Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Hoe Willem Amerika veroverde

(voor Willem de Kooning (1904 - 1997))

Je bent geboren in Rotterdam, waar je vader Leendert een groothandelaar in dranken was en waar je moeder Cornelia Nobel een caféhoudster was. Je was de jongste van vijf kinderen, waarvan alleen een oudste zus bleef leven, de anderen stierven kort na hun geboorte. Aan sterke drank was geen gebrek en je vader lustte het maar al te graag, wat de nodige ruzies met je moeder opleverde, waardoor ze zijn gescheiden, toen jij nog maar twee was. Je kwam bij je moeder te wonen en je stiefvader was caféhouder met een vrolijke dronk. Op je zestiende was je al interieurontwerper voor een aanzienlijk warenhuis, wat je ook in staat stelde om naar de Academie voor Schone Kunsten en Techniek te gaan. Je bent op je twee-en-twintigste naar het Engelse schip de SS Shelley gegaan, waar je ongezien aan boord bent gekropen en waar je je wist te verstoppen. Een schip, dat vernoemd is naar een beroemde dichter kan alleen maar geluk betekenen, bedacht je in je donkere schuilhoek. Na enkele dagen heb je jezelf gemeld bij de kapitein, omdat je graag wilde werken voor de overtocht en omdat je niet als een uitgehongerde muis gevonden wilde worden. Eenmaal in Amerika woonde je in Hoboken, waar je als huisschilder en decorateur voldoende verdiende, waardoor je een atelier in Manhattan kon huren. Je werkte samen met anderen aan meer dan honderd muurschilderingen, bijvoorbeeld met David Margolis, met wie je 's avonds naar de Savoy Ballroom in Harlem ging, waar je helemaal opging in de jazz-klanken en de bevallige, soepele bewegingen van de dansende negerinnen. Als makkelijke vrouwenversierder heb je menige, zwoele negerin aan de haak geslagen en er thuis druk mee gestoeid, maar ook de blanke jongedames kwamen bij jou aan hun trekken, je schuwde niets en je was voor alles in, wat ze paradijselijk vonden en wat jij ze dan ook graag gunde als extreme vrouwenliefhebber. Dat al die erotische ontdekkingsreizen ook dienden als ruw materiaal voor je tot in de essentie teruggebrachte schilderijen, wisten zij niet, maar was wel je diepverborgen drijfveer. Je werd beïnvloed door je goede vriend Arshile Gorky, iemand die gevlucht was voor de Armeense genocide, wiens moeder door de honger was gestorven en die zichzelf na extreme tegenslagen op zijn vierenveertigste heeft opgehangen. Door hem ging je weemoedige mannen schilderen en kleurrijke abstracten en figuratieven. De kunstschilderes Marie Elaine Fried ging samen met haar zus voor jou poseren en op je negenendertigste ben je met Elaine getrouwd, omdat je het meest van allen van haar hield, wat een latere foto heel duidelijk illustreert, waarop Elaine heel liefdevol je kwetsbare gelaat met gesloten ogen beschermt en koestert. Ze was geboren in Brooklyn en haar moeder ging met haar naar de musea, waar ze de schilderijen mocht natekenen. Je woonde al met al maar een paar jaar met haar samen, omdat jullie beiden niet honkvast waren, maar dartele vlinders, die kampten met bindingsangsten en die liever ongebonden bleven vanwege de vrijheidszin en levenslust. De vroege scheiding van je ouders is daar debet aan, maar ook je onbedwingbare libido, die je in de handen van talloze, lustige, frivole schoonheden dreef. Naast je sexverslaving, die wel de basis van je oeuvre vormde, had je ook een genetisch bepaalde alcoholverslaving, die tevens je onverwerkte trauma's deed bevriezen, maar waardoor je ook vaak helemaal vervuild en onder de bloedingen in de bosjes werd teruggevonden. Na de oorlog werkte je vanwege armoede met zwart-witte emailles, maar al gauw kon je weer vrouwen schilderen, wat je het liefste deed. Je schilderde je vrouwen woest en ledig, ontdaan van alle franje, hoerig met grote hangborsten en grote schrikogen, omdat hun sexuele driften werden doorzien, wat op zich niet erg is, maar het leek wel alsof je de zondeval een extra dimensie gaf, waarbij je ook de angsten van de mannen uitstalde, want al die geopenbaarde driftexplosies waren too much voor hen, al konden ze er ook niet vanaf blijven en waren ze zelf minstens zo oergeil. Het was ook een persiflage van de reclamefoto's, die immers het sex-appeal van vrouwen monsterlijk uitvergroten en daardoor de spirituele erotiek wegpoetsen. Geen wonder dat de vrouwen aan ernstige depressies gingen lijden, hun vrouw-zijn werd stelselmatig geëlimineerd, de mannen zagen geen verschil meer tussen echte vrouwen en functionele opblaaspoppen. Die gruwelijkheden stelde jij aan de kaak, maar de critici begrepen je niet en ze waren je vrouwenobsessie meer dan beu, maar jij niet, want je ging vrolijk verder en je opwaardeerde de symboliek van de vrouw, ook toen je de spot dreef met de lichamelijke vrouw, die zo misvormd voor de dag kwam met al die mascara, lippenstift, borstvergrotingen, lippenvergrotingen, rimpelwegwerkingen en kaalgeschoren venusheuvels, omdat de mode dat voorschreef. Welwel, Gertrude Stein kwam op bezoek en ze toonde enige belangstelling, maar omdat je haar veel te hautain vond, heb je niets aan haar willen verkopen. Je brak ook zonder haar wel commercieel door en je bleef lekker veel vrouwen schilderen, terwijl je met je vriendin, de reclametekenares Joan Ward samen een dochter kreeg, genaamd Lisa. Je had contact met Pollock en Rothko en je woonde in East Hampton, met mooie parken en lange stranden, als in Holland. Door je depressieve eenzaamheid vroeg je hulp aan Elaine en zij heeft je van de alcohol afgeholpen, naast natuurlijk je eigen wilskracht. Op je tachtigste werd er dementie bij je vastgesteld en zes jaar later kreeg je de National Medal of Arts. Toen Elaine stierf, heeft niemand je dat verteld, omdat je al in een vergevorderd stadium van Alzheimer zat en het beter was je niet onnodig te verontrusten, wat ik bijzonder wreed vind, gezien de grote liefde die jullie voor elkaar hadden. Met haar was je ondanks de schijn wel ten diepste verbonden. Acht jaar later ging je haar achterna door de gevolgen van Alzheimer, fier oudgeworden, miljonair geworden, maar vooral een kunstschilder van groot formaat geworden, zelfs voor Amerikaanse begrippen.

Schrijver: Joanan Rutgers, 5 februari 2012


Geplaatst in de categorie: literatuur

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 108



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)