Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

DE HONINGVLAM (eerste deel)

Cora was een klein meisje, dat zo graag eens honing wilde proeven. Ze had het nog nooit gegeten! Haar vader en moeder moesten niets van honing hebben.
"Dat smerige spul," zeiden ze altijd.
Op een zonnige middag rustte Cora lekker uit in de tuin voor haar huis. Ze genoot van een glas heerlijke frambozenlimonade. Daar liep de buurvrouw, die net boodschappen gedaan had. Aan haar ene arm hing een draagnetje vol honingpotten. Vol verlangen keek Cora er naar. Hoe zou die honing toch smaken?
Cora dronk maar weer wat van haar limonade. Hee, wat was dat? Het leek wel of er twee vleugeltjes van vuur in haar glas kwamen. Cora schrok wel even.
Die vleugeltjes fladderden weer weg.
"Ik wil zien wat het is," dacht Cora.
Ze stond op en liep achter de vleugeltjes van vuur aan. Die vlogen over de straat, en een bakkerswinkel in. Cora stapte ook daar naar binnen. Ze greep naar een taart, waarboven de vleugeltjes op en neer dansten.
"Brutale meid, wat moet dat daar!?" brulde de bakker.
"Ik probeer die twee rare vleugeltjes te grijpen."
"Kindje, je hebt het in je bol. Ik zie helemaal geen vleugeltjes. En nou mijn winkel uit!!"
Gelukkig dat net op dat ogenblik de vleugeltjes weer naar buiten gingen. Cora volgde hun voorbeeld.
Ze draafde door grasvelden. Ja, want de vleugeltjes hadden het boerenland opgezocht.
Bij een grote boerderij werd feest gevierd. Volwassenen en kinderen zaten aan een lange tafel, die in de tuin was gezet. Het was maar druk praten en lachen!
Cora verborg zich achter een boom. Ze zag dat de vleugeltjes over schalen en borden op de tafel dansten. Toch scheen niemand hen te zien.
"Ik ben zeker de enige die de vleugeltjes ziet," ging het door Cora heen. "Of lijkt het maar of ik die zie?"
De vleugeltjes gingen weer verder. Cora rende door hoog gras. Ze kwam bij een paar bijenkorven, die aan de rand van het bos stonden. De vleugeltjes verdwenen in een van die korven.
Opens kwamen er talloze bijen boos zoemend op Cora af. Ze wilde hard wegrennen. Maar daar kwamen de vleugeltjes weer naar buiten. Dat scheen voor de bijen het teken te zijn dat ze Cora met rust moesten laten; ze vlogen naar hun korven terug.
De vleugeltjes streken neer op Cora's schouder en begonnen te praten.
"Ik ben de honingvlam. Bekijk me maar eens goed."
Ja, nu zag Cora ook een klein roodgeel hoofdje tussen de vleugeltjes. De honingvlam vertelde nog meer.
"Ik woon bij de bijen. Voor hen zoek ik de plekjes waar veel bloemen met lekkere honing staan. Bovendien houd ik zelf van alles wat zoet is. Vaak vlieg ik naar taarten, gebakjes of een glas limonade."
"Daarom dook je een tijdje geleden in mijn glas!" riep Cora verrast uit.
"Ja, ik zag aan jouw gezicht dat je graag eens honing wou proeven. Je keek zo naar de buurvrouw, die potjes honing droeg. Daarom wou ik je meelokken naar de bijenkorven waarin ik woon. Daarom heb ik me aan jou laten zien. Want mensen kunnen mij alleen zien als ik het wil. Je hebt wel gemerkt dat de bakker mij niet zag, ook de mensen bij de boerderij niet. Maar nu je hier bent, moet je maar eens wat honing proeven."
De honingvlam maakte een zoemend geluid. Daar kwamen een paar bijen aan, die droegen samen een druppel honing. Cora smulde er heerlijk van. De honingvlam liet dan ook nog heel wat klontjes voor haar brengen. Cora's kinnetje werd geel en kleverig.
"Jammer dat mijn ouders vies van honing zijn," zei ze smakkend. "Ik houd er juist zo veel van. Ik eet het voor het eerst in mijn leven."
"Ga nou maar rustig naar huis terug," zei de honingvlam. "Ik zal ervoor zorgen dat je ouders van gedachte veranderen. Ja, ik versta heel wat kunsten, dat zal je wel zien."
De honingvlam vloog van Cora's schouder af, de korf in.

Die avond vertelde ze ze aan haar ouders dat ze gewoon een flink eind gewandeld had.
"Er kleeft honing aan je kin," merkte moeder op. "Hoe kan dat?"
"Laat Cora maar zwijgen," zei vader. "Buurvrouw heeft vandaag honing gekocht. Die heeft Cora er natuurlijk van laten proeven."
Cora knikte maar zwijgend. Haar ouders behoefden ook niet alles te weten.
"Je mag best honing eten, als je die smerige boel maar niet in huis haalt," zei moeder.
Midden in de nacht werd Cora wakker. Ze hoorde haar vader verbaasd roepen: Wat kan dat toch zijn!?"
Cora sloop op haar tenen naar de slaapkamer van haar ouders. De deur stond open. Ze keek om het hoekje. Een mooie juffrouw met lange haren stond naast het bed van die stomverbaasde vader en moeder.
"Gaan jullie morgen naar het bos," zei die juffrouw. "Daar zul je geen spijt van krijgen."
Terwijl ze sprak, veranderde ze in een boom vol witte en rode bloemen. Die boom zie met krakende stem: "Jullie zullen dan wat vinden."
Daarna zakte hij in elkaar, en verdween in de lucht. Cora zag nog dat twee vurige vleugeltjes langs haar heen vlogen, de kamer uit.
Ze ging weer naar bed toe.
"Ik weet genoeg," dacht ze. "De honingvlam doet goed werk."

"Dat is vreemd," zei vader de volgende ochtend. "Moeder en ik hebben dezelfde droom gehad."
Cora vertelde ook wat ze die nacht had gezien.
"Kan het nog gekker," lacht moeder verbaasd. "We hebben allemaal dezelfde droom gehad. Vanmiddag moeten we beslist naar het bos gaan. Die droom van ons heeft misschien toch wel wat te betekenen."



(wordt vervolgd)

Schrijver: Han Messie, 21 februari 2014


Geplaatst in de categorie: kinderen

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 67



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)