Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Feuilleton 1

Uit het moeizame leven van Otto Berendsen
(Feuilleton in een nog onbekend aantal delen)

Deel 1

Waarin we kennismaken met Otto Berendsen docent Onduidelijke Vakken aan gefuseerde Scholengemeenschap de Vallei en zien we hoe hij in een opwelling het plan opvat om ‘n eenmansactie te ondersteunen.

‘Ik begrijp die flauwekul niet Barendse, dat je zo’n ding thuis neerzet moet je zelf weten maar hier staat ie nog geen dag in de kantine of alle naalden flikkeren eruit. En weet je waarom, omdat die den Hengel te beroerd is om er een met kluit te laten komen.’
Sjaak, de conciërge van het bijgebouw van gefuseerde Scholengemeenschap de Vallei, tastte geïrriteerd naar het zilverkleurige shagdoosje in de borstzak van zijn muisgrijze werkjas en begon met het vaste ritueel dat Otto altijd gefascineerd gadesloeg.
Openklappen, plukje tabak erin, vloeitje uit het oranje Rizlapakje, tong over de lijmrand, klik klak en daar lag een keurig sigaretje waar hij de uitstekende plukjes afdraaide die hij zorgvuldig terug in het doosje drukte.
Zelf rookte Otto al jaren niet meer maar hij verlangde nog weleens terug naar de tijd dat hij verse aardappelschillen in zijn papieren pakje Javaanse Jongens stopte om de zaak niet uit te laten drogen. Naast een noodzakelijke voorzorgsmaatregel stelde je zo een daad waarmee je je niet alleen als alternatieveling presenteerde, maar ook je solidariteit met de werkman liet zien. Naarmate echter de berichten over alle schade die roken aan de gezondheid toebracht in kracht en frequentie toenamen, besloot Otto’s vrouw Janneke dat er zelfs in de tuin niet meer gerookt mocht worden.
Otto had nog even geprutteld, maar als Janneke eenmaal een oekaze had uitgevaardigd viel daar weinig tegenin te brengen ook al omdat ze het in hun dorp sinds de vorige verkiezingen tot Wethouder Jeugdzaken, Gezondheidszorg en Onderwijs had geschopt.

Ook op school mocht nergens meer gerookt worden. Maar hier in het bedompte hok van Sjaak golden andere wetten.
‘En bovendien lopen ze altijd met de lampjes te klootzakken en trekken ze het engelenhaar eruit.’ Sjaak joeg de brand in zijn sigaret en nam een diepe trek.
Otto voelde zich in deze ruimte aan de achterkant van het oude bijgebouw beter op zijn plaats dan in de docentenkamer, waar een sfeer van geforceerde collegialiteit heerste en de gesprekken zich beperkten tot klagen over de werkdruk en de laatste onderwijsvernieuwingen die op stapel stonden.

Nog 4 schooljaren tot het deeltijdpensioen. Hij zuchtte even.
Bij Sjaak die in een vorig leven op de wilde vaart gezeten had werd tenminste normaal gedaan. Hij zag er nog eens een Telegraaf en ook in tussenuren was er altijd verse koffie. Bovendien wakkerde het lijdzame verzet van de conciërge tegen elke nieuwe verordening Otto’s oude revolutionaire vuur uit zijn studententijd weer aan.

‘Je hebt groot gelijk Sjaak en daarbij is het voor de islamieten hier op school ook geen pretje om twee weken tegen dat symbool van het christendom aan te kijken. Wij doen hier toch ook niks aan het Suikerfeest.’
Sjaak keek hem bewonderend aan.
‘Verrek daar had ik nog niet eens bij stilgestaan. Weet je Barendse, ik verdom het gewoon om weer 100 ballen in die boom te jassen en al die snoertjes krijg ik ook niet meer uit de knoop. ‘Het is Be-rend-sen, Sjaak en die lampjes heb je natuurlijk vorig jaar in elkaar gefrommeld en in een vuilniszak gepropt.
‘Ja wat dacht jij, vakantie, ik wou naar huis.’
‘Ik zal het er in het team wel even over hebben.
Het was eruit voor hij er erg in had. Otto voelde dat hij hier een niet onbelangrijk aspect van zijn relatie met de conciërge even kracht bij zette. Want ondanks de uitzonderingspositie die Sjaak zich aanmat, was hij, Otto Berendsen, toch degene die het dichtst bij het centrum van de macht stond. De vraag was alleen of die gedachte wel paste binnen de beginselen van de klassenstrijd waar hij zich in zijn beste jaren zo sterk voor had gemaakt. Of gold dat tegenwoordig allemaal niet meer. Je zou het bijna zeggen als je de teloorgang van links en dat gesodemieter in de vakbeweging zag.

Met de brede nagel van zijn duim drukte Sjaak op de rand van de asbak de vuurkegel van zijn sigaret, stak de peuk in zijn borstzakje en stond op.
‘Nou,dan hoor ik het wel. En nu gooi ik je eruit chef, want ik ga die etters weer gevulde koeken en broodjes Bapao aansmeren.’
Je kon van Sjaak veel zeggen maar leerlingsvriendelijkheid hoorde niet tot zijn basishouding. Otto pakte zijn verschoten juchtleren schooltas en besteeg langzaam de oude granieten trap naar lokaal D-32.

Schrijver: trawant, 7 december 2014


Geplaatst in de categorie: algemeen

3.7 met 3 stemmen 1.998



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Gabriëla Mommers
Datum:
7 december 2014
Email:
gabrielamommersyahoo.com
Interessant begin van het Feuilleton. De sfeer in het hok van Sjaak was duidelijk te proeven. Ik ben benieuwd wat Otto van zijn belofte waar kan maken.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)