine te illustreren. Omdat Maria aan tuberculose leed, moest ze als remedie veel baden, door haar smetvrees opgevoerd. Ze had een zeer grillig karakter, wat haar tot veel impulsieve gedragsuitingen dreef en die chaotische onbestuurbaarheid maakte jou vaak bang. Je schilderde Maria op 'De lusteloze', waarop ze op jullie bed ligt, in een seksverlangende pose met één gespreid been. Ze was een slanke schoonheid met zwarte beharing, gelukkig ook onder haar oksels.

Op je drieëndertigste verliet je Parijs en omarmde je het Zuid-Franse natuurleven, waar je vlakbij Le Cannet een aantrekkelijke huis kocht, wat je 'Le Bosquet' noemde. Vier jaar later kreeg je een identiteitscrisis, maar die zelftwijfel zette je om in weergaloze kunstwerken en als verstilde levensgenieter volgde je al schilderend je geliefde, die veelal binnenshuis bleef. Je maakte honderden naaktportretten van Maria, een unicum en een uitzonderlijke liefdesdaad, maar gezien haar deemoedige schoonheid wel voor te stellen. Je schilderde haar aan tafel met haar bruine hond, tijdens diner, koffietijd, lunch en borreltijd. Opvallend is steeds de zeer gemoedelijke sfeer op al je huistaferelen, zelfs de badscenes rieken niet naar vunzige gluurderij, maar zijn met groot respect veredeld tot soms griezelig mooie kleurencombinaties. In 'Middagslaap' schilderde je haar weer met één been wellustig gespreid, wat je nogmaals deed terwijl ze in bad stapte, waardoor duidelijk de magische driehoek zichtbaar wordt, het goddelijke, gevende element vanuit haar aanbeden, godingelijke lichaam. Hierop hangen haar borsten naar beneden, maar stevig, omdat ze niet wanstaltig groot zijn. Ze voelde zichzelf volkomen veilig bij jou, wat je ego streelde en je liefde nog meer aanwakkerde. Psychische hulp was al veel te laat voor haar, dat wist je, maar dat ontroerde je ook zo in haar, haar creatieve doorzettingsvermogen, ondanks de innerlijke, ondraaglijke verwoestingen. Ze vertelde je na dertig jaar eindelijk haar ware naam, Maria Boursin, nu geen achternaam om je voor te schamen. Je stond perplex en vandaar dat je zo'n lodderige, trieste blik had, dat je met je ongekamde haren je verlopen en uitgebeende ziel onderstreepte.
Maria kon vanwege haar chronische depressie lange tijden geen seksuele gemeenschap verdragen, waardoor jij vreemd ging met een achtentwintig jaar jongere model Renée Monchaty en je vroeg haar in Rome ten huwelijk, verblind door haar jeugdige, heftige seksverslaving, maar na één maand verbrak je de verloving, want de zieke Maria had je nodig en daarbij, zonder je enig echte muze Maria kwam je schilderkunst tot niets en je lagere behoeften hadden je misleid. De arme, afgewezen, melodramatische Renée bestrooide haar hotelbed met witte lelies, ze ging er naakt op liggen en ze schoot zichzelf door haar hoofd, waarbij Roomse duiven geschrokken wegschoten.
Niet lang daarna trouwde je met Maria, ook uit schuldgevoel, maar vooral uit diepste overtuiging. Je had nog een grote expositie in Chicago, samen met Vuillard, die jullie als oude vrienden zegevierend verwelkomden.
Maria stierf op haar drieënzestigste en het hoefde allemaal niet meer voor jou, als een verbitterde kluizenaar sleet je de overgebleven tijd, enkel voor wat kleine boodschappen en sigaretten naar de bewoonde wereld afdalend, als een intens verdrietige, oude man, zwaar vereenzaamd, nog wat je hondje strelend, de vele keren dat je Maria ontrouw was, berouwend, nog wat werkend aan een bloeiende boom, wel ja, hoe tegenstrijdig en zenuwziek, stierf je vijf zware, laatste jaren na Maria.

Schrijver: Joanan Rutgers, 14 december 2011


Geplaatst in de categorie: literatuur

3.0 met 1 stemmen 62



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)